Bij intracutane injecties vindt de inspuiting plaats in de bovenste huidlaag (de opperhuid of epidermis). Bij de intracutane injectietechniek wordt de naald bijna evenwijdig aan het huidoppervlak ingebracht (maximale hoek van de naald met de schuine kant van de punt naar boven.
De meest gebruikte techniek voor een intramusculaire injectie is de loodrechttechniek. Hierbij wordt de naald loodrecht op het spierweefsel ingebracht door de strakgetrokken huid heen.
Een intracutane injectie is een injectie in de huid. De injectie wordt gezet met een zeer kort naaldje. Deze methode wordt vaak gebruikt voor het geven van vaccins. De injectieplek is meestal de bovenarm of het bovenbeen, net als bij een intramusculaire injectie.
Intraveneus (dmv injectie in een ader) Intramusculair (injectie in een spier) Subcutaan (onderhuidse injectie) Rectaal (via de anus) – bijvoorbeeld met een zetpil of een klysma.
Intracutaan betekent: in de huid. Tijdens dit onderzoek spuiten we steeds met een klein injectienaaldje een kleine hoeveelheid vloeistof in uw huid. Meestal doen we dit aan de binnenkant van uw onder- en bovenarm.
De rangeertechniek wordt bij het toedienen van etsende en stroperige vloeistoffen gebruikt om het terugvloeien van de vloeistof te voorkomen waardoor het subcutane weefsel kan worden beschadigd of pijn veroorzaakt wordt.
Intracutaan (in de bovenste huidlaag), subcutaan (onderhuids) en intramusculair (in de spieren). Je leert de onderlinge verschillen van injecteren en wanneer deze toegepast worden. Je leert injecties gereed maken voor gebruik en het toedienen.
Steek de naald in één beweging in de huidplooi waarbij u de spuit rechtop houdt, de naald moet helemaal in de huid geprikt worden. Druk de spuit rustig leeg, inclusief luchtbelletje (bij een kant-en-klare injectiespuit). Laat de naald 5 seconden in de huid zitten om te voorkomen dat er vloeistof terug loopt.
Cutaan (van cutis - de huid) betekent betrekking hebbend op de huid. Het is een term die vooral onder medici en apothekers gebezigd wordt voor zaken die met de huid te maken hebben. In hetzelfde verband wordt ook de term dermaal veel gebruikt.
Gebruik de rangeertechniek voor het toedienen van etsende en stroperige vloeistoffen. Deze techniek voorkomt terugvloeien van de injectievloeistof in het subcutane weefsel. Als tijdens de injectie geen bloedcontact te verwachten is hoeven er geen handschoenen gedragen te worden.
Bij subcutaan injecteren, kun je verschillende technieken hanteren: huidplooi techniek onder een hoek van 45 tot 60 graden en loodrecht techniek (90 graden) met huidplooi zonder huidplooi. Beide technieken worden in deze cursus behandeld.
Waar nooit geïnjecteerd mag worden: - In een geopereerde buik of been. - Door vocht gezwollen injectiegebied of trombosegebied. - Lipodystrofie b.v. lipohypertrofie (verdikking van het onderhuids vetweefsel) of lipoatrofie ( putjes in het onderhuids vetweefsel).
Neem de spuit in de injecterende hand en verwijder de naaldhuls. Pak met de niet-injecterende hand een brede huidplooi op. Steek de naald onder een hoek van 45à 60 halverwege tussen het hoogste en laagste punt van de huidplooi. Houd de huidplooi vast.
De dorsogluteale injectieplaats ligt dichterbij een grote zenuwbundel (de n. ischiadicus). Dat is de hoofdzakelijke reden waarom wordt aangenomen dat ventrogluteaal injecteren veiliger is.
De fabrikant vult de spuiten met precies de goede hoeveelheid. U moet de inhoud in zijn geheel toedienen. Bij het injecteren gaat de luchtbel in de 'stamper' zitten. De luchtbel komt hiermee als laatste bij de opening en helpt op deze manier met het leegmaken van de spuit en de naald.
De pijn ontstaat door een beknelling (entrapment) van de huidtakjes (cutane) van de voorste (anterior) zenuwuiteinden (nerve) van de tussenribben. Oftewel: buikwandpijn door een beknelling van een gevoelszenuw. De pijn kan in een milde vorm aanwezig zijn, maar de meeste mensen ervaren een vervelende onhoudbare pijn.
De belangrijkste aandoeningen waarbij artsen het voorschrijven zijn eczeem, psoriasis, lichen ruber (een huidziekte waarbij de huid ontstoken raakt, met kleine jeukende roze plekken), lichen sclerosus (een strakke, harde huid). Het wordt ook voorgeschreven bij puisten en huidzweren op handen of voeten.
Dermaal (van derma - de huid) betekent betrekking hebbend op de huid. Men spreekt bijvoorbeeld van dermale of transdermale toediening van geneesmiddelen, zoals de bekende nicotinepleister of het toepassen van crèmes. In plaats van dermaal wordt wel ook de term cutaan gebruikt.
Onderzoek geeft aan dat de rangeertechniek de beste en meest veilige intramusculaire injectie techniek is voor alle soorten injectievloeistoffen.. Door de huid eerst zijwaarts te verschuiven, dan te injecteren en daarna de huid weer los te laten, blijft de vloeistof geblokkeerd in de spier.
Let op: na het injecteren niet over de injectie plaats wrijven, dit kan blauwe plekken veroorzaken en/of verergeren!
Gebruik voor intramusculaire injecties een iets dikkere en langere naald, bijvoorbeeld 0,8 x 25- 38 mm-naalden voor volwassenen. Voor kinderen wordt 16 mm aanbevolen. De lengte van de naald wordt ook bepaald door de dikte van de onderhuidse bindweefsellaag (vetlaag)1.
Er wordt gebruikgemaakt van een korte naald die geplaatst wordt in een plooi in de huid die met de vingers wordt gemaakt. De buik is hiervoor erg geschikt. Voorbeelden hiervan zijn de toediening van insuline door diabetici en de toediening van methotrexaat door mensen met reumatoïde artritis.
Voor een intramusculaire injectie worden bij voorkeur naalden van een lengte van 25 mm (1 inch) gebruikt. Onderzoek laat zien dat bij gebruik van kortere naalden de injectie vaak niet intramusculair terecht komt. Voor subcutane injecties zijn naalden met een lengte van 16 mm (5/8-inch) het meest geschikt.
Complicaties/Bijwerkingen
Na het spuiten kan een blauwe plek ontstaan. Deze verdwijnt na enkele dagen. Ontstekingen op de plaats van injectie. Allergische reactie op het toegediende medicijn.