Op een vorstdag daalt de temperatuur op de normale waarnemingshoogte van anderhalve meter boven de grond tot onder het vriespunt. De periode waarin vorstdagen mogelijk zijn duurt meestal van oktober tot en met april. Soms komt de temperatuur ook in mei of september onder nul.
Januari, de tweede maand van de meteorologische winter, is gemiddeld gezien de koudste maand van het jaar. De maandgemiddelden van de maximumtemperatuur liggen, naargelang van de plaats, tussen 0 en 6°C en die van de minimumtemperatuur tussen –5 en 1°C.
Het koudegetal is een maatstaf voor de totale hoeveelheid kou in de koudste periode van het jaar (november tot en met maart). De meteorologische winter bestaat uit de maanden december, januari en februari. Vorst in november en maart telt voor de wintergemiddelde temperatuur dus niet mee.
Januari. Januari de tweede maand van de meteorologische winter is normaal gezien de koudste maand van het jaar. Tijdens deze maand zijn de neerslag hoeveelheden niet bijzonder hoog.
April telt gemiddeld vier officiële vorstdagen. Dat zijn dagen waarop de temperatuur 's nachts in De Bilt tot onder het vriespunt daalt. Op de Veluwe en in Twente komen gemiddeld zes vorstdagen voor en elders in het midden, zuiden en oosten 4 à 5. De kustprovincies kunnen rekenen op 0 tot 3 vorstdagen.
IJsdagen, dagen waarop de temperatuur het gehele etmaal onder nul blijft, komen gemiddeld gezien en afgerond niet voor. Toch kan het soms wel een hele dag blijven vriezen, want het klimaatgemiddelde aantal ijsdagen in maart is 0,2. De laatste keer dat het in maart tot een officiële ijsdag kwam was in 2018.
Vorst in mei heel normaal
Hoe oud het begrip IJsheiligen ook is, deze volkswijsheid is waarheid. Vorst is begin mei namelijk heel normaal en dat blijkt ook uit metingen. Zo vriest het in het oosten in mei eens in de paar jaar weleens. In De Bilt komt meivorst eens per 6 jaar voor.
De door hogedrukgebieden gedomineerde maand was naast recordzonnig ook extreem droog en tevens vrij zacht, met een gemiddelde temperatuur van 7,3°C tegen 6,5°C normaal.
Met in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 6,8 graden, tegen 3,9 graden normaal stevent de laatste van de drie wintermaanden op een 4e plaats af in de lijst van warmste februarimaanden ooit. Landelijk viel 119 mm tegen 60 mm normaal, ook een vierde plek.
April 2022 was een zeer zonnige maand. De zon scheen gemiddeld over het land 233 uur tegen 196 uur normaal. Verder was de maand te koud met een gemiddelde temperatuur van 9,3 graden tegen 9,9 graden normaal en de maand was gemiddeld iets te nat. Gemiddeld viel 51 mm tegen 41 normaal.
Volgens de onderzoekers is de kans op een hete zomer in 2022 ruim 70%. Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift 'nature'. Eerder voorspelden dezelfde meteorologen al de extreem warme zomer van 2018, 2019 en 2020.
Zo voorspelden wetenschappers vorig jaar de koudste winter ooit en al gauw bleek dat daar geen sprake van was. De eerste weermodellen voor de winter van 2022/2023 verwachten in ieder geval een redelijk natte winter. In januari zullen er waarschijnlijk 8 tot 15 dagen zijn waarop er neerslag valt.
De donkerste periode is na Kerst voorbij, maar het wordt in de winter juist kouder als de dagen langer worden. In januari is het kouder dan in december en halverwege februari hebben we gemiddeld de koudste nachten.
Met een gemiddelde temperatuur van 14,0 graden tegen 13,4 normaal was mei 2022 een vrij warme maand. De zon was veelvuldig te zien en dat resulteerde in een zonnige maand met gemiddeld over het land 256 uur zon tegen 225 normaal.
Mooi-weerdagen in cijfers
Juli en augustus bieden doorgaans de meeste dagen met mooi weer. Gemiddeld over 100 jaar tellen die zomermaanden er in De Bilt elk 7, tegen 5 in april en juni. September levert gewoonlijk 4 mooi-weerdagen op, maart 3, oktober 2 en de wintermaanden gemiddeld 1 à 2.
De gemiddelde temperatuur week in maart met 6,4 °C nauwelijks af van het langjarig gemiddelde van 6,5 °C. Lange tijd leek de maand te koud te eindigen, maar de warme dagen aan het eind van de maand lieten het gemiddelde flink oplopen.
U kunt in februari een paar dagen sneeuw verwachten in Nederland. Wanneer er sneeuw is raden wij u aan om snowbooths en wanten mee te nemen om goed warm te blijven terwijl u Nederland verkent.
Uitzonderlijk droog
Net zo bijzonder is de hoeveelheid neerslag die de afgelopen maand gevallen is: in Ukkel nauwelijks 2,2 millimeter. In een normale maand maart valt daar bijna 60 millimeter neerslag (59,3). Maart 2022 is daarmee de droogste maand maart sinds het begin van de waarnemingen in 1833.
In februari lengen de dagen en komt de zon hoger. En toch blijft het koud. In februari is de temperatuur in Nederland gemiddeld ongeveer 3 graden, terwijl deze in oktober, als de zon even hoog staat, maar liefst 11 graden bedraagt.
Zonneschijn. De lente was zeer zonnig met over het land gemiddeld 722 uren zon tegen 567 uur normaal. Maart was de zonnigste maart sinds het begin van de metingen met landelijk gemiddeld 250 uren tegen normaal 146 uur. Ook april en mei waren zonnig met respectievelijk 226 zonuren tegen 196 normaal en ca.
Met een gemiddelde temperatuur van 6,7 °C ten opzichte van het langjarig gemiddelde van 9,8 °C was april een zeer koude maand. Sinds 1901 zijn er weliswaar 14 aprilmaanden kouder geweest, waarvan april 1917 met 4,2 °C de koudste was, maar vergeleken met de nieuwe normaal (1991-2020) is het uitzonderlijk te noemen.
De zomer van 2022 verraste Nederland met hitte, droogte en volop zonneschijn. Met een gemiddelde temperatuur van 18,6 graden in De Bilt waren alleen de topzomers van 2003 en 2018 nog respectievelijk 0,1 en 0,3 graden warmer. Normaal is het ruim een graad kouder met 17,5 graden.
In onze regio zijn Pancratius, Servatius en Bonifatius gekend als 'de ijsheiligen'. Officieel zijn er vijf ijsheiligen: Sint Marmertus op 11 mei, Sint Pancratius op 12 mei, Sint Servatius op 13 mei, Sint Bonifatius op 14 mei en Sophia van Rome op 15 mei (soms ook gekend als koude Sophie).
De IJsheiligen zijn een jaarlijks terugkerende periode van 11 tot 14 mei. In de volksweerkunde betekenen de IJsheiligen traditioneel het einde van de kans op schadelijke nachtvorst. De laatst mogelijke vorstdagen dus.
In de volksweerkunde staan de dagen 11 tot 14 mei bekend als IJsheiligen. Deze dagen markeren het einde van de winterse periode met kans op vorst.