Het gebruik van sondevoeding kan complicaties met zich meebrengen. Misselijkheid en diarree zijn de meest voorkomende complicaties. Daarna volgen ongemakken veroorzaakt door een verstopte sonde.
De volgende complicaties kunnen optreden: Tijdens de plaatsing van de PEG-sonde kunnen andere voorliggende organen aangeprikt worden. Tijdens de scopie kan uw kind zich verslikken waardoor er maaginhoud in de longen kan komen, met mogelijk een longontsteking tot gevolg. De insteekopening kan nabloeden.
Bij voeding in de nacht is het belangrijk dat uw hoofd hoger ligt dan de rest van uw lichaam; Let op: bij braken of diarree moet u altijd uw (huis)arts waarschuwen. Zorg wel dat u voldoende vocht binnen krijgt. Drink extra of spuit extra water in via de PEG-sonde.
U mag bij het gebruik van de button het volgende nooit doen: ■ vul de ballon nooit met meer ml water dan voorgeschreven op de button; ■ gebruik geen oliehoudende gel of vaseline als glijmiddel, dit kan de ballon beschadigen; ■ plaats nooit een spuit rechtstreeks op de voedingspoort van de button in verband met ...
Pak de sonde tussen duim en wijsvinger vast en duw hem twee tot drie centimeter naar binnen. Dit noemen we dompelen. Heeft u een PEG-sonde dan draait u de sonde helemaal rond. Heeft u een PEG(J)-sonde dan mag u deze niet ronddraaien.
Vanaf 7 tot 10 dagen na plaatsing moet u de sonde dompelen en draaien om te voorkomen dat de interne fixatiedisk vastgroeit aan de maagwand.
Let op: ook al gebruikt u de PEG-sonde (tijdelijk) niet, spuit hem dan toch minimaal 1 keer per dag door. De PEG-J -sonde moet 4-6 keer daags doorgespoten worden met 20 ml lauwwarm water. De buitensonde minimaal 1 keer per week. Een goede verzorging van de PEG-sonde voorkomt problemen.
Dagelijks de sonde Draaien (180 graden links- en 180 graden rechtsom). Twee keer per week de sonde “Dompelen” (plan hiervoor vaste dagen): Pak de sonde tussen duim en wijsvinger. Schuif de fixatiedisk ongeveer 3 à 4 cm van de buikhuid af. Duw de sonde minimaal 3 cm naar binnen en trek deze weer terug.
Zo weet u of de sonde nog diep genoeg zit; Controleer hierna de pleister door te kijken of de pleister nog goed vast zit rondom de sonde; Kijk, indien mogelijk, met een spiegel in de mond en keelholte. Als u ziet dat de sonde opgekruld ligt is dit een teken dat de sonde niet meer op zijn plek ligt.
Pijn op de plaats van de PEG-sonde. Als de verdoving is uitgewerkt, kun je mogelijk pijn ervaren. Je mag daarvoor paracetamol slikken. Geen geschikte plaatsingsplek.
Doorspoelen van een neusmaagsonde, PEG-katheter of jejunostomie. Het doorspoelen is belangrijk om verstoppingen te voorkomen. U moet de sonde minimaal 4 tot 6 keer per dag doorspoelen met 20 cc lauwwarm water. In ieder geval voor en na het toedienen van sondevoeding of het geven van medicijnen.
Dit zijn voedingssondes die via een kleine, hiervoor gemaakte opening (fistel) door de buikwand in de maag zijn geplaatst. Het grootste verschil tussen de PRG- en de PEG-sonde is de manier van plaatsing. De PEG-sonde wordt met een kijkbuis via de slokdarm geplaatst.
Mogelijk wordt u misselijk doordat de sonde niet goed zit. Hierbij kan het helpen de positie van de sonde te laten verplaatsen; Mogelijk bent u misselijk doordat er een te hoge toedieningssnelheid is ingesteld. Door de toedieningssnelheid te verlagen zal de misselijkheid mogelijk kunnen zakken.
− Draai de katheter helemaal rond (360 graden) om de lengteas in de insteekopening, zowel linksom als rechtsom. − Schuif het huidplaatje terug in de oorspronkelijke stand. Schoon en droog De huid rond de insteekopening en het huidplaatje moeten elke dag schoongemaakt worden met lauw water. Gebruik geen zeep.
Door het interne fixatieplaatje in de maag is de kans klein dat de PEG-katheter eruit valt. Gebeurt dat toch, dan moet u snel handelen om te voorkomen dat de opening dichtgroeit. Dit kan al binnen enkele uren gebeuren. Dek de wond af met een gaasje en neem direct contact op met uw huisarts of het ziekenhuis.
De sonde mag niet gedraaid worden! De dunnere sonde die door de PEG-sonde heen is gevoerd kan hierdoor namelijk terug krullen naar de maag. Het uiteinde van de sonde kan dan vanuit de darm in de maag terechtkomen.
De verzorging van de gastrotube is gelijk aan die van de MIC PEG-sonde (zoals beschreven staat in hoofdstuk 3 van dit PID). Wel is er één extra handeling vereist, namelijk de balloncontrole. Deze moet eenmaal per week uitgevoerd worden.
Om te voorkomen dat de sonde verstopt raakt, adviseren wij u de sonde 4 tot 6 keer per dag door te spoelen met lauw water. Gebruik hiervoor de 20 ml spuit met gewoon kraanwater of mineraalwater zonder koolzuur. Sluit de spuit direct aan op de sonde of op het bijspuitpunt.
de dikte varieert van Ch 9 tot Ch 24. Het deel van de PEG-sonde dat uit de buik steekt, wordt voorzien van een voedingsconnector. Elke PEG-sonde heeft zijn eigen voedingsconnector, die standaard bijgeleverd wordt. De voedingsconnector is vaak conisch van vorm (soms heeft hij een luerlockaansluiting).
De eerste week moet het geheel strak tegen elkaar aan zitten. Binnen twee maanden groeit de doorgang in de buikwand en maag samen tot een soort gangetje. Dit wordt een fistel genoemd. De PEG katheter is gemaakt van polyurethaan of siliconen materiaal, dat doorgaans goed door het lichaam wordt verdragen.