Vanaf zijn 7e verjaardag wordt je kind voorzichtiger en rustiger. Hij krijgt meer controle over zijn lichaam en denkt meer na voordat hij iets doet. En hij leert ook om meer geduld te hebben. Meisjes zijn hierin trouwens iets sneller dan jongens.
Doe samen ontspanning of ademhalingsoefeningen. Veel energieke en drukke kinderen kunnen zich moeilijk ontspannen. Door ze bewust te maken van hun lijf en ademhaling kunnen ze dit leren. Er zijn ook leuke (mindfulness) boekjes en apps met goede oefeningen te vinden.
Reageer positief als ze iets willen vertellen, laten zien of vragen. Even aankijken, knikken, of een glimlach kunnen al voldoende zijn voor een prettige sfeer. Probeer zoveel mogelijk op te letten wat het kind goed doet. Geef onmiddellijk een complimentje, waarbij je het goede gedrag benoemt.
Officieel wordt de diagnose bij kinderen pas gesteld vanaf 5, 6 jaar. Natuurlijk begint ADHD al eerder, maar dan is het vaak moeilijk om hyperactiviteit te onderscheiden van normaal druk gedrag bij peuters en kleuters.
Kinderen met ADHD hebben soms moeite met emotieregulatie. Daar kunnen ze weinig aan doen, dat heeft te maken met een minder goed functioneren van de executieve functies. Let dus goed op in situaties waar emoties aan te pas komen, zoals sportlessen, woordenwisselingen, enz.
Druk gedrag bij kinderen
Het ene kind is van zichzelf onrustiger en beweeglijker dan het andere. Sommige kinderen zitten vol met energie. Het gedrag is dan normaal, het hoort bij het kind. Het kind heeft last van stress, bijvoorbeeld door dingen die gebeurd zijn.
Druk gedrag kun je vergelijken met gedachten die door je hoofd gaan. Dan is de ene gedachte nog niet af, of de andere dient zich al aan. Dit drukke gedrag kan komen doordat je kind op zoek is naar prikkels, of juist zo vermoeid is dat het zich niet kan concentreren op één ding.
Het idee is dat je de baby oppakt en zijn armpjes rond de borst vouwt. Vervolgens moet je de armpjes zacht tegen de borst drukken terwijl je de kin ondersteunt. Met je andere hand kun je de baby ondersteunen. Ten slotte houd je de baby in een hoek van 45 graden en wieg je de baby langzaam heen en weer.
ADHD kenmerken
Je kind is hyperactief: zit moeilijk stil, kan niet rustig spelen, kan zich niet lang met één activiteit bezighouden en praat extreem veel. Je kind heeft een slechte concentratie: is snel afgeleid, kan zijn aandacht er niet bij houden en luistert niet naar anderen of valt hen in de rede.
Vanwege het gedrag van je peuter in deze fase wordt deze periode nogal eens de 'peuterpuberteit' genoemd. Je peuter is bezig met de ontwikkeling van zijn eigen persoonlijkheid. Hij is vaak dwars en koppig, maar kan ook ontzettend veel plezier hebben, of onzeker zijn. Hij valt van de ene emotie in de andere.
Peuterpuberteit: symptomen
Niet luisteren naar wat je vraagt of zegt. Wegrennen. Zeuren en jammeren om de eigen zin door te drijven. Agressie (slaan, schoppen, duwen, trekken, met dingen gooien) in reactie op frustraties en grenzen.
Onrustig gedrag kan te maken hebben met het kind zelf, maar ook met de omgeving. Dus de prikkels die het kind thuis en op school en verder om zich heen op zich af krijgt. De onrust maakt dat het kind niet stil kan zitten en altijd in beweging wil zijn.
Bij ADHD is uw kind sneller afgeleid, drukker en/of doet het vaker dingen zonder na te denken dan andere kinderen van dezelfde leeftijd. Dit geeft problemen: thuis, op school en/of in het omgaan met andere kinderen. Als ouder kunt u training krijgen om hiermee om te gaan.
Symptomen autisme kind (0-24 maanden)
Heeft geen interesse in andere mensen bij 12 maanden. Lacht niet naar anderen bij 12 maanden. Reageert niet wanneer hij of zij wordt toegesproken bij 12 maanden. Maakt geen gebaren (wijzen, zwaaien) bij 12 maanden.
Er is een aantal symptomen waaraan je ADHD bij kinderen kunt herkennen. De eerste ADHD kenmerken komen vaak aan het licht wanneer je kind 3 of 4 jaar is, maar het kan ook op jongere of oudere leeftijd naar boven komen.
Autisme en ADHD komen vaak gezamenlijk voor, hoe vaak precies is nog onbekend. Wat betreft gedrag kennen de twee diagnoses opvallend veel overlap. Dit maakt het stellen van de juiste diagnose vaak lastig. De oorzaken van het gedrag kunnen totaal verschillend zijn.
omgevingsfactoren, zoals blootstelling aan bepaalde stoffen tijdens de zwangerschap (nicotine, alcohol), de eetgewoonte van moeder tijdens zwangerschap, vroeggeboorte of laag geboortegewicht, stress in het gezin en vroege traumatische ervaringen.
Kinderen met ADHD hebben meer dan gemiddeld structuur nodig. De hulpverlener doet zijn best om die structuur ook te bieden in de manier waarop hij met uw kind omgaat. Het is handig als ook andere mensen in de omgeving van uw kind dat doen.
Kinderen hebben regels en structuur nodig. Dat geeft duidelijkheid en daardoor veiligheid. Kinderen met ADHD vinden het moeilijker dan andere kinderen om structuur te zien en zelf structuur aan te brengen. Ze hebben dus veel langer duidelijke, uitwendige structuur nodig.