Dimlicht is verplicht om in het donker te voeren. Bij slecht zicht overdag mag het dimlicht ook ontstoken worden. Groot licht mag alleen gevoerd worden als er geen ander verkeer in de buurt is. Mistlicht mag alleen gevoerd worden als mist, sneeuwval of regen het zicht ernstig belemmert.
In het donker is het dimlicht verplicht. De dimlichten hoeven niet aan als de mistlichten branden. Branden de dimlichten en mistlichten aan de voorkant van de auto tegelijk? Dan bestaat de kans dat de reflectie van uw eigen dimlicht u verblindt.
Dimlicht is de verlichting die je standaard moet gebruiken wanneer het donker is. Je zet je dimlicht ook aan als het zicht minder is door mist, hagel, regen of sneeuw.
Dagrijlichten bestaan voor auto's uit twee witte lampen, tussen 250 en 1500 mm boven het wegdek aan de voorzijde van het voertuig geplaatst op een afstand van minimaal 600 mm van elkaar (minimaal 400 mm uit elkaar wanneer het voertuig smaller is dan 1300 mm).
Het verschil
Stadslichten dienen alleen gevoerd te worden wanneer uw auto geparkeerd staat in een donkere straat. Dimlichten dienen gevoerd te worden bij slecht zicht, zowel in het donker als overdag bij bijvoorbeeld regenbuien. Dagrijverlichting dient er voor om uw voertuig overdag beter zichtbaar te maken.
In de ochtend- of avondschemer is het voor veel weggebruikers echter niet duidelijk welke verlichting ze het beste kunnen voeren. In 2011 is automatische dagrijverlichting verplicht gesteld voor alle nieuwe (type) auto's. Sinds 2012 geldt dit ook voor vrachtwagens en bussen.
Dimlichten (standaard lichten)
tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag. als de zichtbaarheid minder dan 200 m is.
Gebruik van dagrijlicht is in Nederland inderdaad niet verplicht. En omdat het niet verplicht is, is het ook geen punt als slechts één in plaats van de twee dagrijlichten brandt. Dit is een belangrijk verschil met 'gewoon' dim- of grootlicht.
Dimlicht is verplicht om in het donker te voeren. Bij slecht zicht overdag mag het dimlicht ook ontstoken worden. Groot licht mag alleen gevoerd worden als er geen ander verkeer in de buurt is. Mistlicht mag alleen gevoerd worden als mist, sneeuwval of regen het zicht ernstig belemmert.
Stadslichten of parkeerlichten zijn vooral bedoeld om de auto zichtbaar te maken voor overig verkeer. De weg wordt niet extra verlicht. Deze verlichting gebruik je als je bijvoorbeeld geparkeerd staat. Het worden daarom ook wel 'parkeerlichten' genoemd.
Er zijn twee verschillende manieren om je lichten aan te zetten: – Bij mij in de auto kun je het topje van de hendel, dat links aan het stuur vast zit, naar voren draaien. Draai de hendel 1 slag naar voren en je stadslicht staat aan. Draai de hendel 2 slagen naar voren en je dimlicht staat aan.
Op momenten dat verlichting verplicht is, is het niet toegestaan om uitsluitend stadslicht te voeren. In die gevallen moet dimlicht ook ingeschakeld zijn, of als het mistig is de mistlampen aan de voorzijde van de auto. Als je 's nachts rijdt buiten de bebouwde kom is stadslicht verplicht.
Wat is stadslicht en dimlicht? Dimlicht is een groot licht, maar het is gedimd en hindert daarom niemand. Met dimlicht wordt er standaard in het donker gereden in het verkeer. Terwijl stadslicht in bepaalde gevallen gebruikt mag worden zoals parkeren op de openbare weg in het donker.
Om te achterhalen hoeveel licht een lamp geeft, wordt er gebruikgemaakt van termen als lux, lumen en kelvin. Fel daglicht is vastgesteld op 15.000 lux terwijl een bewolkte dag ongeveer 1.000 lux oplevert. Volgens experts is 700 lux al voldoende om goed bij te kunnen lezen.
Mistlampen voor zijn niet verplicht, maar zeker wel nuttig. Het gebruik van mistlichten is toegestaan als door mist, sneeuw of regenval het zicht ernstig belemmerd is (in Nederland: minder dan 200 meter zicht). Mistlampen mogen de dimlichten of de grootlichten vervangen, of gelijktijdig met deze lichten branden.
Over het algemeen geldt dat zo'n 300 à 400 lumen per vierkante meter voldoende is voor sfeervol licht, bijvoorbeeld bij de eettafel of in de slaapkamer. Voor meer functionele verlichting, bijvoorbeeld in de keuken of werkkamer, heb je zo'n 500 à 800 lumen per m² nodig.
Dimlicht is de verlichting die u standaard moet voeren wanneer het donker is. Als het zicht belemmerd wordt door mist, hagel, regen of sneeuw, wordt dit ook overdag van u verwacht. Bij ingeschakeld dimlicht branden zowel de koplampen, de achterlichten als de kentekenplaatverlichting.
Formeel zegt de APK regelgeving over Verplichte lichten en retroreflectoren het volgende: ''één zijrichtingaanwijzer aan elke zijkant van het voertuig is verplicht indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen.
Als je dimlicht werkt, dan brandt er een groen lampje op je dashboard. Dit lampje herken je door het symbool van een koplamp met schuine streepjes ervoor. Je bent verplicht om dimlicht te voeren wanneer het donker is, maar ook als het regent, sneeuwt, hagelt of wanneer het mistig is.
Bij toegestane verlichting echter wel en spreekt het voor zich dat beiden dan ook moeten branden. Maar met de werkende lamp uitgeschakeld zou de APK geen probleem hoeven zijn omdat deze lampen niet onder de noemer vallen van verplichte verlichting binnen het APK reglement.
Bij veel auto's branden de achterlichten niet in combinatie met dagrijlichten. Dat komt de zichtbaarheid van deze weggebruikers bij slechte weersomstandigheden niet ten goede. “ “En dagrijverlichting is in die omstandigheden gewoonweg niet de juiste verlichting”, benadrukt De Jong.
Sta je binnen de bebouwde kom geparkeerd, hoef je geen verlichting te voeren. Sta je buiten de bebouwde kom, dan moet je stadslicht en achterlicht voeren als je geparkeerd staat op: De rijbaan. Langs auto(snel)weg gelegen parkeerstroken, parkeerhavens, vluchtstroken en vluchthavens.
Day running lights (DRL)
Auto's die na januari 2011 zijn geproduceerd moeten verplicht uitgerust zijn met dagrijverlichting (DRL). Dagrijlichten maken de auto overdag beter zichtbaar en dat is prettig voor mede weggebruikers. Dagrijverlichting staat aan zodra de motor van de auto loopt.
Bij het parkeren - stadslicht
Stadslicht zorgt dat een geparkeerde auto zichtbaar is. De achterlichten, de kentekenplaatverlichting en twee kleine lampjes branden dan. Als u 's nachts of bij slecht zicht parkeert buiten de bebouwde kom of op de rijbaan, zijn deze lichten verplicht.
Je mag mistlampen gebruiken als het zicht ernstig belemmerd is door bijvoorbeeld mist, regenval of sneeuw. In Nederland geldt dit wanneer je minder dan 200 meter zicht hebt. Dimlichten of grootlichten mogen vervangen worden door mistlampen, of tegelijkertijd met deze lampen branden.