Het juiste formaat voor je foto's hangt af van de beeldverhouding - de verhouding tussen de lengte en breedte van je foto. Alle foto's worden afgedrukt op een lange rol fotopapier. Daardoor blijft de hoogte van de foto altijd hetzelfde, maar kan de breedte variëren.
16:9 is de nieuwe standaard en je zult die dan ook steeds vaker aantreffen. Maar wanneer er een 4:3-beamer beschikbaar is, is het toch verstandig om die verhouding aan te houden. Wanneer je twijfelt, of wanneer je je presentatie op meerdere plekken gaat gebruiken, is 4:3 waarschijnlijk ook de veilige keuze.
Een foto op een site hoeft eigenlijk nooit groter te zijn dan 500 kB. Maar verreweg de meeste foto's op websites zullen tussen de 20 en 200 kB zijn. Headerfoto's met een breedte van 1920 pixels kunnen tussen de 150 en 400 kB van een prima kwaliteit zijn.
Leer dan hoe je de aspect ratio helemaal naar je hand kunt zetten. Aspect ratio is de verhouding tussen de lange zijde en de korte zijde van een beeld. Veelgebruikte aspect ratio's, beeldverhoudingen, zijn 2:3, 3:4, 16:9 en natuurlijk 1:1. De meest gangbare aspect ratio voor DSLR-camera's is 2:3.
Wanneer je foto een resolutie van 30 pixels per centimeter heeft, dan weet je zeker dat je foto een voldoende kwaliteit heeft. Wanneer je foto 60 pixels per centimeter heeft dan is er zelfs sprake van uitstekende kwaliteit, in andere woorden: high definition quality!
4:3 staat voor de beeldverhouding. Voor elke 3 centimeter verticaal zijn er 4 horizontaal. Deze beeldverhouding is de ouderwetse, bijna vierkante verhouding, de voorganger van de breedbeeld tv.
Open je afbeelding > ga naar 'Eigenschappen' vai het menu links > kies je voor 'Resize beeld' > vergroot het aantal pixels > beoordeel de kwaliteit > sla het bestand op > kies hierbij voor 'jpg' met de hoogste kwaliteit. Succes!
Jpg kan miljoenen kleuren laten zien en maakt gebruik van 16-bit data. Het is het standaard formaat van de meeste digitale camera's.
De grootte van een afbeelding kun je controleren op je pc, door met je rechtermuisknop op de afbeelding te klikken en te kiezen voor de optie Eigenschappen. Achter Grootte kun je zien hoeveel kB je afbeelding is.
Een traditioneel televisiebeeld heeft een beeldverhouding van 4:3 (4 eenheden in breedte, 3 eenheden in hoogte). Breedbeeldtelevisietoestellen hebben een beeldverhouding van 16:9 (16 eenheden in breedte, 9 eenheden in hoogte).
Met beeldformaat 9:16 wordt een verticale video bedoeld, waarbij 9 centimeters in de breedte in verhouding gelijk staan aan 16 hoogtecentimeters. 18:32 en 36:64 zijn ook volgens het 9:16 formaat.
Juiste resoluties
Bij het afdrukken van foto's raden wij aan om minimaal een DPI te gebruiken van 250. De kwaliteit van het drukwerk wordt nog mooier bij een DPI van 300. Een DPI boven de 300 maakt vaak geen verschil, omdat dit niet met het blote oog waar te nemen is.
Een opgeslagen JPG-foto neemt vaak 1 tot 5 Mb in beslag, waar eenzelfde RAW-foto wel 10 tot 40 Mb geheugen kan kosten. Hierdoor is het geheugenkaartje van je camera sneller vol.
JPEG en JPG zijn hetzelfde
Een JPG comprimeert een afbeelding: er worden pixels samengevoegd of vervaagd. Het comprimeren van een afbeelding valt niet altijd op, maar maakt de afbeelding in KB's een stuk kleiner! Het probleem op computers (PC's) waren de bestandsextensies.
Een PNG bestand wordt net als een JPG bestand gecomprimeerd. Echter heeft een PNG bestand geen beeldkwaliteit verlies, wat betekent dat hij niet zo ver comprimeert als een JPG bestand. In dit geval kan je dus beter voor een JPG bestand kiezen.
Het verschil tussen JPG en PNG is als volgt: JPG is geschikt voor afbeeldingen met veel kleine details of kleuren, zoals foto's van je camera; JPG slaat deze details compacter op, zodat je bestand niet enorm zwaar wordt. PNG is geschikt voor logo's, iconen, afbeeldingen met teksten en tekeningen.
Voor een optimale fotoafdruk gaan we uit van 300 pixels/inch. Maar wij rekenen in Nederland in centimeters en niet in inches. 1 inch is 2,54 cm. Daarom gebruiken we (300/2,54)=118 pixels/centimeter als uitgangswaarde voor een optimale afdruk.
Als een camera meer megapixels heeft, krijgen de foto's een hogere resolutie. Dat betekent niets meer dan dat het beeld bestaat uit meer losse pixels. Meer megapixels betekent dus een hogere kwaliteit voor je foto's, omdat er meer informatie in beeld wordt geperst.
Wat is een hoge resolutie afbeelding? Een hoge resolutie afbeelding is alles wat een hoge resolutie heeft van 300 dpi met grotere pixelafmetingen, bijvoorbeeld 5000 x 4000 pixels. Heeft u een afbeelding van 640 x 40 bij 72 dpi, dan hebt u zeker een te kleine afbeelding!
Voor de standaard beeldverhouding van 16:9 codeer je je video in de volgende resoluties: 7680p (8K): 7680 x 4320. 2160p (4K): 3840 x 2160. 1440p: 2560 x 1440.
De meest voorkomende beeldverhoudingen bij beamers zijn 4:3 (normaal of smal-beeld) en 16:9 (breedbeeld). Zoals u op deze afbeeldingen kunt zien, hebben deze beeldverhoudingen verschillende resoluties. De resolutie van een beamer met de beeldverhouding 4:3 varieert bijvoorbeeld van 320 × 240 tot 2048 × 1536 pixels.
Schaalverhouding 1:1, de feitelijke verhouding tussen het originele object en de afbeelding ervan of het model. 1:1-lijn, een lijn in het Cartesisch coördinatenstelsel. 1:1-beeldverhouding, een vierkant formaat. 1:1 (film), Deense dramafilm uit 2006.
Hoe meer pixels je monitor heeft, hoe groter je schermruimte is. Werk je met meer programma's tegelijkertijd, dan raden wij een monitor met 95 tot 110 ppi aan. Let er wel op dat je ppi niet te hoog is. Een ppi boven de 140 verkleint tekst en iconen zodanig, dat deze niet meer goed zichtbaar zijn.