De Acer behoort tot de familie van de Sapindaceae, de zeepboomfamilie waar ook de esdoornfamilie bij is ondergebracht. De Japanse esdoorn is uitstekend te combineren met andere planten uit Japan zoals de Rhododendron, Hydrangea, Pieris, Skimmia, Helleborus, Hosta of tuinvarens.
De Japanse esdoorn is fraai als solitair. Of combineer met rotsheide (Pieris), hartlelie (Hosta) en klokjesbloem (Campanula portenschlagiana) als bodembedekker.
Een Japanse esdoorn is geen moeilijke plant, zolang zijn standplaats aan een paar basisvoorwaarden voldoet. Zorg voor een goed doorlatende, humusrijke en lichtzure grond: bij het aanplanten maak je de grond goed diep los, en meng je best een ruime dosis turf of heidegrond mee in de plantput.
Nee, de volle zon is niet echt geschikt voor deze plant. De bladeren zijn flinterdun (wat deels de reden is van hun prachtige kleuren) en zijn daarom ook gevoelig voor verbranding. Het liefst staat de Japanse Esdoorn op een plek met wat gefilterd licht door bladeren van andere bomen.
Japanse Esdoorn water geven
De Japanse esdoorn houdt niet van teveel water. Bij goed doorlatende grond kunt u het beste eenmaal per week water geven. Bij aanplant en zeer warme dagen kunt u tot driemaal per week water geven. Zorg dat de wortels niet continu in het water staan want dit kan zorgen voor rottende wortels.
Vooral de Japanse esdoorns groeien het best in de halfschaduw in vrij vochtige en zure grond. Kleigrond en klakhoudende grond zijn minder geschikt. Snoeien is niet beslist nodig bij de esdoorn. Wilt u toch snoeien dan kan dit het best gebeuren in de periode juli-december.
Een esdoorn die goed gesetteld is kan behoorlijk wat droogte verdragen maar zeker de eerste jaren moet je heel goed opletten dat je plant niet uitdroogt want dan is het finito.
Een volwassen Acer Palmatum kan makkelijk een wortelgestel hebben van 3 meter breed en bijna een meter diep.
De Acer behoort tot de familie van de Sapindaceae, de zeepboomfamilie waar ook de esdoornfamilie bij is ondergebracht. De Japanse esdoorn is uitstekend te combineren met andere planten uit Japan zoals de Rhododendron, Hydrangea, Pieris, Skimmia, Helleborus, Hosta of tuinvarens.
De zen-tuin geeft qua indeling genoeg vrijheid, maar moet in zijn geheel wel te overzien zijn, met heldere zichtlijnen. Geen hoge struiken of obstakels midden in de tuin. Er mogen alleen natuurlijke materialen worden gebruikt. Zet eventuele hogere beplanting aan de randen van de tuin en kies sobere planten.
De aanleg van een Japanse tuin kost ongeveer € 100 per m². Hier zijn we uit gegaan van een normale tuin, dus geen basic tuin en ook geen enorm luxe tuin. Voor een gemiddelde achtertuin tussen de 50 m² en 100 m² betekent dat de aanleg van een Japanse tuin tussen € 5.000 en € 10.000 gaat kosten.
Vooral Japanse esdoorns met een fijn blad zijn gevoeliger voor wind, meestal hebben ze het meeste last van de wind uit het oosten. Deze is vaak droog en schraal en daar kunnen de fijne bladeren niet goed tegen. Een (zuid)westenwind is vaak vochtiger en minder schadelijk.
Standplaats Japanse Esdoorn 'Acer Palmatum'
Plant de Japanse esdoorn in een vochtige én lichtzure bodem. Ze staan graag op een plekje in de halfschaduw, echter wordt volle zon ook verdragen mits de bodem voldoende vochtig is.
Kleiner houden is overigens geen enkel probleem. De bladeren worden, afhankelijk van de soort, tussen de 4 en 12 centimeter groot en hebben lange, spitse vingers. Ze zijn inheems in grote delen van Japan. Omdat ze relatief klein blijven groeien ze daar vaak op schaduwrijke plekken onder grotere bomen.
Deze esdoorn groeit langzaam en wordt in Nederland vaak niet groter dan zo'n 2 meter. De schors is vaak grijsbruin. Sommige Acer palmatums hebben het hele jaar paars of rood blad.
Acer Palmatum 'Fireglow'
Japanse esdoornsoort die rood blijft. In de herfst verkleurt hij naar felrood. De hoogte die de soort kan bereiken ligt tussen de 2 en 3 meter. De plant is goed in een flinke pot te houden of te kweken als een soort 'op stam'.
De esdoorn groeit het liefst in de halfschaduw, want in de felle zon kunnen de bladeren verbranden. De plant kan ook overleven tijdens de koude wintermaanden. Zorg er dan wel voor dat de kluit niet te vochtig wordt, dit kan voor schade zorgen. De plant vertoeft het liefst in een licht zure en humusrijke grond.
Het verplaatsen van een Japanse Esdoorn kunt u het beste doen, wanneer de plant nog geen blad heeft. Het najaar of het vroege voorjaar, wanneer het niet vriest is hier geschikt voor. Maak een zo groot mogelijk plantgat, vul dit met zachte turfgrond. Maak de grond goed vochtig en zet daar de Japanse esdoorn in.
Hoe snoei je een Japanse esdoorn
Richt je bij het snoeien op het verwijderen van zwakkere takjes en takken uit de kroon van de plant. Ga vooral niet te rigoureus te werk en doe regelmatig een stapje terug om het resultaat te bekijken.
Wanneer esdoorn snoeien
Snoeit u in het voorjaar dan kunnen de wonden gaan 'bloeden'. Knip dus nooit in de late winter (na de Kerst) of in het voorjaar takken af. Snoeien kan het best gebeuren in de periode juli-augustus. De boom is dan aan de groei en snoeiwonden zullen dan snel overgroeien.
Snoeien is niet beslist nodig bij de Japanse esdoorn, de vorm is meestal van zichzelf al prachtig. Wilt u toch snoeien dan kan dit het best gebeuren in de periode juli-augustus. De snoeiwonden zullen dan het snelst overgroeien. Snoeit u in het voorjaar dan kunnen de wonden gaan 'bloeden'.
Het snoeien van de Japanse esdoorn doet u alleen als er takken afsterven of als u de vorm van de heester wilt veranderen. In de zomer (juli/augustus) kunt u de struik modelleren om deze mooi compact te houden. Knip de takken terug naar wens, totdat de struik zijn natuurlijke vorm weer heeft.