In 2021 waren alle woningtypen duurder dan een jaar eerder. De prijsstijging was met 16 procent het grootst bij twee-onder-één-kapwoningen. Het kleinst was de prijsstijging voor appartementen, met 13,3 procent. Verder waren er ook van alle woningtypen minder transacties dan een jaar eerder.
In 2023 stijgen de huizenprijzen beduidend minder hard. Economen houden rekening met een prijsstijging 2,5% tot 4,5%. Een daling van de huizenprijzen wordt vooralsnog niet verwacht, maar wordt ook niet uitgesloten. Als de rentes blijven stijgen, kan dit wel degelijk leiden tot een prijsdaling.
Huizenprijzen stijgen dit jaar het hardst in Zeeland en de noordelijke provincies.
Dat de huizenprijzen in 2022 blijven stijgen, daar zijn de economen het over eens. De afgelopen maanden hebben verschillende economische bureaus hun verwachting gegeven (en ook weer bijgesteld). Rabobank verwacht een huizenprijsstijging in 2022 van 16,1%.
Zo publiceerde de Rabobank in september 2020 een prognose van 0,6 procent daling in 2021 en zelfs 2,6 procent daling in 2022. In juni 2021 voorspelden ze een stijging van 10,9 procent voor dit jaar en een verdere stijging van 4,6 procent in 2020.
Veel mensen geven uiteindelijk toch de voorkeur aan het kopen van een eigen huis als dat financieel mogelijk is, want ondanks de crisis stijgen veel huren gewoon door. Door een slimme keuze te maken wat betreft de rentevaste periode, kun je bij een koopwoning juist je woonlasten relatief zeker maken.
Door een huis te kopen blijven je maandlasten relatief zeker, terwijl de huren maar door blijven stijgen. Door maandelijks je hypotheek te betalen los je in de op de hypotheek en bouw je waarde op, terwijl je je huur maandelijks weg geeft.
In april 2022 staan er meer huizen te koop dan het laatste kwartaal van 2021. Dit betekent dat prijzen nog steeds dalen. Kopers die in 2021 en 2022 hebben gekocht zullen een groot gedeelte van het overboden bedrag als sneeuw voor de zon zien verdwijnen. In een onstabiele huizenmarkt is de vraag minder.
Verwachting huizenprijzen 2030
Als we kijken naar een huizenprijzen grafiek die tot 2030 gaat, dan zien we nog steeds een grote vraag naar koopwoningen. Met name doorstromers en starters voeren de druk op waarbij de woningen tot 250.000 euro het meeste in trek zijn.
Huizenkopers doen er verstandig aan rekening te houden met de huizenprijsontwikkeling. De gemiddelde Nederlandse huizenprijzen stijgen tot 2025 minder snel dan vroeger: zo'n 2% per jaar. De verschillen tussen provincies en binnen provincies worden steeds groter.
Onder normale omstandigheden stort een huis niet zomaar in. Er moet wel écht iets aan de hand zijn zoals een gasexplosie of aardbeving. Laat je huis periodiek inspecteren op gaslekkage. Vooral in oudere woningen, en door slechte aansluitingen van een gastoestel kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan.
De huidige prijsstijging op de huizenmarkt doet meer dan de helft van de consumenten denken aan zeepbelvorming. Toch is er in Nederland – gemiddeld genomen – geen sprake van een zeepbel, aldus het ING Economisch Bureau.
Cijfers van het NVM laten zien dat in 2022 op ruim 61% van de woningen met een vraagprijs tussen de € 300.000 en € 400.000 minimaal € 25.000 wordt overboden. Bij 21% is de overbieding zelfs € 50.000.
Kopen blijkt lastig, ook voor Korten. De kans op een huis is in veel gemeentes namelijk nihil voor alleenstaande starters met een modaal salaris (dat is rond de 38.000 euro) en zonder enorme spaarrekening of vermogende ouders, aldus Kassa. Korten verdient 42.000 euro bruto per jaar.
Kortom: ja, het is financieel een gunstige tijd om uw huis te verkopen, maar u behaalt alleen een financieel voordeel als uw toekomstige woning gunstig geprijsd is en/of de maandelijkse lasten van uw toekomstige woning gunstiger zijn.
Dat blijkt uit cijfers van NVM. Kijk je naar woningen die een vraagprijs tussen de € 300.000 en € 400.000 hebben, dan zien we dat op maar liefst 61% van de woningen minimaal € 25.000 wordt overboden. Bij 21% van de woningverkopen in deze prijsklasse is de overbieding meer dan een halve ton.
De krapte houdt aan, wat betekent dat er nog steeds veel vraag en weinig aanbod is. De prijzen zullen daarom zeker nog even doorstijgen. Het aantal transacties gaat voor ook in 2022 weer dalen door het steeds minder wordende aanbod. Ook het percentage huizen dat van eigenaar gaat wisselen zal hierdoor lager uitvallen.
Tot nog toe vinden er in 2021 gemiddeld ruim dertien bezichtigingen per te koop staand huis plaats. In 2020 was dat nog iets minder dan tien. Dat blijkt uit cijfers van Makelaarsland. In de maanden april, mei en juni ligt het aantal bezichtigingen zelfs twee keer zo hoog als in dezelfde periode vorig jaar.
Een woning staat gemiddeld 3 à 4 maanden te koop. Hopelijk geldt dat ook voor jouw huis of appartement. Blijft een bod echter uit? Kijk dan zeker naar de tips verder in dit artikel of contacteer een vastgoedprofessional om je te helpen bij de verkoop.
Theoretisch gezien mag je een onbeperkt aantal woningen bezitten en verhuren in box 3. Alleen is het wel zo dat je geen of minimaal werk mag verrichten bij het verhuren van je woningen.
Dit zijn de maanden mei, juli, oktober, november en december. Als de gemiddelde verkooptijd tot aan de overdracht gemiddeld 3 maanden is kun je concluderen dat er meer huizen in de lente en de herfst te koop worden gezet. In de maand december zijn er verreweg de meeste overdrachten.
Als de overwaarde in uw eigen woning groot genoeg is kan het prima mogelijk zijn om daar een tweede huis mee aan te kopen. Dan heeft u geen last van de extra voorwaarden en hogere hypotheekrente van een verhuurhypotheek. Dat tweede huis kunt u verhuren en daar een leuke huursom voor vragen.
Wat voor veel mensen een reden is om eigen geld in een woning te steken, is de belasting die je anders over je vermogen moet betalen. Vanaf een bedrag van € 50.000 aan spaargeld (in 2021) krijg je met een hoger belastingtarief voor je vermogen te maken.
In april 2022 staan er meer huizen te koop dan het laatste kwartaal van 2021. Dit betekent dat prijzen nog steeds dalen. Kopers die in 2021 en 2022 hebben gekocht zullen een groot gedeelte van het overboden bedrag als sneeuw voor de zon zien verdwijnen. In een onstabiele huizenmarkt is de vraag minder.
Als je geen hypotheek afsluit, hoef je geen eenmalige bijkomende kosten af te rekenen. Hypotheekadvies is namelijk overbodig en je hoeft je woning ook niet te laten taxeren. Scheelt een hoop geld, tot wel 6% van de koopsom! Alleen aan de kosten voor de notaris en de overdrachtsbelasting ontkom je niet.