Het ritme is de afwisseling van korte en lange noten binnen de maat. De maat kan je meetellen en vorm de basis onder je muziek. Je kunt het zien als een soort beat die het nummer ondersteunt. Het tempo en de maat zijn dus iets anders dan het ritme.
De afwisseling tussen lange en korte klanken noemen we ritme. Als je een liedje klapt, dan klap je het ritme van dat lied. Veel korte klanken na elkaar geven een stuwend ritme.
Als er door variatie in toonhoogten en toonduur binnen een bepaald ritme een muzikale lijn bestaat die 'aanvoelt als een eenheid', kun je spreken van een melodie.
Tempo gaat over snelheid. Ritme gaat over regelmaat. Dus het tempo van een bepaald ritme kan hoog of laag zijn.
En op iedere leeftijd kun je je ritmegevoel nog verder ontwikkelen. Het schijnt wel dat je tussen de 2 en de 5 jaar (zeg maar voor de lagere school) het snelste ritmes oppakt. Dat gebeurt dan vaak door bijvoorbeeld meeklappen, klapspelletjes, liedjes zingen, rijmpjes, en door dansen of bewegen op muziek.
6/8-maat, zesachtstemaat:
Het bovenste getal: de 6 betekent dat de maat voorbij is na zes achtste noten. Je telt EEN twee drie *vier* vijf zes.
regelmaat waarmee iets zich herhaalt, vooral van geluid
[muziek] De verdeling van de tijd (afwisseling van korte en lange noten) binnen de maat noemen we ritme. Ritme is te noteren in notenwaarden.
Een motief is een klein stukje muziek van een paar tonen. Als het motief een klein melodietje is, noem je het een melodisch motief. Als het motief een ritme is, noem je het een ritmisch motief.
En wat is timing precies? Maatsoort: de verdeling van de puls in licht en zwaar, de organisatie van de tel zou je kunnen zeggen. (De maatsoort staat dus los van het tempo!) Ritme: de lengte van de noten binnen de maatsoort en het tempo.
Een groove is een muzikale term die in zwang is in de populaire muziek voor een reeks noten die dwingt tot dansen of bewegen; in de jazzmuziek wordt dit swing genoemd.
ritme, ritmiek, tempo.
Ritme zorgt voor een gevoel van controle en voorspelbaarheid, en daarmee rust in je hoofd. Dit is altijd belangrijk, maar dat geldt te meer als je in een stressvolle periode zit en je niet goed weet waar je aan toe bent (zoals tijdens de coronacrisis). Als ik me niet goed voel, zie ik dit vaak terug in mijn ritme.
Het klinkt saai, maar de enige manier om je slaapritme weer terug te krijgen is structuur. En dat betekent: elke avond op dezelfde tijd naar bed, en elke ochtend op hetzelfde moment opstaan. Hoe moeilijk dit ook is na een slechte nacht, blijven liggen zorgt er alleen maar voor dat je 's avonds niet kunt inslapen.
Zet dus je wekker elke dag op dezelfde tijd en ga niet te laat slapen. Het is belangrijk om elke dag voldoende zonlicht te krijgen. Ga dus elke dag minstens een half uur naar buiten, dit kan ook op je balkon of in je tuin. Als dat niet mogelijk is, maak dan een wandeling of ga een stukje fietsen.
Noten van verschillende lengtes vormen samen een ritme. Het ritme van een muziekstuk hangt sterk samen met de maatsoort en met de afwisseling van sterke en zwakke maatdelen. Denk bijvoorbeeld aan het ritme van je hart, of aan het ritme van een tikkende klok (tik tak tik tak).
Instrumentale muziek in tegenstelling tot vocale muziek, is muziek waarbij geen gebruik wordt gemaakt van zangstemmen maar uitsluitend van muziekinstrumenten. Ook in een composities waar wel gezongen wordt, zijn vaak instrumentale gedeeltes te horen, veelal in de vorm van een instrumentaal intermezzo.
Allegro: 120 - 138, vlug en levendig (achter Allegro komen vaak de volgende toevoegingen: con spirito (met geestdrift); con brio (met levendigheid); con fuoco (met vuur) en agitato (geagiteerd/onrustig).
Ritme in een schilderij wordt bereikt wanneer één of meerdere elementen min of meer regelmatig worden herhaald, waarmee een gevoel van organisatie wordt bereikt. Het gaat dan om volledig identieke of vergelijkbare beeldelementen. Diverse manieren waarop ritme in een ontwerp kan voorkomen.
ritme {het}
rhythm {znw.}
Een halve noot duurt in een 4/4 maat 2 tellen (volgens het onderste cijfer). Staat er een punt achter, dan komt de helft erbij. De helft van 2 is 1, dus duurt hij in totaal 3 tellen.
De C-sleutel is een teken aan het begin van de notenbalk dat de toonhoogte van de genoteerde noten bepaalt. De noot op de lijn die door het midden van de sleutel loopt is de toon c.
Samen duren die 2 noten dus precies 1 tel. Kijk en luister maar eens naar het volgende voorbeeld. Zoals gewoonlijk begint de metronoom met 4 tellen.