Matige schaduw
Beste groenten om te kweken: Alle groenten die ook in de 'diepe schaduw' groeien, plus bladgroenten zoals snijbiet, spinazie en boerenkool. Pluksla en saladebladeren zoals rucola. Maar ook diverse kruiden doen het hier goed, zoals bieslook, koriander, wilde marjolein (oregano) en peterselie.
Voorjaarsteelt van kolen zoals broccoli en bloemkool doen het ook heel goed in de schaduw. De aardappel en zoete aardappel hebben ook helemaal niet zoveel zon nodig. Deze kan dus goed gepoot worden op een plekje waar meer schaduw is in de moestuin.
Zoals eerder al gezegd heeft sla een hekel aan hitte. In de winter kun je op zonnige dagen best verluchting voorzien in de tuinkas. Tijdens hartje zomer voorzie je best een plekje dat maar een aantal uur zon heeft. Je kunt ook creatief zijn en je sla in de schaduw van mais of aardpeer planten.
Voor groenten is vooral bloemvorming en vruchtzetting problematisch in de schaduw. Het is niet verwonderlijk dat vooral vruchtgewassen (zoals courgette, komkommer, pompoen en tomaat), maar ook broccoli en slabonen, echte zonnekloppers zijn.
Basilicum houdt van zonlicht, dus plaats de pot op de vensterbank of een andere plek waar hij veel licht krijgt. Maar hij droogt uit wanneer hij in de volle zon staat. De smaak en geur van de plant gedijt het beste als de plant een paar uur per dag (min.
Groentes willen 6-8 uur zonlicht
Planten hebben voldoende zonlicht nodig om goed te kunnen groeien. Want met dat zonlicht maken ze het grootste deel van hun eigen voeding aan. Zet je bak daarom op een plek met minimaal zes uur zonlicht per dag. 6 uur is genoeg voor bladgroentes.
Deze plant is zeer geschikt voor 'de tuin op het zuiden'. Verlangt een zonnige, warme plek op niet te arme grond en buiten de schaduwzone van bomen en heesters. U kunt haar ook gebruiken in de rotstuin en de stapelmuur.
Worteltjes houden van een zonnige standplaats en een lichte en luchtige bodem (op zware kleigrond kunnen de wortelen niet heel goed recht naar beneden groeien en kunnen ze nog wel eens vertakken of heel stomp in plaats van puntig worden, dat maakt ze trouwens niet minder lekker hoor).
Kies voor je moestuin een zonnig plekje, liefst aan de west- of zuidkant van het huis zodat de gewassen beschermd worden tegen oosten- en noordenwind. Voor een goede groei hebben gewassen minstens vijf uur zon per dag nodig.
Peterselie houdt niet van de zon, het blad wordt dan snel geel en ze groeit niet goed, maar ze schiet wel snel door. Peterselie houdt van een koele grond, voldoende vocht en een plekje in halfschaduw of lichte schaduw. Laat de planten ook niet uitdrogen.
Aangezien wij zelf niet bijzonder veel van rabarber houden maar de plant wel mooi vinden, hebben we de rabarber jarenlang op een vrij schaduwrijk plekje in de tuin laten staan. Rabarber schijnt van zon te houden maar in onze ervaring doet ze het ook in de schaduw prima.
Met indirect licht bedoelen we een plek waar de plant wel dichtbij een raam staat, maar niet of bijna niet in de volle zon. Bijvoorbeeld in een raam op het noorden, of een paar meter van een raam op het zuiden.
Aanplanten kun je zowel in de volle grond doen als in een pot. Let er wel op dat rozemarijn een beschutte plaats, met het liefst veel zon, nodig heeft om goed te kunnen groeien en bloeien. Als grondsoort is droge en goed doorlatende grond het beste. De bloeiperiode van de plant is van maart tot en met mei.
Basilicum groeit het beste op een warme plek met veel licht/zon. Bescherm de plant tegen wind, vorst en (te) hete middagzon. Geef voldoende water want basilicum droogt snel uit.
Dille houdt van een plekje in de zon of halfschaduw en een losse voedzame grond die voldoende vocht bevat, maar niet steeds nat blijft.