Misselijkheid, dyspnoe, angst en delier komen relatief veel voor. Bij al deze klachten geldt dat een gestructureerde aanpak met het meewegen van de context, sociale en psychische factoren, zoals in Palliatieve fase - besluitvorming wordt besproken, van essentieel belang is.
Huisartsen herkennen een behoefte aan palliatieve zorg vaak aan de hand van (een combinatie van) subtiele signalen: een toenemende zorgafhankelijkheid, verlies van interesse in dagelijkse activiteiten of hobby's of mentale veranderingen.
Het doel van palliatieve zorg is om de kwaliteit van leven van deze cliënten te behouden en te verbeteren als dat mogelijk is. Palliatieve zorg gaat over lichamelijke, sociale, psychische en spirituele behoeften van cliënten. Ook het ondersteunen van naasten is een belangrijk onderdeel van palliatieve zorg.
Oorzaken. Vertraagde maagontlediging, vooral door: gastroparese: invasie door tumor, na partiële gastrectomie of buismaag, anorexie-cachexie syndroom, paraneoplastische autonome neuropathie, medicamenteus, comorbiditeit, opvulling of compressie van de maag door tumor of ascites. obstructie van de pylorus of het ...
Als ontlasting lang in de darm blijft zitten (verstopping), kan het gaan gisten door het inwerken van de bacteriën in de darm. Hierdoor ontstaat extra gasvorming. Dit gas kan door de wand van de darm in de bloedbaan worden opgenomen en via de longen worden uitgeademd. Dit kan een slechte adem veroorzaken.
Zwart braaksel bestaat vaak uit oud bloed. Hoewel lichte bloedsporen in braaksel niet altijd gevaarlijk hoeven te zijn, is het wel verstandig om een huisarts te bezoeken als je grotere hoeveelheden (puur) bloed braakt. Verschillende oorzaken van zwart overgeven zijn: Slokdarmverstopping.
Belang van zorg in de laatste levensfase
Zorg in de laatste levensfase richt zich op de kwaliteit van leven van de patiënt, bijvoorbeeld door klachten en problemen zo veel mogelijk te voorkomen of te zorgen dat de patiënt er zo min mogelijk last van heeft.
Richtlijnen geven aanbevelingen voor zorg met het doel de kwaliteit van zorg te verbeteren. Er zijn ziekte- en symptoomgerichte richtlijnen. Ook zijn er richtlijnen gericht op het levenseinde en bijvoorbeeld een richtlijn gericht op spirituele zorg.
Palliatieve zorg is zorg die zich richt op de kwaliteit van leven van patiënten en hun naasten die te maken hebben met een levensbedreigende aandoening of kwetsbaarheid. Het doel van palliatieve zorg is om een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te realiseren, door bijvoorbeeld het voorkomen of verlichten van lijden.
Mensen die sterven, hebben vaak weinig of geen behoefte meer aan voedsel en vocht. Ze kunnen snel in gewicht afnemen. Het lichaam verandert: de wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen.
Een koude neus, reutelen en troebele ogen. Het zijn enkele symptomen die bij mensen die terminaal ziek zijn, wijzen op een naderende dood. Iemand die gaat sterven na een ziekbed, voelt zich steeds zwakker worden en heeft het gevoel dat alle kracht uit het lichaam wegvloeit. Dat kan iemand angstig of onrustig maken.
Dat betekent dat behandelen geen zin meer heeft of niet opweegt tegen de nadelen ervan. Artsen noemen een patiënt doorgaans terminaal wanneer ze verwachten dat die persoon minder dan drie maanden te leven heeft. Natuurlijk komt het ook voor dat mensen langer leven dan die drie maanden.
De palliatieve fase begint op het moment dat duidelijk wordt dat je niet meer beter kunt worden. De palliatieve fase kan kort of lang duren: van dagen tot enkele maanden of jaren.
Palliatieve zorg gaat veel breder dan terminale zorg: een palliatieve patiënt kan niet meer genezen, maar kan soms nog jaren een kwaliteitsvol leven leiden. Terminale zorg of zorg bij het levenseinde is maar één onderdeel van de palliatieve zorg.
Het lichaam laat methaanthiol vrij gedurende het ontbindingsproces. Methaanthiol ruikt naar zweetvoeten en rotte witte kool. Dimethyldisulfide is een stinkend gas dat voortkomt via vele bronnen, zoals bacteriën, schimmels, planten, en dieren.
Het bewustzijn daalt, de zieke valt mogelijk in een diepe slaap of coma. Deze vorm van ademhaling heet Cheyne-Stokes. Door de hoorbare, reutelende ademhaling kunnen naasten denken dat de stervende een verbeten gevecht voert.
De tijd tussen de ademteugen wordt steeds langer, soms wel tot een halve minuut en tenslotte is er de laatste adem, in veel gevallen niet meer dan een zuchtje na een (heel) lange stilte. Het gezicht ziet er ook bij deze stokkende ademhaling vaak heel rustig uit. Dit wordt Cheyne-Stokes ademhaling genoemd.
Verkleuring van de huid na de dood. De verkleuring wordt veroorzaakt doordat de bloedcirculatie tot stilstand komt en het bloed zakt naar de laagst gelegen delen van het lichaam. Lag de overledene op zijn rug, dan zullen er meestal lijkvlekken te zien zijn op de rug, schouderbladen en oorlellen.
Morfine is niet geschikt om de dood te bespoedigen of patiënten te sederen. Het snel ophogen van morfine kan ervoor zorgen dat het bewustzijn onvoldoende wordt verlaagd, de patiënt verward raakt, of spiertrekkingen (myoclonieën) krijgt.
Maar wat is precies het verschil? Het grootste verschil is de duur van de zorg. De palliatieve fase kan soms jaren duren, terwijl terminale zorg vaak van korte duur is. Terminale zorg wordt immers verleend aan mensen die een levensverwachting van drie maanden of minder hebben.
Klachten en symptomen bij gallige reflux
Gallige reflux geeft meestal klachten als pijn en een branderig gevoel in de maagstreek. Deze klachten ontstaan met name na het eten. Ook misselijkheid en (gal)braken komen voor. Het braaksel is dan groenig gekleurd.
Zorg ervoor dat je altijd iets in je maag hebt. Een lege maag kan namelijk ook een misselijk gevoel geven. Met name 's morgens vroeg kan het helpen om te knabbelen op droog voedsel, zoals toastjes, crackertjes of een soepstengel. Zuig of kauw op een ijsklontje, kauwgom, waterijsje of zachte stukjes fruit.
Gal is geelbruin. De stof die voor deze kleur zorgt (bilirubine), kleurt ook onze ontlasting bruin. Als de gal niet meer weg kan lopen naar de darm, gebeuren er drie dingen: Er komt gal in het bloed terecht, waardoor de huid en het oogwit gelig worden (geelzucht);