Heel wat legsels gaan verloren door predatie van eksters en kraaien. De volwassen vogels vallen vaak ten prooi aan sperwer en havik.
Gaaien eten vooral insecten, aangevuld met eieren en jongen van zangvogels. 's Winters eten gaaien vooral eikels, maar ook beukennootjes, granen (mais), fruit en ander eetbaars. In het najaar hamsteren gaaien de eikels en verstoppen die in de grond.
De Wet natuurbescherming beschermt de gaai. Verstoren, verjagen en doden is dus verboden. Het is wel toegestaan de vogels 'passief' te verjagen, dat wil zeggen weren om te voorkomen dat de gaai in de buurt komt. Denk aan het plaatsen van netten om fruitbomen af te schermen.
De bekendste is natuurlijk de Vlaamse gaai (Garrulus glandarius), die je officieel gewoon gaai mag noemen. Deze soort zie je het vaakst in Nederland en is dus niet per se zeldzaam. Het is wél een bijzondere verschijning.
Wist je, dat een jonge vlaamse gaai makkelijk tam te maken is en zelfs wat woordjes kan leren spreken? In vele tuinen is deze bijzondere vogel met zijn prachtig gekleurde vederdos steeds meer te zien. De vlaamse gaai is een intelligente vogel die zich voedt met insecten, eieren, jonge vogeltjes en nootjes.
De Vlaamse gaai (Garrulus glandarius) is een veelvoorkomende maar bijzondere verschijning. Het luide geschreeuw in de bossen verraadt zijn aanwezigheid. Niet voor niets wordt de kraaiachtige vogel ook wel een schreeuwekster genoemd.
De gaai voedt zich in het voorjaar en de zomer vooral met insecten, kevers, rupsen en menselijke voedselrestjes. Ook kleine of jonge zangvogels en eieren behoren tot het dieet. In de herfst schakelt hij over op vruchten (bramen, kersen, frambozen, lijsterbessen) en noten (beukennootjes en hazelnoten).
Veel vogels trekken in het najaar naar andere gebieden om daar te overwinteren. De Vlaamse gaai blijft echter in Nederland. Vanuit het oosten of noorden zijn er wel Vlaamse gaaien die naar ons land komen en hier blijven totdat de lente begint.
Toch gedraagt een groot aandeel van de Gaaien zich anders: ze vliegen zeer gericht en hoog over, in één lijn, meestal naar zuid en soms in groepen. Verschillende tientallen soms wel. En dat is niet normaal. Dat wijst erop dat er met die voedselvoorraden aan de hand is, want Gaaien zijn van nature geen echte trekvogels.
Vorig jaar werd ook vastgesteld dat pimpelmees en koolmees zich te goed doen aan de rup- sen. Naast pimpelmees en koolmees is ook van andere holenbroeders bekend dat ze eikenprocessierupsen eten zoals spreeuw, zwarte mees, glanskop, mat- kop, boomklever, boomkruiper en grau- we vliegenvanger.
Beukennootjes vallen voornamelijk in de smaak bij vogels als keep en vink, maar ook boomklever en verschillende soorten mezen. Gaaien zijn dol op eikels: de Latijnse naam, Garrulus glandarius, is dan ook te vertalen als 'voortdurend krassende eikelzoeker'.
De Vlaamse Gaai is een boodschapper tussen hemel en aarde en stimuleert jou om in je eigen kracht te gaan staan. Door zijn blauw op de vleugels is het een luchtwezen en door het bruin op zijn lijf een aardewezen.
Ekster (Pica pica)
Een vogel kan dus niet zoals de mens, hond en kat vele dagen tot weken zonder eten. Dit geldt wat minder voor de hele grote vogels dan voor de kleine vogeltjes. Een dag niet eten en drinken betekent voor een klein vogeltje al vaak dat ze flink verzwakt zijn.
Niet alleen de jongen van vogels hebben een eigen naam, ook vrouwtjes en mannetjes hebben eigen benamingen: Baby vogel: Kuiken. Mannetjes vogels: Man.
Merel, zanglijster, koperwiek, kramsvogel en spreeuw
Voedsel: gewelde krenten en rozijnen, fruit, schillen en klokhuizen, alle soorten bessen, wat broodkruimels, Premium voedertafelmix. Voerplaats: een sneeuwvrije plaats op de grond met beschutting vlakbij.
In broedtijd vooral insecten en hun larven (rupsen), spinnen en andere geleedpotigen. In de winter ook veel zaden (onder meer berk, lariks, haagbeuk Spaanse aak) en pinda's; zijn dan ook veel te vinden op voedertafels. 's Winters ook in riet, op zoek naar insecten die uit de rietstengels worden gehakt.
Houdt de jonge vogel warm en op een rustige, donkere plaats totdat het wordt opgehaald. Zet de jonge vogel in een klein doosje, leg onder in het doosje tissuepapier en leg een handdoek over de bovenkant. Laat de vogel zoveel mogelijk met rust en kijk niet steeds onder de doek hoe het met hem gaat.
Vooral kleine zoogdieren, zoals woelmuizen (in Nederland veel veldmuis, rosse woelmuis) en jonge konijnen. Ook regenwormen, kevers, amfibieën, jonge vogels en aas. Over het algemeen geen snelle jager, maar kan soms vogels en volwassen konijnen pakken. Jaagt vooral vanaf zitplaats laag boven de grond.
Haften leven het kortst van alle volwassen dieren. Ze worden daarom ook wel eendagsvlieg genoemd. Na een bestaan van 2 jaar als nimf in het water veranderen ze in vliegende volwassen insecten, paren en sterven.
Het langstlevende dier op aarde is nog altijd de Noordkromp, een weekdier dat meer dan 500 jaar oud kan worden. Het langstlevende gewervelde landdier is de Galapagos reuzenschildpad (één van deze schildpadden wist een leeftijd van 177 jaar te bereiken).
Verrassingsaanval Mezen hebben heel wat vijanden: roofvogels zoals valken en uilen en roofdieren zoals marters en katten en zelfs slan- gen.