Een druif kun je het beste twee keer per jaar snoeien: in de zomer (inkorten van de lange scheuten) en in de winter. Wacht bij de wintersnoeibeurt tot al het blad is gevallen, meestal is dat rond begin december.
Wat gebeurt er wanneer je in de lente zou snoeien? De reden dat je een druivenplant niet snoeit in de lente, is omdat het houtgewas dan zou gaan bloeden. Met het bloeden van planten bedoelen we groot vochtverlies uit de snoeiwonden. Dit bloeden kan zo sterk zijn dat de plant sterk verzwakt of zelfs doodbloedt.
Door druiven te snoeien en krenten krijgt deze mooie grote trossen. Snoeit en krent u niet, dan is de kans groot dat de vruchten klein blijven. Als u een druif in de tuin hebt, zullen de trosjes in juni al goed te zien zijn en zullen de druiven snel opzwellen.
De druif houdt van de zon en van niet teveel wind. Tegen een muur of schutting op het zuiden is daarom een prima plek. Druiven houden van kalkrijke, humusrijke en kleiachtige grond en niet van natte voeten. Geef de druif ook voldoende ruimte, want hij kan flink groeien!
De takken die je niet vastzet, snoei je weg. Knip daarna de zijtakjes op de hoofdranken tot 10 cm weg. De jaren daarna knip je alle uitlopers die druiven hebben gedragen tot op 3 cm terug. Deze teruggeknipte takjes lopen in het voorjaar weer uit en vormen nieuwe scheuten die vrucht zullen dragen.
Op de Etna op Sicilië staan planten van meer dan 200 jaar oud. Lang had een druif in Alto Adige het record in handen. In kasteel Katzenzungen bij het plaatsje Prissiano staat een struik van meer dan 350 jaar oud. Nu is er naar alle waarschijnlijk een nog oudere gevonden in Slovenië.
Water geven
Geef de druif één keer per week water. Als je een druif gaat planten moet je de grond ook heel vochtig maken. Bij warme dagen kun je het beste twee keer per week water geven. Ook in de winter moet de grond vochtig blijven.
- Te natte en/of te koude grond in het voorjaar. - Verzwakte plant door onvoldoende voedingsstoffen of door een aantasting van de pokkenmijt. - Slechte standplaats. Een noorden en westenmuur zijn voor de meeste druivenrassen niet bruikbaar.
Bemest een druif ieder jaar, vanaf het eerstvolgende jaar nadat u geplant heeft. Het eerste jaar hoeft u dus niet te bemesten, omdat de plant dan toch maar rustig wortelt (dit moet je niet opjagen). Bekalken mag dus in januari/februari, bemesten in begin maart.
Het aanbinden gebeurt d.m.v. tiewraps. Voor de vrijstaande druiven zijn in paalhouders geplaatste vierkante palen gebruikt waardoor verwarmingsbuis gestoken is . Opbinden is hier niet nodig omdat de ranken tijdens de groei rondom de buis geleid zijn.
Knip een stuk snoeihout recht af van ongeveer 10 cm. Doe dit op zo'n manier dat er 1 knop zicht in het midden en aan elke kan 5cm scheut. Zorg dat je meerdere druiven stekken maakt, zodat je later de sterkste stek kunt bewaren. Je kunt de druiven stekken in een pot of bak met potgrond gaan opkweken.
Druiven snoeien in de zomer
Snoei telkens twee bladparen boven de druiventros, zodat deze nog wat schaduw krijgt en beschermd is tegen de volle zon. Deze zomersnoei is ongeveer elke 3 weken nodig, omdat telkens nieuwe ranken ontstaan die hard groeien.
Nadat je in de winter of het voorjaar de druif hebt geplant, kun je de druif snoeien tot op drie ogen/knoppen boven de grond. Rond mei zal de plant gaan uitlopen. Het best is om de bovenste scheut te laten doorgroeien en de overige scheuten weg te halen.
Het is een blauwe druif met een fijne en zoete smaak die al vroeg rijp is. Deze druivenplant groeit snel. De zijranken kunnen in één jaar wel zeven meter lang worden.
Een druif verplaatsen kun je het beste doen na de bloei, als de zomer over is en het blad van de druif is gevallen. Dit zal in het najaar zijn, rond november. In het najaar je druif verplaatsen is het beste voor jouw druif, omdat de druif nu in rust gaat. De sapstromen komen nagenoeg tot stilstand.
Kalk voor je druiven
De ideale zuurtegraad (pH-waarde) bedraagt 6,5 tot 7. Is de pH van je grond lager, dan is een jaarlijkse gift DCM Zeewierkalk Poeder als onderhoudsbekalking zeker aangewezen. Bekalken doe je het best in het voorjaar.
Plant de druif schuin in de grond zodat de ent 10 cm vanaf de muur staat en de wortels 30 cm. De ent moet net boven de grond uitkomen, zorg voor een ruim plantgat zodat de wortels gelijkmatig kunnen worden uitgespreid. Bij pergola's of andere ornamenten kunt u de druivenplant 10 cm van de paal plaatsen.
Vermoedelijk is het aantal trossen voor de jonge planten nog iets te veel. Een te droge grond of grond die teveel meststoffen (o.a. patentkali) bevat kan dat ook veroorzaken.
Hoe langer ze blijven hangen, des te zoeter worden de druiven. Er is echter ook kans op beschadiging door schimmels, wespen of vogels. Probeer de trossen zo gezond en gaaf mogelijk te oogsten, het liefst bij droog en zonnig weer. Verwijder aangetaste of opengebarsten bessen direct.
Druiven houden van een kalkrijke grond. Deze voeding is uniek doordat er kalk in de korrels is verwerkt. Daarnaast hebben druiven behoefte aan veel kali. Kali zorgt voor stevige planten en een goede weerstand tegen ziektes, schimmels en vorst, ook dit is aan deze meststof toegevoegd.
Vermijd moerasgrond en schaduw
Een druif in de grond planten kan bijna overal. Enkel een overmaat aan schaduw en een te natte standplaats zijn te mijden. Druivelaars staan helemaal niet graag met hun voeten in het water.
Boskoop Glory / Boskoop Glorie, of Glorie van Boskoop is een heerlijke en vooral makkelijke buitendruif voor in Nederland. Dit ras is al jaren de ideale druif voor iedereen die een makkelijke druif in de tuin wil. Deze druif is groter en sappiger dan de Boskoop Glorie, maar heeft daarbij ook meer zon nodig.
Normaal gesproken groeien er 2 à 3 trossen per tak. De bladeren zitten ongeveer om de 10 cm van elkaar. Bij 2 trossen betekent dit dus een minimale lengte van de tak van 1,4 meter en bij 3 trossen een minimale lengte van 2,1 meter.