De precieze datum van het ontstaan van de Goudse stroopwafel is onduidelijk. Misschien was het wel in 1837 toen de eerste stroopfabriek in Gouda kwam. Bakkerij Kamphuisen zegt dat hun wafels al sinds 1810 worden gebakken.
De stroopwafel werd voor het eerst gemaakt in 1810 in de bakkerij van Kamphuisen. Onze siroopwafels zijn dus dé echte Goudse stroopwafels. Benieuwd hoe de eerste generatie Kamphuisen bakkers op het idee kwam om stroopwafels te maken?
De oudste dateert uit de 7e eeuw. In diverse bronnen wordt Kamphuisen genoemd als de bedenker van de stroopwafel zoals wij hem kennen. Pieter Willem Kamphuisen nam de kousenwinkel in Gouda over van zijn vader (die overigens is geboren in Duitsland).
Geschiedenis Goudse stroopwafel
In een van de oudste teruggevonden recepten, uit 1840, staat dat de wafels gebakken werden van deegresten en kruimels uit de bakkerij en gevuld werden met stroop. Omdat de wafels erg goedkoop waren werden ze ook wel 'armenkoeken' genoemd.
In welk jaar de stroopwafel het levenslicht zag, is niet bekend. Een vermoeden is er wel: begin 19e eeuw toen bakkerij Kamphuisen melding maakte van een variant van het koekje. Overigens bestaat deze bakkerij in Gouda nog steeds.
A stroopwafel (English translation: syrup waffle or treacle waffle) is a waffle made from two thin layers of baked batter with a caramel-like syrup filling in the middle.
De stroopwafel werd voor het eerst gemaakt in de loop van de negentiende eeuw in Gouda. In diverse bronnen wordt de bakkerij van Kamphuisen genoemd als eerste stroopwafelbakkerij. Deze werd in het begin van de 19e eeuw in Gouda gevestigd.
Tot de lekkernijen waar dat ook het geval bij is hoort de stroopwafel die oorspronkelijk uit Gouda afkomstig is. Ook al is het een typisch Nederlands product, dat door zeer veel Nederlanders wordt gegeten, is de stroopwafel inmiddels bekend over de hele wereld.
Stroopwafels zijn nog steeds erg populair en Nederlanders eten gemiddeld zo'n twintig stroopwafels per jaar. Dit zijn in totaal meer dat 22 miljoen pakjes stroopwafels. In Nederland is de smaak zo populair dat hij ook in andere gerechten en producten wordt verwerkt.
Waar komen stroopwafels vandaan? Stroopwafels komen van oorsprong uit Gouda. Wanneer ze voor het eerst werden gebakken, weten we niet precies. Het oudst bekende recept stamt uit begin negentiende eeuw en bestaat uit twee dunne krokante wafeltjes met karamelsiroop ertussen.
Er zijn dus eigenlijk 3 soorten stroopwafels: roomboter, roombotervulling en margarine wafels.
Er zitten 189 kilocalorieën in 1 extra groot (40 gram) stroopwafel. Wil je weten hoe het zit met de andere voedingswaarden in 'stroopwafel'? In onze caloriechecker hieronder kom je te weten hoeveel vet, verzadigd vet, eiwit, koolhydraten, suikers en vezels erin zit.
De stroopwafel bestaat uit één wafel die doormidden wordt gesneden en waar de stroop tussen komt. De siroopwafel daarentegen bestaat uit twee losse, dunne wafels die apart gebakken worden en die 'samengeplakt' worden met de siroop.
Reacties. Stroop kan gemaakte worden van verschillende soorten fruit, zoals appel en peer, maar ook van bieten. Ook kan het uit bietsuiker of rietsuiker worden bereid.
Stroopwafels zijn typisch Nederlandse koekjes. De eerst werd gebakken 200 jaar geleden in een bakkerij in Gouda. Dat is het begin van de stroopwafel. Het bekendste koekje van Nederland.
Na ontvangst kunt u de stroopwafels ongeveer 3 tot 4 weken op kamertemperatuur bewaren maar de koeling heeft de voorkeur. Wilt u de stroopwafels langer bewaren, dan kunt u ze prima invriezen, zolang u ze maar langzaam en geleidelijk laat ontdooien.
Stroopwafels waren relatief goedkoop, doordat ze werden gemaakt van restjes deeg en koek. Aan het eind van de 19e eeuw werden ze ook populair in gebieden buiten Gouda. Tegenwoordig worden stroopwafels ook buiten Nederland gegeten.
De wafel is in 1839 door Maximilien Consael (Max) op de kermis in België geïntroduceerd. Het was zijn insteek om een rondreizende kraam te beginnen en vers gemaakte gebak op kermissen te verkopen. Sindsdien heeft de wafel een ware evolutie gekend en zijn er vele variaties op bedacht.
Stamppot, hutspot of zuurkool
Een typisch Hollands hoofdgerecht is natuurlijk stamppot, hutspot of zuurkool. Wij Nederlanders staan bekend om ons stampen en prakken en dit is daar het ideale voorbeeld van.
Van stamppot tot stroopwafel, pannenkoeken tot pastei. Haring, huzarensalade, hutspot... De Hollandse keuken kent een schát aan klassiekers.
Zoete snacks die in heel Nederland worden gegeten zijn poffertjes, pannekoeken, drop en stroopwafels. Typisch Nederlandse winterkost is erwtensoep en stamppot. Typisch eten rondom speciale gelegenheden zijn een tompouce bij Koningsdag, oliebollen bij Oud en Nieuw en peper- en kruidnoten bij Sinterklaas.
Onder gewone- of schenkstroop verstaan we stroop die meestal wordt gemaakt van het ingekookte sap van suikerbieten of van rietsuiker. Meestal worden echter de (goedkopere) suikerbieten gebruikt.
Er zit 7,7 gram vet in 1 extra groot (40 gram) stroopwafel, waarvan 4 gram verzadigd vet. Voor je hart en bloedvaten is het gezond om vooral producten te kiezen met veel onverzadigde vetten. Onverzadigd vet zit bijvoorbeeld in olie, halvarine, vloeibare bak- en braadproducten, avocado, noten en (vette) vis.