Koning Herodes wil het kindje Jesus doden, Moeders mooiste uurtje, G.P.J. van der Burg - DBNL.
Waarheid was inderdaad, dat zij graag wilden, dat Jezus maar uit het gebied van Herodes weg zou gaan. Maar het was niet waar, dat Herodes Jezus wilde dooden. Hij zou dat niet dúrven. Wel was de koning báng voor Jezus' invloed: de dreigende onweerswolk kwam naderbij, en de koning wist niet, wat hij er van denken moest.
Als onderdeel van de samenzwering om Jezus Christus te doden, leveren de Joodse leiders Jezus over aan Pontius Pilatus, de Romeinse stadhouder. Pilatus geeft Jezus over om gegeseld en gekruisigd te worden. Jezus ondergaat lijden en dood om de wil van zijn Vader te volbrengen.
Jezus werd door Judas Iskariot verraden als 'de koning der Joden', een gevaarlijke titel in de Romeinse tijd. Alleen de keizer werd als absolute heerser gezien. Dat Jezus zichzelf een koning noemde, was voor Pontius Pilatus reden genoeg om hem te laten kruisigen.
Pontius Pilatus. was van 26 tot 36/37 n.C. procurator van Judea. Hij veroordeelde »Jezus van Nazaret op verzoek van joodse leiders ter dood. Aanleiding daarvoor was de beschuldiging dat Jezus zich koning van de joden noemde (Mat.
De joodse leiders hadden geen bevoegdheid om Jezus te doden. Daarom brachten ze Hem naar Pilatus, die Jezus de doodstraf kon geven. De joodse leiders vertelden Pilatus dat Jezus de mensen had geleerd om de Romeinse wet te overtreden. Pilatus vond dat Jezus niets verkeerd had gedaan.
De eerste koning was koning Balthasar, hij droeg een blauwe mantel en gaf het kind wierook. De tweede koning was koning Melchior en droeg een rode mantel. Hij gaf het kind goud. De derde koning was koning Caspar, droeg een groene mantel en schonk het kind mirre.
De hogepriester wilde Jezus daarom dood om dezelfde reden waarom Antipas Johannes dood wilde: hij zou problemen kunnen veroorzaken. Jezus was gevaarlijk, want hij had volgelingen. Hij had enige tijd over "het koninkrijk" onderwezen. Hij had fysieke actie ondernomen in de tempel.
Jezus Christus van Nazareth werd geboren tijdens de regering van de eerste officiële Romeinse keizer, Augustus , en werd gekruisigd onder de regering van de tweede keizer, Tiberius.
Bronnen over Pilatus
— De drager van die naam, Christus, werd tijdens het bewind van Tiberius ter dood gebracht door de procurator Pontius Pilatus.
In Mattheüs 27:35 lezen we: “En toen zij [dat wil zeggen, de Romeinse soldaten ] hem gekruisigd hadden, verdeelden zij zijn kleren onder hen door het lot te werpen.” Uit dit vers leren we dat de Romeinen Jezus kruisigden. In feite was kruisiging een Romeinse manier om een crimineel te straffen.
In elk geval viel Jezus' dood in de periode van het bewind van Pontius Pilatus, die van 26 tot 36 n. Chr. prefect was van Judea. Het jaar 30 is het meest waarschijnlijke sterfjaar.
Volgens de christelijke traditie werd het lichaam van Jezus Christus na zijn kruisiging door de Romeinen in het jaar 30 of mogelijk 33 na Chr. bijgezet op een verhoging of 'grafbed', uitgehouwen in de wand van een kalksteengrot.
De Wijzen kwamen aan bij het paleis van Herodes in Jeruzalem en vroegen: "Waar is de geboren koning van de Joden?". Herodes vreesde onmiddellijk een bedreiging voor zijn heerschappij en wilde de baby graag vinden. Hij deed dit door de hogepriesters en de wetgeleerden te raadplegen .
Ook Jezus liet zich door Johannes dopen. Daarmee verklaarde Christus zich solidair met allen die verlossing nodig hebben. Bij dit doopsel, zo vertellen de evangelisten, openbaarde God de Vader zich en zei Hij dat Jezus zijn Zoon was.
Hierna volgde de zijn arrestatie, het zijn proces en daarna zijn executie door kruisiging op bevel van de Romeinse prefect Pontius Pilatus. Jezus werd op de derde dag na zijn dood, uit de doden opgewekt en hij verscheen lijfelijk aan zijn leerlingen.
De kerkhistoricus Eusebius (Kerkgeschiedenis 2.7.1) schreef begin vierde eeuw dat volgens de overlevering Pilatus zelfmoord pleegde nadat hij vanwege de schande waarin hij verkeerde, naar Rome was teruggeroepen.
Antwoord en uitleg: De keizer van Rome toen Jezus werd gekruisigd was Tiberius , wiens volledige naam Tiberius Julius Caesar Augustus was, hoewel zijn oorspronkelijke naam Tiberius Claudius Nero was. Marcus Pontius Pilatus was de gouverneur, of prefect, van Judea, die het bevel gaf voor de kruisiging.
Hij was de tweede Romeinse keizer na Augustus, die stierf in 14 n.Chr., en Het is niet bekend of Tiberius wist van Jezus of de kruisiging van Jezus . Het nieuws over Jezus en Zijn wonderen verspreidde zich snel door het hele Romeinse Rijk, zelfs tot aan het keizerlijk paleis op de Palatijn.
In het Evangelie van Matteüs ontdekte koning Herodes dat de Joodse Messias was geboren die 'koning der Joden' werd genoemd, een titel die Herodes ongeveer 30 jaar lang had gebruikt. Herodes probeerde Jezus te laten doden zodat er geen uitdagingen zouden zijn voor Herodes' gezag.
West-Aramees was de taal die Jezus waarschijnlijk sprak en de taal waarin een deel van de Dode Zeerollen geschreven zijn. Oorspronkelijk werd het Aramees door de Arameeërs gesproken, zij woonden in het huidige Syrië, Irak en Turkije.
De moslims zien Hem als een groot profeet, die wonderen verrichtte, maar ze beschouwen Hem niet als zoon van God en ze verwerpen dat Hij aan het kruis gestorven is. Ook verwerpen ze de leer van de Drie-eenheid: “De Messias, Jezus is niet een van de drie goden”, zo staat er te lezen in de Koran.
Maandag 6 januari 2025 is het Driekoningen, een christelijke feestdag waarop wordt herdacht dat Caspar, Melchior en Balthasar – de drie wijzen uit het Oosten – Jezus voor het eerst bezochten. Volgens tradities moet je kerstboom vóór deze dag je huis uit zijn.
Melchior is oud en heeft een grijze baard. Caspar is van middelbare leeftijd en Balthasar, de zwarte koning, is nog jong. De koningen staan ook voor alle werelddelen die vroeger bekend waren: Europa, Azië en Afrika.
De Schrift vertelt ons niet wat er met de magiërs gebeurde na hun interactie met Christus, behalve dat “zij terugkeerden naar hun land” (Matteüs 2:12). Echter, als de andere ontmoetingen met Jezus die in de evangeliën zijn opgetekend een indicatie zijn, ben ik ervan overtuigd dat hun tijd met Christus transformerend was.