Er zijn twee soorten activa. Vlottende activa en vaste activa. Simpel gezegd zijn vlottende activa voorraden en onderdelen die nodig zijn voor het economische proces van de onderneming. Vaste activa zijn onderdelen die in bezit zijn voor een langere periode.
Er bestaan verschillende soorten activa, namelijk vlottende activa en vaste activa. Simpel gezegd zijn vlottende activa bezittingen van de onderneming met een snelle omloop. Vaste activa zijn juist onderdelen die vaak in bezit zijn voor een langere periode.
Wanneer we het in de boekhouding over activa hebben, hebben we het over het algemeen over zes verschillende categorieën: vlottende activa, vaste activa, tastbare activa, immateriële activa, operationele activa en niet-operationele activa . Uw activa kunnen tot meerdere categorieën behoren. Een gebouw is bijvoorbeeld een voorbeeld van een vaste, tastbare activa.
Dat kunnen tastbare en niet-tastbare zaken zijn. Tastbare activa zijn fysieke objecten zoals geld, inventaris, gebouwen, machines en voertuigen. Niet-tastbare activa zijn bijvoorbeeld intellectuele eigendommen. Denk daarbij aan patenten, auteursrechten of handelsmerken.
Activa is een boekhoudkundige term die alle bezittingen van een bedrijf omvat. Dit zijn dus middelen die economische waarde vertegenwoordigen en die het bedrijf helpen om inkomsten te genereren.
Een asset is doorgaans een nuttig ding of iets dat waarde heeft . De meeste mensen hebben persoonlijke assets, zoals contant geld, spaarrekeningen, obligaties, levensverzekeringen, sieraden en verzamelobjecten. De vaardigheden en capaciteiten van een persoon kunnen ook een asset zijn.
Patenten en octrooien, maar ook goodwill zijn goede voorbeelden van immateriële vaste activa. Wat zijn financiële vaste activa? Financiële bezittingen zoals leningen die je hebt uitstaan bij anderen of langlopende aandelen in een ander bedrijf of dochteronderneming zijn financiële vaste activa.
Tastbare activa zijn fysieke dingen. Voorbeelden zijn land, gebouwen, voertuigen, meubilair en apparatuur .
Activa (vaste en vlottende) zijn alle bezittingen van een onderneming, en ze staan aan de linkerkant van de balans. Activa is vastgelegd en beschikbaar geld, wat je actief inzet voor de bedrijfsvoering van je onderneming om gewenste doelen te realiseren.
Wat zijn vaste activa? Vaste activa zijn posten die voor langer dan een jaar aan je onderneming zijn gebonden, zoals je bedrijfspand, auto's van het bedrijf, machines en inventaris.Ook je oprichtingskosten, aankoopsommen, vergunningen en deelnemingen vallen onder vaste activa.
Vlottende activa kunnen binnen een jaar worden omgezet in contanten, en niet-vlottende activa hebben meer dan een jaar nodig om te converteren . Het is belangrijk voor bedrijven, analisten en investeerders om onderscheid te maken tussen de twee, omdat het hen helpt de financiële positie en het risico van een bedrijf te visualiseren.
Onder vlottende activa vallen: Je voorraden. Denk aan ingekochte grondstoffen en producten voor de verkoop, maar ook halffabrikaten en onderhanden werk. Voorraden worden gewaardeerd tegen de betaalde inkoopprijs of de kostprijs.
Overlopende activa (accruals) bestaan uit vooruitbetaalde of nog te vorderen bedragen. Indien een organisatie in het boekjaar bijvoorbeeld alvast de verzekeringspremie voor een deel van het volgende boekjaar betaalt, wordt dit op de balans als overlopende activa opgenomen: “vooruitbetaalde verzekeringspremie”.
De activazijde van de balans bestaat uit alle bezittingen van een bedrijf. Je kunt hierbij denken aan het geld dat je op de bank hebt staan, maar ook de computer die je voor je onderneming hebt gekocht. Al die dingen die je "actief" in je bezit hebt vind je terug aan de linkerkant, de activazijde van de balans.
De balans heeft altijd een linker- en rechterkant. Links is de debetzijde en staan de bezittingen van de onderneming, die noemen we de activa. Rechts is de creditzijde, hier zien we het eigen vermogen en de schulden die je nog moet betalen, de passiva.
Je liquiditeit vertelt in hoeverre je in staat bent om aan je kortlopende betaalverplichtingen te voldoen. Je bedrijf is liquide als dit voor jou geen probleem is. Lukt dit niet? Dan ben je illiquide en heb je extra cash nodig om het voortbestaan van je onderneming te kunnen garanderen.
Wat is de quick ratio? De quick ratio zegt iets over de liquiditeit van een bedrijf. De ratio laat zien in hoeverre een bedrijf kortlopende schulden kan aflossen met vlottende activa, zoals banktegoeden, contant (kas)geld, vorderingen en bedrijfsaandelen die makkelijk te verkopen zijn.
Het 4C-model bestaat uit vier focuspunten die bedrijven kunnen helpen bij het creëren van waarde voor de klant, namelijk Customer solution, Customer costs, Convenience en Communication. Hieronder gaan we hier nog even wat dieper op in.
De 4P's van McCarthy en Kotler
De 4 P's staan voor: Product, Prijs, Plaats en Promotie. Deze vier deelgebieden hebben een onderlinge wisselwerking en afhankelijkheid. Daarom is het belangrijk om een goede combinatie te vinden tussen de verschillende P's zodat deze elkaar versterken.
Particulier vermogen is vermogen van een natuurlijk persoon. Dit is de waarde van alle bezittingen, verminderd met de waarde van alle schulden. Bezittingen kunnen bestaan uit spaargeld, aandelen en obligaties, antiek, auto's, sieraden, een eigen woning.
Rekenvoorbeeld. Als een activa een aanschafwaarde van € 20.000 heeft, een restwaarde van € 5.000 heeft en een economische levensduur van 5 jaar, dan zijn de afschrijvingskosten per jaar (20.000 - 5.000) / 5= € 3.000. Het afschrijvingspercentage is dan dus 3000 / 20.000 = 15% per jaar.
Het woord 'liquide' staat voor vloeibaar. Dit geeft aan dat er snel verplaatsing van dit geld kan plaatsvinden en dat je het makkelijk kunt gebruiken, wat natuurlijk logisch is met giraal en chartaal geld.