Met een plantschepje of speciale bollenplanter kunt u per bol een plantgat graven. De bloembol moet ongeveer drie keer zo diep komen te staan als de hoogte van de bol. Een bol van 5 cm hoog komt dus in een gat van 15 cm diep. Plaats de punt naar boven en de meestal platte kant met wortels naar beneden.
Bloembollen poten
Het afgeplatte gedeelte gaat aan de onderkant. Het gedeelte met het 'puntje' is de bovenkant.
Als we allium bollen planten, dan moeten we rekening houden met een boven- en onderkant. De spitse kant is de bovenkant. Daaruit groeit namelijk de nieuwe stengel waar uiteindelijk een juweel van een bloem aan verschijnt.
Zo diep moet je lentebollen planten om zeker bloemen te krijgen. Bloembollen planten, hoe diep moet dat? Plant je ze te diep of juist niet diep genoeg, dan krijg je uiteindelijk vooral veel blad maar geen bloemen. Of ze komen zelfs helemaal niet op!
Grote (5 cm en groter) plant je 15 cm diep en kleine (2,5 - 5 cm) 7 tot 10 cm diep. Zet de bloembollen zachtjes in de grond met de punt naar boven. Duw hierbij niet te hard want dan beschadigen ze. Grote hebben een afstand van 7 tot 20 centimeter nodig en kleine 3 tot 7 centimeter.
Met een plantschepje of speciale bollenplanter kunt u per bol een plantgat graven. De bloembol moet ongeveer drie keer zo diep komen te staan als de hoogte van de bol. Een bol van 5 cm hoog komt dus in een gat van 15 cm diep. Plaats de punt naar boven en de meestal platte kant met wortels naar beneden.
Het zijn de tulpen die zijn gekruist, zijn veredeld door de mens en daar zijn deze joekels van bollen uitgekomen, ongeveer ter grootte van een avocadopit. Ze hebben een mooi, beschermend vlies dat vaak wat los zit, een duidelijke punt waar straks de eerste groei uitkomt een worteltjes aan de onderkant.
Wanneer moet ik bloembollen planten? Voorjaarsbloeiende bloembollen zoals tulpen, narcissen en hyacinten plant je in het najaar, vanaf september tot december, vóór de eerste nachtvorst. Ook vroege bloeiers zoals sneeuwklokje en irrissen plant je in het najaar.
De bloem begint compact, bestaat uit meer dan 1500 kleine bloemetjes, en bereikt uiteindelijk een doorsnede van 20 tot 25 cm. De bloemkleur is lichtpaars - violet. De bloei begint normaliter half/eind mei en duurt ongeveer 4/6 weken, de steel bereikt een hoogte van ongeveer 90 cm.
De beste plantdiepte en plantafstand
Er is een ezelsbruggetje om te onthouden hoe diep en hoe ver uit elkaar je bloembollen plant. Houd voor de plantafstand 3x de breedte van de bol aan, en houd voor het planten ook 3x de hoogte van de bol aan.
Over het algemeen wordt aanbevolen om narcissenbollen twee keer zo diep te planten als de hoogte van de bol zelf. Dit betekent dat als de bol ongeveer 5 centimeter hoog is, je deze op een diepte van ongeveer 10 centimeter moet planten. Zorg ervoor dat je de bol met de punt omhoog plant.
Bollen die vroeger bloeien zoals crocussen of iris reticulata worden daar in lagen bovenop geplant. Bollen kunnen probleemloos boven elkaar staan. Ze bloeien dus als gewoonlijk, na elkaar, maar dan op dezelfde plek. Zo creëer je afwisseling en kun je een pot of bak wekenlang laten bloeien.
Geef ze geregeld – één tot twee keer per week - een slokje water, maar ook niet meer dan dat. Bij te veel water gaat de bol rotten. Als de aarde lichtjes vochtig aanvoelt, doe je het goed. Extra voeding hebben bollen-op-pot niet nodig; alle maaltijden voor enkele weken groei en bloei zitten in de bol opgeslagen.
Als droge bol – de Hippeastrum komt ook als droge bloembol tot bloei. Ze kan zelfs zonder water of aarde bloeien. Leg ze op een mooie schaal of verwerk ze in een bloemstuk. Besproei ze af en toe met water of leg ze af en toe een poosje in een bak water.
Laat je de bollen nadat je ze gekopt hebt in de grond zitten, dan heb je kans dat ze het volgende jaar weer bloeien. De grond waar de bol in zit is eigenlijk net iets te koud. Hierdoor krijgt de bol niet de juiste temperatuurbehandeling en worden de bloemen vaak kleiner en dunner.
In februari is het vaak nog te koud om de bollen, die in het najaar in de tuin geplant zijn, vanuit de grond omhoog te zien groeien en bloeien. Maar daar is een oplossing voor: Voorjaarsbollen op pot. Hiermee vervroegt u het voorjaar in de tuin en in de huiskamer.
Voorjaarsbloeiende bollen kun je het beste planten vanaf september tot december, het liefst voor de eerste nachtvorst. Zomerbloeiende bollen kun je het beste vanaf het voorjaar planten, zodra de kans op nachtvorst voorbij is tot en met eind mei.
U kunt de bloembollen na de bloei opgraven en bewaren of ze 2-3 jaar laten zitten. Tulpenbollen die in de grond blijven bloemen produceren. De tulpen zullen wel elk jaar kleiner worden.
Vaak denken mensen dat je de bollen in de lente of iets daarvoor moet planten. Maar dat is niet zo. Bloembollen plant je in het najaar van september tot en met december.
Bloembollen zoals bijvoorbeeld tulpen kunnen nog prima in januari in de volle grond geplant worden! Bloembollen zijn heel sterk en zitten vol met voedingsstoffen en zullen hun best doen om te bloeien. Als je bloembollen zoals tulpen 'pas' in januari plant, bloeien ze alleen iets later, maar dat is het wachten waard!
Bloembollen haal je uit de grond als ze volledig uitgebloeid zijn en het blad en de steel helemaal afgestorven zijn. Schep ze voorzichtig uit de grond en veeg de aarde van bol af. Spoel ze niet af met water! Aan de onderkant van de uitgebloeide bloembollen zie je vaak nieuwe bolletjes ontstaan.
Plant de bollen nooit op een dag dat het heel hard regent of als het vriest. De kans dat de bollen hierdoor verrotten of bevriezen is dan vrij groot en dat zou zonde zijn.
Het gat moet zo diep zijn dat de punt van de knol 2-3 centimeter onder de oppervlakte ligt. Zo kunnen ze de warmte van de zon nog wel voelen. Plant de knollen met de steel naar boven en circa 40-50 cm van elkaar af.