De meest voorkomende Spaanse mannelijke voornamen zijn: Juan, Jorge, Pablo, Alejandro, Alvaro, Hugo. De meest voorkomende vrouwelijke Spaanse voornamen zijn: Lucia, Maria, Paula, Daniela, Sara, Julia.
Onze grootvaders heetten Francisco, Antonio, José of Manuel en onze grootmoeders María, Ana, Carmen of Dolores. Volgens het 'Instituto Nacional de Estadística' zijn Lucía, María, Paula, Daniela en Sara in 2012 de meest gebruikte namen voor meisjes en Daniel, Hugo, Alejandro, Pablo en Álvaro voor jongens.
Naast Lucia zijn andere meisjesnamen die populair zijn in Spanje Sofia, Martina, Maria en Julia . Naast Hugo zijn andere veelvoorkomende jongensnamen in Spanje Mateo, Martin, Leo en Lucas.
Jongens. Wat betreft de jongensnamen staan in de top 15 de meest gehoorde namen op straat zoals Martin (3.224 kinderen); Mateo (3.123); Hugo (3.074); Leo (2.752); Lucas (2.537); Mauel (2.491); Alejandro (2.281); Pablo (2.238); Daniel (2.237); Alvaro (1.938) en Enzo (1.838).
Het is een Italiaanse variant van de naam Lucas, die wereldwijd bekend is. Luca heeft zijn populariteit te danken aan zijn melodieuze klank en de rijke culturele geschiedenis die het met zich meedraagt, vooral in Europese landen zoals Italië, Spanje en Hongarije.
De achternamen van Spanjaarden zijn vaak van indrukwekkende lengte. Dat komt omdat iedereen bij geboorte de achternaam van zowel de vader als de moeder krijgt. De eerste achternaam is de naam van de vader, de tweede van de moeder. In principe hebben kinderen dus nooit exact dezelfde achternaam als de ouders.
Mensen kennen vaak vier van hun familienamen, omdat elke Spaanse ouder twee achternamen heeft. Het was ooit een historisch erezaak om meerdere generaties namen te kunnen traceren om iemands etnische zuiverheid te bewijzen.
Het Spaanse Laurana is afgeleid van de jongensnaam Laurentius. Dit betekent 'de gelauwerde' of 'uit Laurentum', een plaats in Italië. Er zijn veel populaire versies van Laurentius. Voorbeelden hiervan zijn Laura, Lara, Larissa, Laurens, Lars en Lorenzo.
Veel nieuwe namen werden populair, vooral in de jaren 80, toen Javier, Sergio, Carlos en Rubén tot de top tien behoorden. Voor het eerst sinds vóór 1920 behoorde José niet tot de tien favoriete namen. Hetzelfde gebeurde met meisjesnamen. In de jaren 70 behoorden Raquel, Sonia, Susana en Yolanda tot de tien favorieten.
Van oorsprong is de naam Hispania dus Oud-Grieks en niet Latijn, de taal van Romeinen. Sommige deskundigen denken echter dat de naam Hispania oorspronkelijk uit Fenicië (het huidige Syrië en Libanon) komt. Daar noemden ze Spanje echter Ispanya.
Zo staan Sofia, Giulia (Julia), Emma, Anna en Sara in beide landen in de top 20.
Spanje telt 2.664.961 mannen die José heten wat betekent dat van elke 1.000 mannen er 117 José als naam hebben, ofwel alleen of in combinatie. De tweede meest voorkomende voornaam bij de mannen is Antonio met 1.395.768 gevolgd door Juan met 1.291.253, Manuel met 1.254.025 en Francisco met 1.124.785.
De twee achternamen verwijzen naar elk van de ouderlijke families . Traditioneel is de eerste achternaam van een persoon de eerste achternaam van de vader (apellido paterno), terwijl hun tweede achternaam de eerste achternaam van de moeder is (apellido materno).
Nederland (zn): Países Bajos.
In Spanje is het gebruikelijk dat veel achternamen eindigen op "ez", zoals Rodriguez, Martinez en Hernandez. Dit suffix vindt zijn oorsprong in het Latijnse suffix "-icius" of "-itius", dat werd gebruikt om een "zoon van" of "afstammeling van" aan te duiden . In de loop van de tijd evolueerde het suffix naar de "ez"-uitgang die we vandaag de dag in veel van onze achternamen zien.
De meest voorkomende achternaam is Garcia waarvan Spanje er inmiddels 1.464.633 telt met ver daaronder Gonzalez en Rodriguez, beiden met 925.137 personen en Fernandez met 914.028 personen. Dit is de top 10 van Spanje (met bijna alle achternamen eindigen op ez): Garcia. Rodriguez.
NL: Mijn nicht, Filipa. ES: Mi sobrina, Filipa.
Luna is een meisjesnaam die afkomstig is uit het Latijn. Het betekent 'maan'. Het was ook de naam van de Romeinse maangodin.
De naam Lío heeft zijn oorsprong in het Spaans, waar het is afgeleid van het woord 'león,' wat leeuw betekent. Daarnaast heeft de naam ook wortels in het Latijn, waar 'leo' eveneens leeuw betekent.
Allereerst betekent Luka 'licht,' wat symbool staat voor helderheid en positiviteit. Daarnaast kan de naam ook 'brenger van licht' betekenen, wat een gevoel van hoop en inspiratie oproept. Ten slotte wordt Luka vaak geassocieerd met 'stralend,' wat een beeld van levendigheid en energie oproept.