Plaats naast de roos een wat lagere plant zoals duizendblad (Achillea), een soort met laag blad en hoge bloemstengels zoals de klokjesbloem Campanula persicifolia, of een plant met een heel luchtige groeiwijze zoals ijzerhard (Verbena bonariensis) en ooievaarsbek (Geranium). Ook fijne eenjarigen zijn geschikt.
Rozen houden van zon en ruimte.
Plant ze op een plek waar minimaal 5 tot 6 uur zon staat (of kies een soort die het ook in de halfschaduw doet) en waar niet eerder rozen hebben gestaan (rozenaaltjes!). Zet ze nooit dicht tegen een muur aan, daar is het te droog.
Door het aroma van kruiden hebben ziektes en plagen bij de roos minder kans. Het bladgroen en de textuur variëren van kruid tot kruid maar passen bijna altijd samen met rozen. Zeker wanneer je kiest voor lavendel, dille, bieslook, rozemarijn, venkel of tijm.
Lavendel is mooi te combineren met de buxus. Lavendel vormt ook een mooie combinatie met echinacea. Siergrassen kan je ook combineren met lavendel. Laat je verrassen door de combinatie van lavendel en rozen.
Plant lavendel nooit in bemeste tuinaarde. Bemeste tuinaarde is namelijk dodelijk voor de plant. Lavendel bemesten is sterk af te raden, de plant kan hiervan doodgaan. De plant bloeit het beste in kalkrijke grond.
Waar lavendel planten? Als haagje of bodembedekker, in een border of in een pot op het terras: lavendel brengt geur en kleur waar je maar wil. Kies bij voorkeur wel een plekje in de zon. Lavendel houdt van een kalkrijke en vlot drainerende bodem.
Aanplanten kun je zowel in de volle grond doen als in een pot. Let er wel op dat rozemarijn een beschutte plaats, met het liefst veel zon, nodig heeft om goed te kunnen groeien en bloeien. Als grondsoort is droge en goed doorlatende grond het beste. De bloeiperiode van de plant is van maart tot en met mei.
Het basisprincipe is bij de meeste rozen hetzelfde. Haal eerst de aarde tussen de takken weg en maak de grond weer glad. Dood hout en takken die naar binnen wijzen moeten helemaal worden weggesnoeid. Houd een aantal stevige takken over die goed verdeeld zijn en snoei ze tot op drie à vijf ogen vanaf de grond.
Geen enkele plant is zo divers als de roos. Combineer rozen met verschillende groeivormen en er ontstaat al snel een echte rozentuin. Plant bodembedekkende rozen samen met hogere struikrozen en stamrozen. Vergeet niet de lucht in te gaan: zet klimrozen tegen een muur, rozenboog, pergola of hek.
Rozen in kweekpotten kun je het hele jaar door planten, zelfs hartje zomer. Rozen met kale wortels kunnen van oktober tot en met april de grond in. Als een roos op de juiste plek staat, kan deze tientallen jaren oud worden.
Beste standplaats voor rozen
Rozen staan graag op een zonnige plek. Enige schaduw wordt door de meeste rassen nog goed verdragen, maar eigenlijk geldt hoe meer zon, hoe meer bloemen. Een diep beschaduwde plek is niet geschikt, hier zijn de rozen veel vatbaarder voor ziektes en schimmels.
Het maken van rozenhagen is eenvoudig, de plantafstand is variabel en ligt tussen de 50 cm en 100 cm. Kale wortel rozen kunnen geplant worden in de periode oktober t/m april, mits het niet vriest. Rozen in pot kunnen het hele jaar geplant worden, mits het niet vriest.
Rozen staan het liefste in de zon. Zelfs soorten zoals in het lijstje hieronder willen het liefste minimaal 2 tot 3 uur zon per dag. Ze verdragen wel minder zon, maar zullen dan minder hard groeien. Zorg in elk geval voor bemeste grond als de roos op een (half)schaduw plek komt te staan.
Om een gesloten geheel te creëren, plant je de bodembedekkende rozen dicht bij elkaar. Houd drie á vier planten per vierkante meter aan. In tegenstelling tot de meeste andere rozensoorten, hebben bodembedekkende rozen niet veel zon nodig; een plek in de ochtendzon is vaak voldoende.
De meeste struikrozen worden 75-150 cm hoog, er zijn ook bodembedekkende rozen die laag blijven en botanische rozen die wel twee meter hoog kunnen worden. Rozenstruiken zijn mooi voor een perk, een plantvak, een border en zelfs voor een haag. Rozen zijn erg mooi te combineren met vaste planten en andere struiken.
Rozentuin maken
Dit kan door de roos te omringen met lagere planten, zoals het hoornviooltje (Viola cornuta), elfenspoor (Diascia), ooievaarsbek (Geranium), lavendel, Perzische kruisjesplant (Phuopsis) of Mexicaans madeliefje (Erigeron karvinskianus).
Als u een roos nooit snoeit en gewoon laat groeien, krijgt u steeds meer lange takken en steeds minder bloemen, die ook nog alleen aan de verste uitlopers zitten. Snoeien is dus essentieel, als u straks een compacte struik vol bloemen wilt. Doe het bovendien niet veel later of vroeger dan nu.
Een rozenstruik snoeien kun je het best in de maand maart doen. Later rozen snoeien kan ook, maar dan bloeien ze later in het seizoen. Vroeger snoeien is niet verstandig, omdat ze dan gevoeliger worden voor ziektes zoals sterroetdauw en meeldauw. Ook kunnen de jonge scheuten, uitlopers, kapot vriezen bij nachtvorst.
Rozemarijn (Rosmarinus officinalis) is een houtachtig en aromatisch kruid dat 15-20 jaar oud kan worden. Het is een groenblijvende struik met een gemiddelde hoogte van 1,2 m. Rozemarijn heeft witte, paarse of blauwe bloemen en geurige, leerachtige bladeren, die op dennennaalden lijken.
Deze plant is zeer geschikt voor 'de tuin op het zuiden'. Verlangt een zonnige, warme plek op niet te arme grond en buiten de schaduwzone van bomen en heesters. U kunt haar ook gebruiken in de rotstuin en de stapelmuur.
Gezonde planten
Rozemarijn heeft weinig verzorging nodig, wel is het aan te raden om de plant na de bloei een opknapbeurt te geven door hem terug te snoeien. Geef kuipplanten alleen van maart tot september wat extra mest. Let wel op insecten, bijvoorbeeld de bladsprinkhaan.
Lavendel houdt absoluut niet van vochtige grond, dus 1 x per week (en bij heel veel droogte/warmte 2x per week) een beetje water is ruim voldoende. Liever ze te droog houden dan te nat. Zeker met deze temperaturen is om de dag water geven niet voldoende, en moet je elke dag wateren.
Kuiflavendel (Lavandula stoechas) 'Anouk' bloeit vroeger in het jaar dan de 'gewone' lavendel (Lavandula angustifolia) en bloeit bovendien langer door: van vroeg in het voorjaar tot laat in de zomer. De meest intense bloeitijd is mei-juli.
Voor lavendel geldt dat je twee keer per jaar snoeit, en dit: Voor de bloei: in het voorjaar, na de winter (maart-april). Opgelet, het mag niet meer vriezen! Na de bloei: in het najaar, in september.