Als aas voor het witvissen kan je van alles gebruiken. Meest voorkomende aas soorten zijn brood, maden, casters, wormen, mais, pellets en kleine boillies. Aas is het belangrijkste onderdeel van het vissen. Goed aas is het halve werk.
Een van het beste aas dat je zo in de supermarkt kunt kopen is kaas. Zeer geschikt voor karper en basem, blankvoorn en zelfs barbeel. Ook kaas kun je eenvoudig zelf in verschillende vormen snijden, maar een simpel blokje werkt vaak prima.
Het beste allround aas waarmee je alle vissoorten kunt vangen zijn grote witte maden. Hoe gretiger de vis, hoe meer maden je aan het kontje op de haak prikt.
Maïs. Bij maïs wordt vaak gedacht aan karpervissen, maar ook voor de witvis heeft maïs een grote aantrekkingskracht vooral bij de grotere brasems. Maïs kan je kant-en-klaar kopen in de plaatselijke supermarkt en voor speciale varianten kun je terecht bij de hengelsportzaak.
De diepte van je dobber hangt af van de diepte van het water. In de meeste gevallen is het verstandig om 20 tot 30 centimeter boven de bodem te vissen. Als het een warme zomerdag is, en je de voorns vaak ziet zwemmen, is het verstandig om wat hoger in het water te vissen.
Aan het eind van de dag zal het water echter warm zijn van de zon die er uren op geschenen heeft en zullen de vissen geneigd zijn om meer dan normaal te eten omdat er in de winter te weinig voedsel voor ze is. De schemering is daarom een uitstekend tijdstip om te gaan vissen.
Meng wat brood, beschuitmeel, gemalen hennep en koekjesmeel. Laat dit vervolgens inweken in wat water. Vervolgens kun je het gebruiken als lokvoer of als aas. Natuurlijk kun je ook andere ingrediënten gebruiken of de genoemde ingrediënten combineren met andere om een geschikt lokvoer te maken.
De meeste witvissen eten ongewervelden, maar sommige soorten, met name rietvoorn, gebruiken ook wel plantaardig voedsel. Oudere witvissen eten vaak ook kleine visjes. De oudere roofblei is de enige soort die gespecialiseerd is in vis als prooi.
De brasem heeft een voorkeur voor wat dieper water, maar is zeker in het voorjaar ook in ondiep water te vangen. De brasem leeft van insecten, insectenlarven, mosseltjes en wormen. Eigenlijk is hij een alleseter en ook gewoon brood in een pluim gedraaid kan hele goede resultaten opleveren!
Goed voor brasem, baars en paling. Kaas Is een goed vangend aas, zeker voor barbelen, kopvoorns en karpers, maar ook voor andere vissen die in dit aas een lekkere hap zien. Dat getuigen de talrijke bijvangsten. Mijn favoriete kaas is het Babybel-mini kaasje.
De vis leeft vooral in meren met veel planten, maar ook wel in stromend water en zelfs in brak water. Hij leeft in scholen en eet slakken, tweekleppigen, kreeftachtigen, insectenlarven en plantaardig voedsel.
Bij het vissen op witvis kun je voor het vangen van meer vis beter klein beginnen, bijvoorbeeld met een haakje maat 20 of 22. Wanneer het vangen goed gaat of als je merkt dat je door een klein haakje vis verspeelt, kun je langzaam grotere haakjes maat 18 proberen.
Meestal start je bij het vissen op voorn om en nabij of juist op de bodem. In de wintermaanden is juist tegen de bodem waarbij het aas hier geregeld tegenaan tikt ook meestal de aangewezen diepte. In de zomer gebeurt het echter vaker dat ik enkele cm tot 10cm boven de bodem start.
Omdat de vis in de winter passiever is heb je helemaal niet veel lokaas en aas nodig. Enkele kleine balletjes en constant wat naar beneden zinkend aas zoals hennep en casters zijn vaak al voldoende. Als de eerste voorns zich kort na het voeren melden dan weet je dat je goed zit!
Klassiek aas voor het feedervissen zijn bijvoorbeeld maden, casters, mestpieren en mais. Tot de “moderne” aassoorten behoren miniboilies en pellets. Lokvoer voor de feedervisserij is kant en klaar toe koop.
Rijst met vis en groente is natuurlijk de meest gezonde combinatie ... maar ook gewoon een hele lekkere! De smaak van vis past namelijk heel goed bij groene groenten als broccoli, sperziebonen of spinazie.
Uitpeilen doe je altijd op exact dezelfde plek, waar je ook vist. Vis je bijvoorbeeld op 9 meter uit de kant, dan wordt deze diepte en plaats gepeild. Het beste is om met een korte opslag te vissen, d.w.z. de lengte van het snoer is de waterdiepte plus maximaal één meter van de hengeltop tot dobber.
Brasems zwemmen bijna overal in Europa, met uitzondering van Spanje en Portugal. De vis voedt zich met name met dierlijk planton, wormpjes, insectenlarven en kleine kreeftachtigen. Behalve de kleinere exemplaren is de vis gemakkelijk te onderscheiden van andere soorten.
Maïs is de meest klassieke partikel voor het vissen op karper en grotere witvis. Maïs is gigantisch zoet en zit hierdoor bomvol koolhydraten. Dit lichtverteerbare zoete aas kun je het gehele jaar prima mee uit de voeten. Maïs is verkrijgbaar in verschillende soorten en maten.
Als het voer niet meer aan je hand blijft plakken geeft het aan dat alle delen goed aan elkaar gemengd zijn en dat de ideale samenstelling is bereikt. Kortom zeven zorgt ervoor dat je voer precies zo wordt zoals de bedenkers het voor ogen hadden. Tip: Mocht je eventuele liquids toe willen voegen aan je voer.
Van 1 april tot aan de laatste zaterdag van mei mag je niet met kunstaas, een stukje vis of met een dode vis vissen en moet je iedere snoek, snoekbaars of baars die je eventueel vangt, direct terugzetten (zowel gesloten tijd voor aassoorten als voor de vissoorten snoek, snoekbaars en baars).
Dit is een giftige stof die nauwelijks afbreekt, het spierweefsel van vissen blijvend rood kleurt en o.a. bekend staat als kankerverwekkend. Gezien het risico voor mens, dier en milieu, dient het gebruik van gekleurde maden direct te worden verboden.
vissen in en bij een aangewezen stuw of in of bij een aangewezen vispassage € 150,- vistuig voorhanden terwijl vistuig op dat moment verboden is € 100,- 1 of 2 hengels voorhanden zonder toestemming € 100,- meer dan 2 hengels voorhanden zonder toestemming € 100,-