Er zijn verschillende soorten thematische kaarten: stippenkaart, figuratieve kaart, choropleet, chorochromatische kaart, isolijnenkaart, een ruimtelijk model, een cartogram en een bewegingskaart.
Soorten kaarten
Er zijn vier soorten landkaarten. Welke kaart je het beste kunt gebruiken, hangt af van wat je wilt weten. Overzichtskaarten geven een algemeen beeld van een gebied. Dat kunnen bijvoorbeeld natuurkundige kaarten zijn.
Een topografische kaart, ook wel soms overzichtskaart genoemd, is een type kaart die gebruikt wordt om een bepaald gebied zo nauwkeurig mogelijk weer te geven. Op een topografische kaart staan alle dingen betreft topografie vermeld, zoals rivieren, steden en landgrenzen.
Een thematische kaart is een kaartsoort waar op van alles van een thema of onderwerp te zien is. Belangrijke voorbeelden zijn verstedelijking , zorg en landschap. De Bosatlas geeft ook veel thematische atlassen uit zoals de Bosatlas van Nederland, Veiligheid, Canon en het voedsel.
Daarom staat op een goede kaart de schaal vermeld, bijvoorbeeld 1:100.000. De schaal wordt soms met een schaalstok verduidelijkt. Dat is een balkje waarop streepjes in het klein de echte afstand aangeven. Kaarten met een grote schaal zijn niet zo ver verkleind: ze hebben een schaal van 1: 10 tot 1:25.000.
Algemeen: Een figuratieve kaart is gelijkaardig aan de stippenkaart, maar de stippen kunnen nu in grootte verschillen en zijn ingetekend per (administratief) gebied. Een voorbeeld is een stedenkaart van Nederland, waarin de grootte van elk symbool van de stad gebaseerd is op het aantal inwoners.
De legenda of legende is het gedeelte van een kaart of model waarop wordt uitgelegd wat de afzonderlijke kaartsymbolen betekenen. De term legenda is gebruikelijk in Nederland.
R staat voor roi (koning) D voor dame (vrouw) V voor valet (boer)
Rangen worden in oplopende volgorde aangeduid als A (aas), de cijfers 2 tot en met 9 , T (tien), J (boer, jack), Q (dame, queen) en K (heer, king).
Iemand die dergelijke kaarten en aanverwante producten samenstelt wordt een cartograaf of kartograaf genoemd.
Een kaart die de hoogteverschillen in een gebied laat zien.
In de cartografie worden bepaalde kaartsoorten ook wel anamorfosen genoemd. Het betreft kaarten waarbij de oppervlakten van de gebieden niet gelijk gemaakt zijn aan het landoppervlak, maar aan een andere parameter, bijvoorbeeld het aantal mensen die in een gebied wonen.
'Atlas was een Griekse god en hij droeg de hele wereld op zijn nek. De hele aarde.
In de Griekse mythologie is Atlas vooral bekend als de Titaan die volgens de legende het hemelgewelf op zijn schouders moest dragen. Hij komt ook voor in een verhaal over de held Herakles.
Atlas (Oudgrieks: Ἄτλας - « de drager », van τλάω / tláô, « dragen, ondersteunen ») is een figuur uit de Griekse mythologie. Atlas draagt volgens de legende als straf het hemelgewelf op zijn schouders en wordt in verband gebracht met het Atlasgebergte, Atlantis en de Atlantische Oceaan.
Het Koninkrijk der Nederlanden bestaat uit 4 landen: Nederland. Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Bonaire, Sint Eustatius, Saba zijn bijzondere gemeenten en hebben een aparte status binnen Nederland. Zij heten Caribisch Nederland.
Bij een administratieve kaart worden de details zoals wegen, wateren, bossen en plaatsen niet of nauwelijks weergegeven. Het gaat om de indeling op basis van bijvoorbeeld provincies, gemeenten, plaatsen, postcodegebieden, veiligheidsregio's, waterschappen en anderen.
In de kaart staan dieptelijnen en ondiep water wordt lichtblauw gekleurd. Wat wordt gezien als ondiep water hangt af van de schaal.
Puntsymbolen zijn in de meeste gevallen kleine tekeningetjes die qua vorm iets vertellen over de functie van het bijbehorende object. In het ideale geval is de vorm van het puntsymbool zo herkenbaar dat de gebruiker van de kaart direct weet welke functie het symbool wil aangeven.
Benoem een kaart in de stapel
De stapel moet omgekeerd zijn waardoor jij de kaarten niet kan zien. Wanneer hij "Stop! " zegt, pak de kaarten die naar hem toe geplaatst zijn en benoem de kaart. Je kan deze truc zo vaak doen als je wilt, het maakt niet uit wat voor een kaart de toeschouwer wilt.
Houd je duimen op de bovenkant om de kaarten op elkaar te houden. Laat dan je duimen los om de kaarten trapsgewijs, in 'cascade', naar beneden te laten gaan. Herhaal de riffle shuffle (optioneel). Als je de stapel nog grondiger wilt schudden, herhaal je het hele proces nog een keer.