Stokmaat A: van 1.09 tot minder dan 1.17m. Stokmaat B: van 1.17 tot minder dan 1.27m. Stokmaat C: van 1.27 tot minder dan 1.37m. Stokmaat D: van 1.37 tot 1.48m.
Bij een schofthoogte tot 147 cm spreken we van pony's, boven de 147 cm van paarden. De hoogte van volwassen paarden varieert sterk: van 147 tot 180 cm bij sportpaarden.
categorie A: pony's met een stokmaat van 1,09 m en minder dan 1,17 m. categorie B: pony's met een stokmaat van 1,17 m en minder dan 1,27 m. categorie C: pony's met een stokmaat van 1,27 m en minder dan 1,37 m. categorie D pony's met een stokmaat van 1,37 m tot en met 1,48 m.
Je moet zelf prettig kunnen rijden. Iemand van 1,65 meter past vaak prima op een pony met stokmaat D of E. Maar een C- pony is in veel gevallen toch te klein voor iemand met een lichaamslengte van 1,65 m. een en ander hangt natuurlijk ook een beetje van de bouw van de pony af.
Voor een C-pony gaat men uit van een gewicht tussen de 300 en 400kg als de pony in goede conditie is en een stokmaat (schofthoogte) van 1,27 - 1,369 m. Voor het gewicht voor de ruiter gaat men uit van maximaal 20% van het gewicht van de pony. Voor de ruiter komt dat neer op 60 – 80kg.
Je laat het voorhoofd smaller ogen door te kiezen voor een pony die de lengte van het gezicht accentueert. Een pony naar de zijkant is perfect! Een model met lange lagen zal het gezicht mooi omlijsten. Laat een dikke pony achterwege en kies liever voor wat speelsere plukjes.
De regel voor wat een paard aankan
Een paard kan doorgaans zo'n 15 tot 20 procent van zijn eigen gewicht dragen. Een groot paard weegt gemiddeld 600 kilo, dus dat betekent dat hij 105 kilo kan hebben. Een zadel is zo'n 10 kilo, waardoor de ruiter 95 kilo mag zijn.
B-pony's: B = 60 cm, L = 70 cm, M = 80 cm. C-pony's: B = 70 cm, L = 80 cm, M = 90 cm, Z = 100 cm, ZZ = 110 cm. D-pony's: B = 80 cm, L = 90 cm, M = 100 cm, Z = 110 cm, ZZ = 120 cm.
Eenmalige kosten
Een pony kost 150 tot 5.000 euro. Een paard dat opgeleid is, kost gemiddeld tussen de 4.500 en 10.000 euro. Voor sportpaarden betaal je nog meer. Om prijzen te vergelijken moet je o.a. rekening houden met de leeftijd van het dier, het opleidingsniveau en het seizoen.
Zo kan een Shetlander 20% van zijn eigen gewicht op zijn rug dragen. Dit betekend dat je bij mij op de pony's kan rijden totdat je ongeveer 40 kg weegt en je moet niet te groot zijn. Dus niet groter als 1,40 meter. Een shetlander kan op een verharde weg wel 3 keer zijn eigen gewicht trekken, dat is wel 750 kilo!
De rode draad is dat een paard geen probleem ondervindt als hij tussen de 15 en 20 procent van zijn eigen gewicht draagt. In de KNHS instructeursopleiding wordt een leidraad van 17 procent gehanteerd, want het gewicht van het zadel komt hier nog bovenop.
Je zet de meetstok naast het voorbeen van het paard ter hoogte van het hoogste punt van de schoft. De meetstok zet je loodrecht, met behulp van de waterpas kun je deze loodrecht op het hoogste punt van de schoft zetten. Vervolgens lees je de hoogte af op de meetstok.
De schofthoogte (ook wel schouderhoogte of stokmaat) is de afstand van de grond tot aan de bovenrand van de wervelkolom (ter hoogte van de schouder). Voor een goede meting, zorg dat de hond recht staat en naar voren kijkt met het hoofd geheven. Meet de hond op van de grond tot aan de bovenkant van de schouder.
De shire is een paardenras afkomstig uit Engeland. Met een schofthoogte van gemiddeld 1,80 meter behoren de paarden van dit ras tot de grootste ter wereld. De shire behoort tot de koudbloedrassen en wordt voornamelijk gebruikt als trekpaard.
Springen. De bouw van de Tinker suggereert geen geweldig springpaard. Dit zijn ze ook niet, maar ze kunnen uitstekend een sprongetje maken. Sommige Tinkers springen bijna hun eigen schofthoogte!
Paardrijden is wel een échte sport. Je wordt er zeker in het begin best moe van en zult misschien ook last krijgen van spierpijn. Ook moet je bij paardrijden veel dingen tegelijk doen. Dat is in het begin best ingewikkeld, maar sommige dingen worden vanzelf wat meer een automatisme.
Paarden worden meestal ingereden als ze drie zijn. Quarters, worden meestal ingereden als ze twee zijn. Op die leeftijd koersen de dravers al hun eerste wedstrijden.
Onsportieve en dikke mensen kunnen dat over het algemeen niet zo goed en hebben daarom (dat is ook mijn ervaring als instructeur) meer problemen met het leren en oefenen van de onafhankelijke zit. Alleen paardrijden als sport is daarom ook niet aan te bevelen.
Schouders, armen, bovenbenen, buikspieren, bilspieren, adductoren, rug... Met paardrijden train je echt alle spieren in je lichaam. Ook na jaren ervaring kan het gebeuren dat je na een zware training met je paard spieren ontdekt waarvan je zelfs niet wist dat je ze had.
Een paard kan 12-20% van zijn eigen gewicht dragen. Puur Terschelling heeft paarden tussen 450 kg en 600 kg.
Want hoe weet je eigenlijk of een pony je staat? We krijgen deze vraag regelmatig en het antwoord kun je misschien al raden: door goed te kijken naar de vorm van je gezicht. Maar daarnaast is ook de dikte én de structuur van je haar van belang. Een hoop om rekening mee te houden dus.
Als jij in de spiegel kijkt en je haarlijn, kaken en kin zou omlijn, zie jij een diamant. Je hebt hoge jukbeenderen en een puntige kin. Het grote verschil met een hartvormig gezicht is de haarlijn. Als je haarlijn smaller is, heb je een diamantvormig gezicht.
Iemand met een ronde gezichtsvorm wil de curtain bangs tot ongeveer onder de jukbeenderen vallen. Maar als je juist de nadruk wil leggen op je kaaklijn, kies je voor een langer 'gordijntje'. Dit staat bijvoorbeeld mooi bij een ovaalvormig gezicht - de gezichtsvorm die de meeste mensen hebben.