Lavendel vraagt flink wat kalk voor een goede opname van de voedingselementen uit de toegediende meststoffen. Strooi daarom jaarlijks
Lavendel is een kalkminnende plant. Strooi daarom na het planten drie à vier keer de op de verpakking voorgeschreven hoeveelheid kalk bij de planten. Verwerk een deel van de kalk in de grond. Mesten moet u juist niet doen.
Het is dus sterk af te raden om lavendel te bemesten. Gebruik daarvoor kalkrijke grond. Lavendel is een kalk minnende plant die je zowel in het najaar en in de winter als in het vroege voorjaar kalk mag geven. Tip: in je tuin geplante lavendel hoef je geen water te geven.
Plant lavendel nooit in bemeste tuinaarde. Bemeste tuinaarde is namelijk dodelijk voor de plant. Lavendel bemesten is sterk af te raden, de plant kan hiervan doodgaan. De plant bloeit het beste in kalkrijke grond.
Het is wel belangrijk om de Lavendel ieder voorjaar kort te snoeien (ca. 15 cm boven de grond) zodat er vanuit het hart steeds weer jonge scheuten groeien. Wordt de plant niet kort geknipt dan zal de Lavendel snel verhouten en uit elkaar vallen.
Niet gesnoeide lavendel zal snel verwilderen en de groei zal zich verplaatsen van de binnenzijde van de plant naar de buitenzijde. De plant groeit dan enkel nog aan de toppen terwijl de rest van de twijgen sterk gaat verhouten en kaal wordt.
Is je lavendel helemaal uit model of zie je veel kaal hout? Dan kun je proberen om de lavendel helemaal terug te snoeien. Het liefst zo klein mogelijk. Bij deze snoeibeurt knip je dus wel in het kale hout.
Knip jonge planten in de lente een paar keer terug. Ze bloeien dan later, maar wel voller en mooier. Je kunt de planten van gewone lavendel diep insnoeien, maar knip nooit onder de onderste uitlopers. In het najaar, of na de bloei, snoei je lavendel in vorm.
Lavendel houdt van kalkrijke grond die goed doorlatend is. Bij het planten van Lavendel in zandgrond hoef je geen bemeste tuinaarde te gebruiken. Het komt wel eens voor dat Lavendel doodgaat als deze in bemeste tuinaarde wordt aangeplant. Ook kan dit een negatief effect hebben op bloemknoppen.
Grond verbeteren met kalk
Zij vragen om een kalkrijke bodem, dit is grond met een PH-waarde hoger dan 7. Door in het voor- of najaar kalk te strooien in de tuin verbeter je de bodemstructuur en wordt verzuring van de grond tegengegaan.
Verrijk de grond in geen geval met compost of turf. lavendel heeft arme, kalkhoudende grond nodig.
Kalk neutraliseert het zuur in de bodem en maakt grond kalkrijker, verder verbetert kalk in de regel de bodemstructuur. Kalk voorziet de planten bovendien van twee zeer belangrijke voedingsbestanddelen: calcium (kalk, Ca) en magnesium in de vorm van magnesiumoxide (MgO) dat door veel planten makkelijk wordt opgenomen.
Zet de plant lavendel op een zonnige en droge plek. Geef nooit extra tuingrond, mulch of compost. Dat is in dit geval juist niet goed. Maak zandige, humusrijke grond door bijvoorbeeld oude potgrond te mengen met zand en wat kalk.
Let op: hortensia's , azalea's en heideplanten zijn zuurminnende planten. Voor deze planten is bekalken niet nodig. Overige planten als buxus, taxus, rozen, sierstruiken, etc. zijn je dankbaar voor de jaarlijkse dosis kalk.
Voor lavendel geldt dat je twee keer per jaar snoeit, en dit: Voor de bloei: in het voorjaar, na de winter (maart-april). Opgelet, het mag niet meer vriezen! Na de bloei: in het najaar, in september.
Het snoeien van verwaarloosde lavendel
Hij is misschien nog te redden. Duw de takken opzij en kijk of er nieuwe scheuten te vinden zijn. Deze vind je meestal in het midden van de plant. Knip de kale, verhoute delen van de lavendel ver terug met de heggenschaar, zodat het zonlicht de nieuwe scheuten kan bereiken.
Kalk heeft ook de eigenschap de grond minder zuur te maken: kalk maakt de pH waarde van de grond hoger. Kalkminnende planten zoals de vlinderstruik, buxus, clematis, druif, lavendel, seringen, gazongras en rozen groeien graag op een bodem met een hogere pH-waarde.
Lavendel snoeien in het voorjaar (hoofdsnoei)
Snoei met een heggenschaar (of een snoeischaar als het hout al wat dikker is) de plant ongeveer een derde deel terug, tot ongeveer tien tot vijftien centimeter boven de grond. Blijf altijd boven de nieuwe, groene scheuten. Dus ook hier snoei je niet tot in het kale deel.
lavendel gaat jaren en jaren mee, als je zowel in voor- als najaar de plant een beetje snoeit, zodat hij zich kan verjongen. doe je dit niet, dan gaat de struik verhouten, en wordt hij armetierig.
Lavendel mag je (bijna) nooit water geven. Zelfs in droge periodes in de zomer vindt de plant zelf nog zijn water. Enkel bij nieuwe aanplantingen moet je water geven in droge lentes en zomers. Lavendel zal zelden afsterven vanwege te weinig water, echter wel bij teveel water.
Wij adviseren om de lavendel tweemaal per jaar te snoeien. De eerste keer na de bloei, waarbij je alleen de uitgebloeide bloemtakken wegsnoeit. De tweede keer na de winter (begin maart), waarbij de 1-jarige scheuten van vorig jaar tot bijna op het oude hout teruggesnoeid mogen worden.
Het is erg goed mogelijk om uw lavendel hetzelfde jaar nog een keer te laten bloeien. Door in het najaar de uitgebloeide bloemen af te knippen (lichtelijk snoeien; bekijk hiervoor de video), stimuleert u de lavendel om nog een keer te bloeien.
Wat zon betreft is de volle zon de meest ideale standplaats voor jouw Lavendel. Maar halfschaduw of een schaduw standplaats is ook geen enkel probleem. Wel moet je rekening houden met het feit dat jouw Lavendel minder uitbloeit zoals die dat wel doet in de volle zon. Ook zal de Lavendel minder bloemen bevatten.
Uitgebloeide lavendel oogt houterig, vol uitgedroogde bruine en lelijke takjes. Voorkom dit en knip de bloeitopjes na de bloeiperiode met een snoeischaar of haagschaar. Zo krijg je nieuwe bloemkopjes en oogt de lavendel gesloten, fris en groen in de winterperiode.