Oink oink, prrr prrr, boe, iaaaaa iaaaaa.
“Priet priet priet priet”, klinkt het. Het is het geluid van een kwartel. Een vrouwtje, wel te verstaan, en het klinkt heel anders dan het bekende “kwikmedip” van de mannetjes. Voor de mannelijke kwartels is het geluid onweerstaanbaar.
De koolmees heeft feitelijk maar twee noten op zijn zang, waarmee hij echter héél veel verschillende liedjes weet te componeren. De zang van de koolmees bestaat uit twee of drie tonen en klinkt alsof iemand heel snel z'n fietsband staat op te pompen.
De Zwarte Roodstaart is een vogel die je nogal eens in steden aantreft. Een omgeving met stenen, of het nu bergen betreft of flats en huizen, daar houdt ie van. De Zwarte Roodstaart heeft een apart, ietwat krakend liedje.
De vink is dan ook een zeer algemene en veel voorkomende vogel. In de lente zingen ze de bekende vinkenslag, die gaat van 'driiiiiii-tsitsitsi-kawiet! '. En vaak roepen ze ook heel hard “wiet-wiet-wiet!”.
Geluid. Zang met kanarieachtige trillers en een nasaal "tsjwèèè…".
Vink (Fringilla coelebs)
De vink is met zijn grijsblauw petje, roestrode borst en witte vleugelstrepen een bekende tuinvogel. De zang eindigt (bij ons) vaak op suskewiet.
Warblr geeft je straks het antwoord. De app herkent al 88 vogelgeluiden, op een vergelijkbare manier als Shazam en SoundHound liedjes herkennen. De Britse makers claimen een score van 95% bij een goede geluidsopname, al is dat tijdens een wandeling in de natuurlijk misschien nog wel eens een probleem.
Wie niet sterk is moet slim zijn. Daarom barst het in de dierenwereld van de handige trucjes.
De sprinkhaanzanger dankt zijn naam aan de zang van het mannetje; een voortdurend rinkelend geluid dat sprekend lijkt op dat van een sprinkhaan. Dat is meteen het enige dat opvallend is aan deze riet- en ruigtebewoner.
Koolmees: fietspompje
Van de koolmees zijn enorm veel verschillende geluiden bekend, sommigen zeggen wel 200 verschillende. De basis is steeds het beroemde 'fietspompje': ' ti-tu-ti-tu-ti-tu ". Maar daar blijkt de koolmees dus oeverloos mee te kunnen variëren: ' ti-ti-du-ti-ti-du … ' of ' tudi-tudi-tudi' .
Een aanhoudend lang geratel, alsof iemand maar niet wakker wil worden. Het is de zang van de snor óf de sprinkhaanzanger. Het klinkt enigszins mechanisch. Klinkt niet alleen als een wekker, maar je zou er ook het geratel van een 'tractor in de verte' in kunnen herkennen.
Je houdt van hem, of je haat hem: de houtduif. Hun hese geluid kun je nagenoeg het hele jaar door horen. Hoe je de zang van de houtduif herkent, hoor je onder meer in deze nieuwste podcast van Notenkrakers.
Geluid. Zang helder dalend riedeltje van zoete, melancholieke klanken. Meest gebruikte roep lijkt op tjiftjaf maar is lager, langgerekter en meer tweelettergrepig. Lijkt erg op roep van gekraagde roodstaart.
Geluid. Luide, trage zang met veel pauzes en met een kenmerkende herhaling van meestal driemaal hetzelfde geluid. Meest kenmerkende roep is een hoog, scherp "tsip".
De tuinfluiter is net zo groot als de koolmees. Hij is bruingrijs op de rug en grijswit op de buik en heeft grijze poten. Meest opvallende is de grijze vlek in zijn hals en de korte stompe snavel. Laat zich niet snel zien, maar is wel vaak te horen.
Het is mogelijk dat de Cicada Orni met een toerist is meegereisd. Of misschien zat het in een geïmporteerde potplant. Er zijn in ieder geval genoeg redenen om te speculeren over deze ontdekking. Het dier maakt een krassig en krakend geluid.
Lichaamstaal van parkieten
Als een vogel zijn veren dicht tegen zijn lichaam houdt en zich kleiner maakt, dan is hij bang of gestrest. Als een vogel met zijn vleugels slaat of ze uitspreidt, is dit ook een teken dat het dier zeer ontevreden over iets is.
Net als de vleugels van je parkiet een indicatie kunnen zijn van geluk, kunnen zijn staartveren dat ook zijn. Wanneer een vogel met zijn staart wiebelt (zoals een hond met zijn staart kwispelt), dan betekent dat gewoonlijk dat je vogel blij is om je te zien - hoewel het ook kan aangeven dat je vogel zal gaan poepen.
Ransuilen broeden vaak in halfopen (natuur)gebieden, waar ook veel campings zijn te vinden. Je hoort ze 's nachts al van ver met hun typische hoge, piepende, bijna klagende aanhoudende geluid. Ransuilen zijn tijdens de zomer zo luidruchtig omdat de uilskuikens hun nest verlaten en door de omgeving gaan zwerven.
Liervogels staan vooral bekend door hun buitengewone vermogen om natuurlijke en kunstmatige geluiden uit hun omgeving te imiteren. De roep van de liervogel is een rijke mengeling van zijn eigen lied en een willekeurig aantal geluiden dat het dier ooit eens heeft gehoord.
Geluid. Kenmerkend getsjilp, in veel variaties. Diverse minder bekende, maar toch kenmerkende roepen.
Vinken hebben een korte, kegelvormige snavel. Het mannetje heeft in broedkleed een blauwgrijs petje, een oranjerode borst en wangen. De staartveren zijn zwart, behalve de (witte) buitenste staartpennen. Het vrouwtje is minder opvallend en wordt nog wel eens aangezien voor een vrouwtje huismus.
Een vinkenzetting, kortweg zetting of suskewiet genoemd, is een wedstrijd waarbij de vinkeniers (vinkenhouders) zich met een vinkenkooi (een muit) opstellen langs een weg, met telkens 2,4 meter tussen vinkenier en vink.
Een prachtig geluid dat inhoudt dat de lente in aantocht is. De vink is altijd te herkennen aan de dubbele witte vleugelstrepen, een aantal witte buitenste staartpennen en witte dekveren. Het mannetje heeft prachtig exotische kleuren in de broedtijd en het vrouwtje is groenig grijsbruin gekleurd.