De prestigieuze Deltawerken hebben Nederland internationaal als specialist in waterbouw op de kaart gezet. Na de Watersnoodramp was de stormvloedkering Hollandsche IJssel in 1958 als eerste van de Deltawerken gereed. In al die jaren daarna zijn mensen gekomen en gegaan, onderdelen versleten en technieken verbeterd.
Het eerste grote werk dat voltooid werd was de Stormvloedkering Hollandse IJssel. Deze stormvloedkering bij Rotterdam en Krimpen aan den IJssel werd in 1958 in gebruik genomen. Een ander zeer prominent onderdeel van de Deltawerken werd in 1986 geopend: de Oosterscheldekering.
De Oosterscheldekering is het grootste en beroemdste Deltawerk. De 9 km lange stormvloedkering sluit de Oosterschelde af bij dreigend hoogwater. Tussen Schouwen-Duiveland en Noord-Beveland werd tussen 1976 en 1986 de Oosterscheldekering gebouwd. Het is Nederlands grootste stormvloedkering.
Geen enkele waterkering ter wereld heeft grotere beweegbare onderdelen dan de Maeslantkering. Dit Deltawerk kan een vloedgolf van 5 m boven NAP aan. De Maeslantkering ligt in de Nieuwe Waterweg bij Hoek van Holland en werd gebouwd tussen 1991 en 1997.
De Stormvloedkering wordt gesloten met behulp van een hydraulisch systeem. Aan de lengte van de hydraulische cilinders boven de kering kun je zien hoe hoog de schuif op die plek is. En dus ook hoe diep het water daar is. Het patroon van de buizen geeft een spiegelbeeld van de stroomgeulen te zien.
De Nieuwe Waterweg ligt in Zuid-Holland en loopt van Hoek van Holland tot aan de Maeslantkering.
Het Veerse Meer was het eerste zeegat dat in 1961 in het kader van de Deltawerken werd afgesloten door sluiting van de Zandkreekdam en de Veerse Gatdam (figuur 1). Na de aanleg van de Zandkreekdam (1960) en de Veerse Gatdam (1961) verdwenen eb en vloed uit het gebied.
Voor ieders veiligheid zijn de Deltawerken gebouwd om herhaling van de watersnoodramp in 1953 te voorkomen. Bij Deltapark Neeltje Jans kun je de geschiedenis opnieuw meemaken: van de watersnood tot en met de bouw van de Deltawerken.
De Deltacommissie. – geschatte kosten 1,5 tot 2 miljard gulden, omgerekend tussen de 680 en 900 miljoen euro – uit te voeren. In november 1955 wordt het Deltaplan naar een wetsvoorstel omgezet. Twee jaar later wordt het wetsvoorstel aangenomen en op 8 mei 1958 door koningin Juliana ondertekend.
Op 6 november, zeven maanden na de Ramp, werd het laatste gat bij Ouwerkerk op Schouwen-Duiveland gesloten. Lang voor de Watersnoodramp van 1953 hadden dijkenbouwers het zogenaamde 'Deltaplan' bedacht. Dat was een plan om de zeearmen in Zuidwest-Nederland af te sluiten.
Vanuit de overheid lag de wens er om de zeearm af te sluiten, maar voor de Rotterdamse haven was een open Nieuwe Waterweg heilig. Het moest dus geen dam worden, maar een kering die open en dicht kan.
De naam Neeltje Jans is de naam van de boot die vastgelopen is op de zandplaat, het is een oude volksbenaming voor de beschermgodin Nehalennia. Vroeger was Neeltje Jans een zandplaat in de monding van de Oosterschelde.
Nederland in het Eoceen
In het Midden-Eoceen lag Nederland nog steeds vrijwel geheel onder water, maar de zee trok zich al spoedig steeds meer in noordelijke richting terug. Omdat de zee continu in beweging was, werd Zuid-Nederland afwisselend overspoeld.
Neeltje Jans en de Brouwersdam
Een 'must do' wanneer je een bezoek brengt aan de Deltawerken. Aanraders zijn ook een bezoek aan Nationaal Park Oosterschelde of de Brouwersdam, waar je kunt genieten van schitterende natuur en de stranden bij het Grevelingenmeer.
Alle Deltawerken in Zeeland
De Deltawerken bestaan uit stormvloedkeringen, sluizen en dammen. In Zeeland vind je de Zandkreekdam, Veerse Gatdam, Grevelingendam, Brouwersdam, Oesterdam, Oosterscheldekering, Bathse Spuisluis en Philipsdam. Lees meer over alle Deltawerken in Zeeland.
Een echte dam werkt hetzelfde als de dam die je zelf gaat bouwen. Het water wordt tegengehouden door sterk materiaal, zoals stenen en beton, en wordt voorzichtig doorgelaten naar de andere kant.Op die manier blijft het stromende water onder controle.
De Nieuwe Waterweg wordt 16,40 meter diep en de Botlek 15,90. Voor de Botlek is daarmee het maximum bereikt. Dieper is niet toegestaan omdat anders de Maeslantkering niet meer goed kan functioneren.
Daarom werd in 1863 besloten om een nieuwe zeeverbinding te graven: de Nieuwe Waterweg. Omdat Rotterdam niet mocht worden voorgetrokken kreeg Amsterdam ook een nieuw kanaal naar de zee: het Noordzeekanaal. De aanleg van de Nieuwe Waterweg begon in 1863, onder leiding van waterbouwkundig ingenieur Pieter Caland.