Het betekent simpelweg beleefd zijn, goede manieren hebben en je gedragen zoals het hoort. Er zijn verschillende soorten etiquette. Zo heb je sociale etiquette, horeca-etiquette, bruiloft-etiquette en beroeps-etiquette.
Etiquette is een geheel van cultuurgebonden beleefdheidsregels en omgangsvormen. De kern van de etiquette is: rekening houden met de gevoelens van anderen en met de gebruiken in een samenleving, in alle situaties waarin mensen met elkaar omgaan.
Etiquette komt uit het Frans, waar het eerst de inkerving in een stok betekende en later opschrift op een voorwerp. Aan het hof van Filips de Goede kregen de bezoekers de hofregels op een kaartje (een etiquette), zodat ze geen fouten zouden maken.
De juiste zakelijke omgangsvormen
In de zakenwereld moeten goede manieren, correct gedrag, respect en aandacht voor uw opdrachtgever vanzelfsprekend zijn. Tevens geeft dat een ondersteuning voor uw eigen zelfvertrouwen. Als u weet hoe het hoort, kunt u zich helemaal concentreren op een zakelijk gesprek.
Speel niet met je bestek of eten
Ga niet met je eten lopen knoeien, houd het netjes op je bord. Plet ook geen aardappelen tot puree op je bord. Neem van alles een klein beetje en doe dat op je vork. Breng de vork of de lepel naar je mond en niet je mond naar je bord.
Waarom mag je nou niet met je ellebogen op de tafel leunen? Volgens experts heeft dat te maken met de gewoonte dat mensen vroeger een bord deelde met hun buurman aan tafel. Als je met je elleboog op die tafel leunt, kan hij of zij er dus niet meer bij.
Blazen op het eten, hoewel geen zware overtreding, geldt toch als minpuntje omdat het geluid maakt, soms met spuug gepaard gaat en omdat het eten erdoor verplaatst kan worden. Soep die van de lepel wordt geblazen, geeft spattende soepdruppels – ook weer vies.
Samenstellingen met 'etiket' worden als één woord gespeld, tenzij de klinkers botsen. 'Etiquette' is synoniem met 'omgangsvormen'. Samenstellingen met 'etiquette' worden als één woord gespeld, tenzij de klinkers botsen.
Etiquette wordt nog steeds in verband gebracht met elegantie en goede manieren, maar etiquette is meer dan dat. Het vormt een reeks van regels die samen de juiste omgangsvormen bepalen. Het zorgt ervoor dat alles ordelijk verloopt en geeft ons richtlijnen in ongewone situaties.
Etiquette bestek
Vorken liggen links van het bord, messen rechts (met de snijkant richting het bord). Soeplepels liggen rechts naast het bord, dessert- en fruitbestek (vaak lepels, maar kan ook een klein vorkje zijn) liggen boven het bord. Je eet van buiten naar binnen.
Het servet leg je links naast de vorken neer. Als je geen soep serveert, kun je het servet ook een plekje geven op het bord. Wees creatief: vouw het servet bijvoorbeeld in een waaier of rol hem in een servetring.
Je schept de soep van je af, op de lepel. Vervolgens ga je met de lepel naar je mond en niet andersom. Ook belangrijk; de andere hand. Die rust met zijn pols op de rand van de tafel.
De vorken leg je links en de messen en lepels aan de rechterkant. De snijzijde van het mes moet richting het bord wijzen. Het bestek voor het nagerecht leg je horizontaal boven het bord. Het is dan wel belangrijk dat je er rekening mee houd dat het lepeltje met de bovenkant naar links wijst en het vorkje naar rechts.
als synoniem van een ander trefwoord: wellevendheid (zn) : beleefdheid, beschaafdheid, etiquette, fatsoen, goede manieren, hoffelijkheid, savoir-vivre, urbaniteit, voorkomendheid, welgemanierdheid, welvoeglijkheid.
Het uitserveren van borden en glazen gaat altijd vanaf de rechterkant van de gast. Bij het uitserveren van drankjes serveer je altijd het drankje met het logo naar de gast toe en de borden altijd met het gerecht netjes in het midden.
Etiquette regels zijn eigenlijk gedragsregels voor aan tafel. We noemen ze ook wel tafelmanieren. Eet je thuis aan tafel gezellig met je eigen gezin of met vrienden dan gelden er vaak andere regels dan wanneer je een zakelijk diner hebt.
Het servet mag op meerdere plaatsten liggen: links van het bord, onder de vorken, of op het onderbord. Zodra je aan tafel gaat leg je het stoffen servet - niet helemaal uitgevouwen - op schoot. Belangrijk om te weten is dat het servet niet gebruikt dient te worden als slab of zakdoek. Je mond deppen is wel toegestaan.
Omgangsvormen en etiquette zijn niet hetzelfde. Om het maar eenvoudig uit te drukken: de etiquette geeft de vastliggende regels aan voor het omgaan met elkaar. De omgangsvormen zijn die regels, uitgebreid met sociaal gevoel.
- Eet smakelijk. (“De spreuk 'Eet smakelijk' zou men volgens de etiquette niet horen te zeggen. Dit zou een belediging zijn voor de gastheer of -dame die ge- kookt heeft. Wie de wens uitspreekt te hopen dat het eten van de kok zal smaken, lijkt daaraan te twijfelen.”)
Het servet is bedoeld om je kleding te beschermen voor als je morst. Het servet ligt dus op je schoot. Je maakt dus NIET je bestek er mee schoon en je snuit NIET je neus ermee. Je mag er wel je mond mee deppen.
Wist je dat de basis voor deze tafeletiquette uit de Middeleeuwen stamt? Tijd voor een lesje laatmiddeleeuwse tafelmanieren. Hoe het 'gewone' volk in de 15de en 16de eeuw at, zullen we misschien nooit weten. Er zijn namelijk alleen etiquetteboekjes geschreven voor de hogere klassen.
' Hoewel het voor jou misschien lijkt alsof je voor een week gegeten hebt. Zeg als de ober je dan nog wat aanbiedt: 'Nee dank u, ik heb heerlijk gegeten. ' – Het digestief (het drankje dat je na het diner drinkt) achterover slaan.
Waterglas: Het waterglas staat rechtsboven het bord. In de volgorde van de glazen staat het steeds het meest links. H. Wijnglazen: wijnglazen staan in een diagonale lijn naast het waterglas.