Water geven gebeurt het best 's ochtends en niet op de plant, maar aan de voet van de plant. Zorg bovendien voor voldoende waterafvoer en een kaliumrijke grond.
Regelmatig water geven is belangrijk
Van elke dag water geven, bouw je na 2 weken af tot 2 à 3 keer per week en na anderhalve maand geef je de plant 1 keer per week water. Geef je de tomatenplant onregelmatig water, dan gaan de tomatenvruchten barsten.
Geef ook liever 1x in de week heel veel water in plaats van elke dag een klein beetje. Zo ontwikkelt je tomatenplant langere, diepere wortels en daarmee een sterker wortelsysteem. Tomaten geef je dus veel water, maar alleen totdat deze beginnen te verkleuren. Geef dan matig water, anders barsten de vruchten!
Voor het krijgen van tomaten moeten de gele bloemen 'bestoven' worden. Dit houdt in dat het stuifmeel van de stuifmeeldraden op de stamper terechtkomt. In de natuur wordt het bestuiven van de tomaten- bloemen gedaan door insecten, die op zoek zijn naar stuifmeel of door de wind.
Bij een tomatenplant, waar de onderste bladeren geel worden, kunnen meerdere problemen de oorzaak zijn, maar meestal is stikstofgebrek de boosdoener. Stikstof is een voedingselement, dat een plant veel gebruikt. Dit voedingselement wordt onder andere gebruikt in het bladgroen van de bladeren van een plant.
We adviseren je om speciale, organische tomatenmest te gebruiken. Die is speciaal afgestemd op de behoefte van de tomaten. Zo voorkom je dat de planten tekorten krijgen. Dit type mest geeft de voedingsstoffen langzaam af.
Pluk ook niet in één keer te veel bladeren van een plant af, daar schrikt een tomatenplant van en dat vindt hij niet fijn. Beter is het om regelmatig ( bijv. 1x per week) 2 tot 3 bladeren te verwijderen.
Vergeelde blaadjes onderaan de plant kunnen wel weggesneden worden. Als, bij de sterker groeiende tomatenplanten, een paar bladeren op de grond hangen, kan je die wel verwijderen. II. Bloei tros 2 : De onderste 3-4 bladeren kunnen nu definitief weggesneden worden.
De reden waarom stamtomaten worden aangebonden is dat stamtomaten (zeker in de kas) grote planten worden tot meer dan 2 meter hoog. Door de hoofdstam elke 15 tot 30 centimeter vast te binden aan een stok zorg je dat de planten niet omvallen.
Gebrekkige vruchtzetting bij je tomatenplanten
Zijn er weinig bloemetjes, dan uiteraard ook weinig tomaten. Een andere reden kan zijn dat jeje planten te dicht bij elkaar gezet hebt en de plant te weinig zon gezien heeft. Ook moet je je kleinste rassen aan de zuidkant van je serre of tuinkas planten.
Tomaten hebben kalk nodig. Drie of vier verpulverde eierschalen per plantgat doet de plantjes goed. Verzamel dus een paar dagen je eierschalen. Was ze in warm water, leg ze te drogen op een stukje keukenpapier en vermaal ze in een keukenmachine of vijzel.
Tomaten houden van zon en warmte. Plant pas midden april in je serre, en wacht tot midden mei als je in de openlucht kweekt. Geef ze een plekje met veel zon. Geef je tomaten ruimte om te groeien: plant gemiddeld 2,5 planten per vierkante meter (of 5 planten op 2 vierkante meter).
Toppen doe je door de stam te verwijderen boven de 2 eerste bladeren na de laatste tros. Tomatenplanten kunnen echt groeien als onkruid. Het verwijderen van bladeren heeft als voordeel dat de plant beter opdroogt na regen (buitenteelt), maar ook dat er meer licht en lucht aan de plant en zijn vruchten kan.
Als hij niet regelmatig water krijgt, gaat hij dood. Alleen als de tomaten gaan verkleuren van geel naar rood, geef je zoveel water dat het blad groen en goed blijft – dit is zeker minder in het begin. Dan geef je om de twee dagen een flinke scheut.
Het beste antwoord. Als tomatenbladeren slap gaan hangen dan is, of de themperatuur te laag voor wat langere tijd, of een is een schimmelziekte in de plant gekomen, te zien aan bruine stukjes blad of geheel bruine bladeren, dit kan gebeuren door te lage themperatuur en/ of te hoge luchtvochtigheid.
Neusrot is, zoals iedere tomatenteler weet, een bruin/zwart litteken (een 'zoutje') aan de onderkant van de vrucht. Het is doorgaans het gevolg van vochtstress of een calciumgebrek (minder dan 0,08% Ca in droge stof).
Een tomatenplant heeft in de serre een levensduur van 5 maanden. Mei, juni, juli, augustus en september. Alle energie van moeder natuur wordt best zo goed mogelijk verdeeld in die 5 maanden.
Tomaten houden niet van regen. Knip eventueel wat blad weg wanneer een plant te lang nat blijft na een regenbui. Knip ook bladeren weg die het zonlicht weghouden van de vruchten. Laat in ieder geval altijd minstens 6 tot 8 grote bladeren aan de plant zitten.
Verwijder alle uitlopers en hun bladeren onder de eerste bloemtros. Doe dit altijd, wat voor soort tomatenplant je ook hebt. Dit houdt de plant sterk doordat hij op deze manier makkelijker een stevige, centrale stengel kan ontwikkelen.
Aan een plant met grote tomaten, kan je meestal minstens een tros of vier, dus rond de 20 tomaten verwachten. Vaak wordt het echter nog meer, zodat je uitkomt tussen de 5 en 15 kilogram tomaten per plant.
Dieven van tomaten is simpelweg het verwijderen van alle uitgelopen okselknoppen. Een okselknop is een knop in de ruimte (oksel) tussen de stengel en het blad. Zo'n knop ontwikkeld zich spontaan tot een nieuwe stengel met bladeren, bloemen, en vruchten.
Gebruik stevige bamboe of wilgen stokken van 2 tot 2,50 meter lang. Steek de stokken achter de geplante tomatenplanten zo diep mogelijk in de grond, zodat de stokken goed stevig staan. Vervolgens knoop ik onder elke tros met een stukje jute touw de tomatenplant vast aan de stok.
Wat ook kunt doen is de tomaat laten klimmen om een touw. Daarvoor moet je wel een plek hebben waar je het touw op minimaal 1,5 meter hoogte kunt bevestigen en de tomaat onder kan zetten. Je ziet dit vaak terug in kassen. Als je het touw hebt vastgemaakt, laat je deze in de aarde zakken.
- Plant ze diep! Dus nooit op zelfde hoogte als in de pot, maar minstens 5 cm dieper. Dat is tot net onder de eerste blaadjes, of zelfs tot onder het tweede paar. De haartjes op de stengel zijn eigenlijk worteltjes.
Ze hebben een grote behoefte aan voedingsstoffen en hebben behalve stikstof en fosfaat vooral veel kalium nodig. Kalium reguleert de waterhuishouding van de plant, verstevigt de celwanden en geeft de plant meer weerstand tegen ziekten.