Nederlands. Het Nederlands kent 34 basisgrafemen. Daarnaast zijn er enkele grafemen, zoals q en x, die (ooit) aan andere talen zijn ontleend. Voorbeelden van gewone Nederlandse grafemen zijn: 'i', 'o', 'e', 'k', 'p' maar ook 'oe', 'ui', 'eu' en 'aa'.
Het Latijnse alfabet, zoals gebruikt voor het Nederlands, kent 26 letters, waarvan er 6 worden gebruikt voor klinkers (vocaal; a, e, i, o, u en y) en 21 voor medeklinkers (de y wordt zowel als klinker als medeklinker gebruikt). De tekens van een alfabet kennen een vaste volgorde.
Bij het mondeling spellen van een woord wordt de letter 'Griekse ij', 'i-grec' of 'ypsilon' genoemd. De losse letter Y wordt door Nederlanders meestal uitgesproken als de tweeklank ij, bijvoorbeeld in de samengestelde woorden Y-chromosoom en y-as en ook bij het opnoemen van de letterreeks xyz.
In het Algemeen Nederlands en in de meeste Nederlandse dialecten zijn er twee mogelijke spellingvormen voor de tweeklank [eɪ] of [ɛɪ]: ij en ei. De eerste vorm wordt de lange ij of in België soms ook gestipte ij genoemd. De tweede vorm heet korte ei (of bij het spellen van een woord: E – I).
Kapitalen zijn het tegenovergestelde van de onderkast (de kleine letters). De kapitaal komt het meest voor als hoofdletter: aan het begin van een naam, aan het begin van een zin, topografische namen en feestdagen. Maar kapitalen worden ook gebruikt in afkortingen (bijvoorbeeld DNS of DHCP).
Lectori salutem (meestal afgekort tot L.S.) betekent letterlijk heil aan de lezer, den lezer heil of de lezer gegroet.
Titels na een universitaire opleiding
na een masteropleiding op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving of techniek: ingenieur (ir.); na een masteropleiding op het gebied van het recht: meester (mr.); na alle overige masteropleidingen: doctorandus (drs.).
De titel baron komt in Nederland en België op twee manieren voor: "op allen" en "met het recht op eerstgeboorte". In het eerste geval heeft ieder lid van de betreffende adellijke familie (dat wil zeggen iedere afstammeling, mannelijk of vrouwelijk, in mannelijke lijn) recht op de titel baron of barones.
Dat wil zeggen dat de oudste zoon zich baron mag noemen. De rest is titelloos en is dus gewoon jonkheer of jonkvrouw. Deze komt vooral voor in families die tot de adelstand verheven zijn. Overgang op iedereen komt het meeste voor bij 'geslachten' die ooit ingelijfd of erkend zijn.
De ridderorden zijn ook bekend als 'lintjes'. De Koning is Grootmeester van de ridderorden. Artikel 111 van de Grondwet bepaalt dat ridderorden bij wet moeten worden ingesteld. De ridderorde valt daardoor onder de ministeriële verantwoordelijkheid, en wordt door de regering verleend.
Daarnaast was het voor de arme ridders een mogelijkheid om geld te verdienen door het nemen van gevangenen, waarbij niet alleen losgeld werd betaald, maar ook de wapens en de paarden aan de overwinnaar toekwamen. In het begin waren het bloederige aangelegenheden die weinig verschilden van een echte oorlog.
De middeleeuwse samenleving was ingedeeld in standen. Bovenaan stond de koning of keizer met daaronder de geestelijken. Daarna de edelen (graven, hertogen en ridders) en onderaan de boeren en burgers. Rond 800 behoorde Nederland tot het Frankische rijk, met Karel de Grote als koning.
Nederland werd onafhankelijk tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648), waarin de gezamenlijke Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden tegen de Spaanse overheersing in opstand kwamen. In 1579 vormden de Noordelijke Nederlanden de Unie van Utrecht, waarmee een nieuwe politieke entiteit ontstond.
Nederland staat bekend om zijn molens, tulpen, dijken, klompen, kaas en tolerantie. Nederland wordt vaak Holland genoemd, maar deze benaming omvat strikt genomen slechts twee van de twaalf provincies, namelijk Noord- en Zuid-Holland.
De stroopwafel, van oorsprong siroopwafel genoemd, is een van oorsprong Nederlandse wafel, die niet alleen in Nederland, maar ook wereldwijd gegeten wordt. Het product bestaat uit twee ronde deegwafelhelften, met ruitpatroon, waartussen zoete siroop is aangebracht.
Drop is een snoepgoed dat wordt gemaakt van het wortelsap van de zoethoutplant Glycyrrhiza glabra (vlinderbloemfamilie). De zuivere vorm heet blokdrop. De blokdrop wordt dan gebruikt als ingrediënt voor de snoepjes.
U mag niet rijden met meer dan 0,5 promille (ongeveer 2 glazen) alcohol in uw bloed. Voor beginnende bestuurders gelden andere regels. Het gebruik van alcohol vermindert uw rijvaardigheid, waardoor u sneller een verkeersongeval kan veroorzaken.
Shandy (Spaans: champú; shampoo) of sneeuwwitje is een zoetige drank van 1/5 deel bier (pils) en 4/5 deel 7Up. Het wordt vaak zelf gemixt, maar er zijn ook voorgemixte drankjes met deze samenstelling in blik of fles op de markt. In Nederland was het vooral in de jaren 60 en 70 van de 20e eeuw populair.
Spezi is een mixfrisdrank bereid uit cola en limonade. Het merk werd in 1956 door Brauhaus Riegele in Augsburg geïntroduceerd en was oorspronkelijk een biersoort.
Een andere variant is de cocktail van pils met bijvoorbeeld 7Up of Sprite, dit wordt een "Kivela", of een "Sneeuwwitje" genoemd, een pintje met bruisend water in (om niet te snel dronken te worden), noemt men een "Spavela" of een "Waterzakje". In Nederland wordt bier met grenadine ook wel smos genoemd.
Spavela drank wordt voornamelijk gedronken door oudere mensen, omdat het water het bier verdunt zonder de kleur ervan te wijzigen. Tijdens het carnaval wordt het ook regelmatig gedronken om minder snel dronken te worden. Spavela kan met elke variant van bier gemaakt worden, op voorwaarde dat het een licht bier is.
Calimocho is een in Spanje gedronken mengsel van cola en rode wijn. De mengverhouding tussen deze is ongeveer 50/50. Calimocho wordt doorgaans gedronken op feesten (zoals het feest van San Juan) en bij zogenaamde botellóns.
De Rijksoverheid heeft vanaf 1 april 2020 de accijns op tabak verhoogd. De accijns van een pakje sigaretten met 20 stuks is daardoor € 1 hoger. Om een overstap naar andere tabaksproducten te beperken, is ook voor andere producten zoals shag, volumetabak en heatsticks de accijns verhoogd.
De stad viel op 29 mei 1453, wat tevens het einde van het Byzantijnse Rijk betekende. De stad werd ingenomen door de Ottomaanse sultan Mehmed II, een gebeurtenis die soms wel wordt beschouwd als het einde van de middeleeuwen.