Genetisch gemodificeerde gewassen zijn onder andere maïs, soja, katoen, suikerbieten, koolzaad en kleine hoeveelheden courgette en gele pompoen. Overigens is er in Nederland nog niet van al deze soorten een gemodificeerde versie te vinden.
De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid schrijft voor dat het gebruik van GMO's (of GGO's in het Nederlands) in producten moet worden vermeld op het etiket. Op het etiket moet duidelijk 'genetische gemodificeerd' staan, of 'product op basis van genetisch gemodificeerd [ingrediënt]'.
Hagelslag, vleeswaren, margarine, melkproducten, snoep, kant-en-klaarmaaltijden en wasmiddelen voor lagere temperaturen zijn een greep uit de veelheid aan producten die gekocht worden, ook door consumenten die terughoudend zijn over genetische modificatie.
Genetische gemodificeerde organismen (GMO)
Genetisch gemodificeerde soja en maïs wordt het meest gebruikt om veevoer te maken. Maar de olie van genetisch gemodificeerde soja en maïs zit ook wel in levensmiddelen, zoals margarine en oliën.
Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om de duur van rijpheid van een tomaat te vergroten door een bepaald gen te modificeren. De eerste bananen werden voor het eerst verbouwd in Azië, tussen de 7.000 en 10.000 jaar geleden. De banaan is eigenlijk het resultaat van een kruising tussen twee andere eeuwenoude vruchten.
Bij genetisch gemodificeerd gewassen (ggo's) is het DNA aangepast, waardoor deze planten bijzondere eigenschappen bezitten. Voorbeelden zijn aardappelen die resistent zijn tegen de aardappelziekte phytophthora, tomaten die langer houdbaar zijn en maïs die beter bestand is tegen rupsenvraat.
Yoghurt wordt gemaakt door melkzuurbacteriën toe te voegen aan melk, brie is bedekt met schimmels. Dit zijn allemaal van oorsprong traditionele biotechnologische processen. Moderne biotechnologie (genetische modificatie) heeft ook zijn intrede gemaakt in de moderne voedselbereiding.
Genetische gemodificeerde organismen (GMO)
Genetisch gemodificeerde soja en maïs wordt het meest gebruikt om veevoer te maken. Maar de olie van genetisch gemodificeerde soja en maïs zit ook wel in levensmiddelen, zoals margarine en oliën.
GMO-vrij wil zeggen dat er er minder dan 0,9 % (de EU-regel) aan genetisch gemodificeerd materiaal in een product zit. Wanneer er meer in zit moet dit vermeld worden op het etiket. Wil je zeker weten dat er in jouw gekochte product geen GMO's zitten, dan is officieel het label 'biologisch' de enige garantie.
Risico's genetisch gemodificeerde organismen
Genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) kunnen ook risico's geven. Zij kunnen misschien allergieën veroorzaken of nuttige insecten schaden. Buiten het laboratorium bestaat in theorie een kans dat ggo's zich vermenigvuldigen en andere gewassen verdringen.
Tachtig procent van de wereldwijd geproduceerde soja – een belangrijke grondstof voor veevoer – is genetisch gemodificeerd. Als er genetisch gemodificeerde organismen gebruikt zijn in voedingsmiddelen, wordt dat vermeld op de verpakking.
Wereldwijd is afgesproken dat de mens het DNA van de mensheid niet zal veranderen. Maar het kan wél: aanpassen van wat ook wel 'de kiembaan' wordt genoemd. En er nog steeds discussie over die afspraak.
Dit kan verschillende voordelen hebben. De productie kan verhoogd worden of de plant kan worden versterkt. Hij kan bijvoorbeeld beter tegen droogte. De kwaliteit van voedsel kan worden verhoogd, ongedierte kan zonder pesticiden worden bestreden en er kunnen zelfs ziektes mee worden genezen en voorkomen.
Het doel van die verandering is om het organisme (een plant, schimmel, bacterie, dier) een andere, aangepaste of nieuwe eigenschap te geven. Het doen van dit soort veranderingen wordt genetische modificatie of genetische manipulatie genoemd.
De speciale koeien werden ontwikkeld door menselijke genen in koeienembryo's te stoppen en deze in koeien te plaatsen. Volgens Ning bevat de gemanipuleerde melk belangrijke eigenschappen van moedermelk zoals proteïnen en antistoffen. Deze zijn goed voor de gezondheid en versterken het immuunsysteem.
In de biodynamische en biologische landbouw komen gemanipuleerde gewassen niet voor. Alle producten van Machandel zijn gegarandeerd GMO-vrij, gecertificeerd volgens de Europese richtlijn 2001/18/EG. Dat betekent dat we ook alle relevante voorzorgsmaatregelen in acht nemen om verontreiniging met GMO's te voorkomen.
De modificatie van genen van organismen kent verschillende toepassingen. Bijvoorbeeld ter verbetering van de productie van geneesmiddelen en voedsel, gentherapeutische behandelingen en onderzoek bij ziekten. Hieronder onderscheiden we verschillende organismen die voor deze doelen genetisch gemodificeerd zijn.
Wat is genetische modificatie? Genetische modificatie is een techniek om de eigenschappen van een plant, dier of micro-organisme aan te passen door een stukje DNA van het ene organisme over te brengen naar een ander organisme.
Wat is GMO-subsidie? Met de regeling voor gemeenschappelijke marktordening (GMO) wil de Europese Unie met subsidies een duurzame, concurrerende productie van groente en fruit stimuleren, schommelingen van telersinkomsten tijdens crises beperken, de consumptie verhogen en het milieu beschermen.
Genetisch gemodificeerde organismen (GGO's) zijn organismen waarvan het genetisch materiaal is gewijzigd. Bij genetische modificatie wordt een deel van het genetisch materiaal van een levend wezen geïsoleerd in de vorm van een DNA-fragment en vervolgens ingebracht in een ander organisme.
Sojayoghurt is een gefermenteerd product, net als yoghurt die van koemelk wordt gemaakt. Aan de sojamelk worden de melkzuurbacteriën Lactobacillus bulgaricus en Streptococcus thermophilus toegevoegd. Deze bacteriën zetten suikers om in melkzuur.
De term gemodificeerd betekent letterlijk "veranderd". Bij gemodificeerd maïszetmeel wordt de chemische structuur van maïszetmeel veranderd. Dit gebeurt door middel van een bepaald soort zuur toe te voegen, zodat het maïszetmeel zijn werk als verdikkingsmiddel kan doen zonder dat er verhitting nodig is.
De genetische code beschrijft hoe mRNA wordt gelezen om een eiwit te vormen. Deze code is universeel geldig bij alle bekende organismen. Een mRNA-streng bestaat uit een opeenvolging van basen. Er zijn vier verschillende basen: Adenine (A), Guanine (G), Uracil (U) en Cytosine (C).