Welke dikte je nodig hebt is afhankelijk waarmee je een tekening of schets wilt maken. Voor het maken van schetsen met zachte potloden (B-potloden) of houtskool kun je volstaan met 120 grams papier. Voor het werken met harde potloden (H-potloden), grafiet stiften en oostindische-inkt gebruik je 170 grams papier.
Je kan tekenpapier gebruiken voor droge media, zoals grafiet, houtskool, conté, pastelpotloden en kleurpotloden. Voor het werken met pastel- en kleurpotloden bevelen wij uitsluitend tekenpapier aan i.p.v. schetspapier. Je krijgt met tekenpapier diepere kleuren dankzij de diepere korrel van tekenpapier.
Gebruik je te grof papier, dan vallen de mooie details in je tekening weg. Het ideale tekenpapier voor kleurpotloden en schetsen heeft een fijne of gemiddelde textuur. Onze favoriet is het Canson Illustration papier. Het is lekker dik, ideaal voor gelaagde tekeningen met mooie kleurpotloden.
Schetspapier is een soort papier dat geschikt is voor al uw ontwerpen en schetsen. Het is dus vooral bedoeld om op te oefenen, te experimenteren en voorontwerpen te maken. Schetspapier is vaak iets lichter dan tekenpapier.
Standaard A4 papier is leverbaar van 60 gram tot ongeveer 300 gram. Voor de meeste printers is 250 gram wel het maximum, maar het meest verkochte kopieerpapier is 80 gram. Dit wordt door de meeste printers goed opgenomen en valt perfect in de standaard instellingen van je printer.
Als je veel met fineliners werkt, kun je het beste een gladde papiersoort gebruiken. Die dik genoeg is om niet door te drukken. Een voorbeeld is ons Bristolpapier of het Smooth Surface papier. Glad papier is het beste voor het puntje van je fineliner.
Speciaal papier voor het gebruik met markers
Markerpapier is dun en zeer glad tekenpapier dat de inkt niet opzuigt. Dit papier is speciaal voor markers gebaseerd op alcohol. Het speciale papier voor markers is ´bleedproof´, dat wil zeggen dat de inkt niet uitvloeit.
Ik gebruik een doezelaar verder net als een potlood. Druk je er hard op dan wordt de laag die je doezelt donkerder en natuurlijk lichter als je niet hard drukt. Maar het mooiste is als je laag voor laag tekent. Dus eerst een potlood laag, dan doezelen en dan de volgende potlood laag eroverheen.
Er zijn veel verschillende materialen om mee te tekenen en schilderen: soorten papier, potloden, kwasten, stiften en verf. Door ze uit te proberen maak je verrassende creaties en ontdek je waarmee je het liefst werkt. Tekenen en schilderen leer je door veel te proberen. Dit heb je nodig.
Het gewicht wordt uitgedrukt in gram per vierkante meter. Je hebt voor je aquarel papier nodig van tenminste 185 g/m3 tot ongeveer 640 g/m3. Hoe zwaarder het papier, hoe meer water het papier opneemt. Let op: Als je papier kies lichter dan 300 g/m3 dan is het raadzaam om het op te spannen.
Er zijn spuitbussen speciaal voor pastel, speciaal voor houtskool, maar ook spuitbussen die universeel zijn. Je hoort vaak dat je een houtskooltekening kunt fixeren met haarlak. Wanneer je je werk met haarlak inspuit, blijft je krijt of houtskool welliswaar netjes op je papier zitten.
Zelfs inkt kun je weer “uitgummen” – met de juiste vlakgom
Bijzonder eenvoudig kun je grafiet van potloden uitgummen. Ook bij houtskool lukt dit behoorlijk goed. Maar met de juiste gum kun je zelfs inkt uitgummen.
De Schetsboeken van seawhite of brighton zijn een prijs gunstige optie, met een mooie structuur en een speciale lijming waardoor het tegen lichte wassingen bestand is. Een andere goede optie zijn de mixed media boeken van Zieler. Niet duur, en geschikt voor veel materialen.
De meest gebruikte kleuren voor handletteren op zwart zijn wit, goud en zilver. Mooie gouden en zilveren pennen om te handletteren op zwart zijn ook een echte must have!
Sakura Micron Pigma
Ze zijn er in diverse lijndiktes waardoor je voor diversiteit kan zorgen. Je kan er zowel technisch mee tekenen, handletteren, illustreren en gewoon schrijven. Bij de pennentest komt Micron als één van de beste uit. Ze drukken niet door en je ziet ze ook nauwelijks op de achterkant van het papier.
Schetsboeken zijn geschikt voor het maken van schetsen, notities en om je tekeningen mooi bij elkaar te houden. Je kan dan mooi de voortgang zien en makkelijk terugkijken. Voorzien van een harde kaft zodat deze tegen een stootje kan. Wordt ook wel dummy genoemd.
Mixed media papier kan ook een beetje water aan, zeker het papier van Strathmore. Dit papier is zo stevig dat je ook zonder problemen aan de achterzijde nog een leuke pagina kunt maken.
Wat is verschil tussen kopieerpapier en printpapier? Eigenlijk is er geen verschil in kopieer- en printpapier.
Wil je printen op stevig karton dan heb je snel een grams gewicht nodig van 200 gr/m2. Dit staat op het pak papier vermeld. Sommige professionele grafische printers voor dik papier kunnen tot wel 400 gr/m2 materiaal printen. De kwaliteit van het papier bepaalt hoe stevig het aanvoelt.
De dikte van printpapier voor speciaal gebruik
Hoe hoger de gramsaanduiding hoe steviger het papier is. Papier tot een dikte van ongeveer 180 gram noemen wij printpapier, hierna hebben we te maken met karton.
G/m² (gram per m²) is de standaard term om te bepalen hoe dik & zwaar papier is. Kies je voor een 300 g/m². wordt hiermee bedoelt dat 1m2 300 gram weegt, een A4 vel op deze dikte weegt dan 18.71 gram. Door te spelen met een dik of dun papier en papiersoort kun je het document een geheel eigen touch geven.