Preventie en bestrijding van roest
Als de planten op de juiste plaats staan en voldoende voedingsstoffen kunnen opnemen zullen ze minder snel last hebben van roest. Kwekers leggen zich erop toe plantensoorten te kweken die resistent zijn tegen roest. Haal het aangetaste blad of plantendelen weg.
Verwijder en verbrand meteen alle aangetaste bladeren en delen van de plant. Verzamel en verbrand ook de afgevallen bladeren. Om roest te bestrijden op rozenstruiken heb je een schimmelwerend middel nodig dat de sporen vernietigt.
Veel van deze bladziektes zijn op een natuurlijke manier te verminderen als de groei van de planten wordt geoptimaliseerd. Is een plant toch aangetast, behandel deze dan. Het middel Ortiva werkt effectief tegen dit soort schimmels. Het werkt ook preventief.
Bruine bladranden kunnen ontstaan door teveel water, droge (radiator) lucht of een te warme omgeving of koude tocht. Bruine bladpunten kan te maken hebben met te weinig licht, teveel kalk in het water of een te lage luchtvochtigheid.
Als jouw plant bruine bladranden heeft kun je deze gerust afknippen. Zorg er wel voor dat je een schone schaar gebruikt en dat je nooit in het groene deel van het blad knipt! Als je het bruine deel geheel wegknipt – en dus in het groene deel van het blad knipt – zal er opnieuw een bruine rand ontstaan.
De bruine bladeren kun je niet meer herstellen, en kun je dus beter afknippen. Je zult zien dat nieuwe blaadjes gewoon weer mooi groen zijn.
Bomen zijn groter en sterker dan andere planten, maar toch kan plantroest veel schade toebrengen. Vooral in de zomer komt roest op planten veel voor. Dit komt door het vochtige weer; schimmels houden van vocht. Ook in de herfst moet u oppassen.
Door je gewassen te bespuiten met een aftreksel van knoflook kan je voorkomen dat vlinders hun eitjes leggen en je gewassen ten prooi vallen aan honderden rupsen. Knoflook beschermt ook de wortels van je planten tegen de schade die aaltjes aanrichten, omdat het een organische zwavelverbinding bevat.
Roest is niet in water oplosbaar en wordt niet door planten opgenomen. Roest veroorzaakt bruinige verkleuring van gewassen, bestrating, meubilair en muren van gebouwen. Omdat planten roest niet opnemen, hebben planten er weinig last van.
Sterroetdauw is lastig te bestrijden, maar niet onmogelijk. Je kunt bijvoorbeeld de middelen Ortiva, Signum en Collis inzetten tegen de bestrijding van sterroetdauw. Deze middelen werken voornamelijk preventief tegen schimmels.
Cladosporium fulvum is te herkennen aan gele vlekken aan de onderzijde van het blad. Later zullen deze vlekken bruin verkleuren als de schimmel sporen begint aan te maken. Wanneer de schimmel zich verder doorzet, dan verkleurt ook de bovenzijde van het blad geel.
Folicur werkt goed tegen roest. Kunt U de roest niet goed genoeg bestrijden, spuit dan een keer met 1,0 ltr/ha Corbel. De veiligheidstermijn van Folicur is 2 weken, en van Corbel 3 weken. Houd vooral het ras Harston goed in de gaten.
Roest op rozen
Door aantasting met roest kunnen jonge scheuten afsterven en kan de roos alle bladeren verliezen, waarna hij doodgaat. Roest op rozen bestrijden: Geef rozen een voeding met veel kalium en verwijder aangetaste bladeren. Snoei de roos en verwijder alle aangetaste scheuten.
Vul een plantenspuit met 40% melk en 60% water en besproei de plant daarmee. Via dit middel zal de meeldauw na een tijdje vanzelf verdwijnen. Overigens werkt dit middel niet alleen bestrijdend, maar ook preventief. Tot slot is het bestrijden met een biologisch bestrijdingsmiddel een mogelijkheid.
Meeldauw bestrijden met melk is zo effectief omdat de eiwitten in de melk ervoor zorgen dat de meeldauw zich niet verder kan ontwikkelen. Om dat proces zo optimaal mogelijk te laten verlopen, doe je er goed aan om magere melk te gebruiken.
De kleur van de vlekken: bij valse meeldauw vertonen de bladeren gele, kringvormige vlekken. Bij echte meeldauw gaat het meer om een witte, poederachtige laag. De plaats van de aantasting: echte meeldauw doet zich voor op de bovenkant van de bladeren en valse meeldauw op de onderkant.
Stokrozen zijn echte zomerplanten die van zon houden. Geef ze daarom een plek bij of tegen een muur; die reflecteert de warmte nog eens extra én houdt wind tegen. Een omheining of pergola waartegen ze kunnen leunen is ook heel geschikt.
Je merkt vaak snel of jouw plant iets mankeert: het blad wordt bruin en valt af of krult op, de groei stopt en de plant gaat er een beetje zielig uitzien. Soms worden de bladeren plakkerig, zie je witte stipjes op je kamerplant, verschijnen er allemaal vlekken op het blad, of zitten er beestjes op planten in de tuin.
Een plant die te weinig water krijgt, ziet er treurig uit. Op plekken waar de stengels en het blad dun zijn, gaat de plant vaak slap hangen.
De meeste planten doen het goed als je ze water geeft ongeveer 1x per week in het voorjaar/zomer en 1x per twee weken in het najaar/winter. Voordat je een plant water geeft, is het belangrijk om te voelen of de kluit droog is. Is deze droog, dan geef je hem water.
Bruine bladpunten zijn vaak het gevolg van te koude lucht of een tochtige standplaats. Afstervende en dorre bladeren kun je wegsnoeien door de bladeren dicht op de stam af te knippen.