Dit kunnen gedachten zijn waar je niet blij mee bent.Ze zijn negatief over jou of anderen, pessimistisch of zelfs angstaanjagend. Negatieve gedachten blijken vaak irreëel te zijn, je trekt dan ten onrechte een negatieve conclusie.
Wanneer je last hebt van irreële angst, ben je niet echt bang in de zin dat je daadwerkelijk in gevaar bent.Maar je beleeft wél de sensaties en gedachten van angst. En deze zijn het product van een overactief deel van je zenuwstelsel.
Irrationele angst
Indien je angst irrationeel is (er dreigt geen werkelijke fysieke dreiging, maar je vindt iets dat je wilt doen zo eng of spannend dat het je niet meer lukt optimaal te presteren), kun je proberen het angstgevoel beheersbaar te maken.
Boodschapperstoffen (neurotransmitters) spelen een grote rol in het angstcircuit in de hersenen. Het gaat vooral om de stoffen serotonine, dopamine en noradrenaline. Bij mensen met een angststoornis werken deze boodschapperstoffen niet goed. Dan is de verwerking van angstsignalen uit balans.
hartkloppingen, zweten, koude rillingen, duizeligheid, beven. benauwdheid, een vervelend gevoel in de borst. tintelingen of een doof gevoel in handen en/of voeten. droge mond, misselijkheid, maagpijn, braken of diarree.
Angst is een emotie die je helpt te reageren op gevaar. Het lichaam raakt in opperste staat van paraatheid waardoor het hart sneller gaat kloppen, de ademhaling versnelt, de bloeddruk omhoog gaat en de spieren zich aanspannen.
Bij angst gaat een signaal van de hypofyse naar de bijnieren waar stresshormonen als adrenaline en cortisol aangemaakt worden. Bij de groep mensen die verstart en vlucht wordt er meer cortisol aangemaakt.
Een ongezond leven, met slechte eetgewoonten en weinig beweging, kan hier tevens aan ten grondslag liggen. Verder kan het gebruik van middelen, zoals alcohol of drugs, van invloed zijn. Op specifieker niveau ontstaan angst- en paniekklachten door een trigger: een gebeurtenis of situatie die de klachten in gang zet.
Angst zorgt ervoor dat we die emoties uit de weg gaan die ons pijn kunnen doen. Het niet weten, kunnen, durven, willen voelen of toelaten van deze emoties is de oorzaak van veel gedoe en problemen (lees: angst, onrust en stress) in je leven.
Vaak zijn het irrationele gedachten waar je door ervaringen in je leven of door uitspraken van anderen in bent gaan geloven. Je hebt ze bijvoorbeeld meegekregen vanuit je opvoeding. Of je hebt ooit in je jeugd, op school of op het werk dingen meegemaakt die je deze overtuiging hebben opgeleverd.
Irrationaliteit is besluit- en ideevorming die niet op logische redeneringen is gebaseerd. Hierbij vindt ideevorming en handelen niet plaats op basis van feiten en kennis, maar meestal op basis van gevoelens, meningen of ervaringen. Irrationaliteit wordt dan ook vaak gezien als een gebrek aan objectiviteit.
Rationeel denken wil zeggen dat je gebruik maakt van de rede en logica, het menselijk denkvermogen. Je baseert je op feiten en betrouwbare kennis uit de wetenschap. Je hebt inzicht in oorzaak en gevolg. Je kunt hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheiden.
Hij/zij vraagt u te bedenken waardoor bij u de angst is ontstaan.U krijgt adviezen over wat u zelf kunt doen om de angst te verminderen. Bijvoorbeeld actief blijven en als dat kan blijven werken. Uw behandelaar leert u hoe u zo goed mogelijk met uw klachten kunt leven.
Van alle fobieën komt de angst voor spinnen het meest voor. De helft van de Nederlandse vrouwen en 10% van de mannen lijdt aan spinnenangst.
Trypofobie – angst voor gaten
Trypofobie is best een beetje een rare fobie, maar toch zijn er veel mensen die deze angst voor kleine gaten herkennen. Dat maakte wetenschappers nieuwsgierig, want waar komt deze opmerkelijke fobie vandaan?
Bij een paniekaanval heb je opeens allerlei lichamelijke klachten. Je hart klopt snel, je ademt sneller, je hebt het gevoel dat je geen lucht krijgt. Je kunt trillen en zweten. Door wat je merkt in je lichaam, raak je in paniek.
Ga eens voor jezelf na waar je angstgevoelens mee te maken hebben. Kloppen de angstige gedachten die je in je hoofd hebt echt, of kun je er ook anders tegenaan kijken? Door jezelf bewust te worden van deze gedachten, lukt het vaak al om ze (voor een deel) te relativeren. Hierdoor zal de angst afnemen.
Hartkloppingen, zweten, trillen, duizeligheid en ademhalingsproblemen (hyperventilatie) zijn lichamelijke gevoelens die veel voorkomen bij een paniekaanval. Alles lijkt onwerkelijk. Je denkt daardoor dat er iets ergs zal gebeuren, dat je gek wordt, dat je flauwvalt of dat je een hartaanval krijgt.
Niet geuite boosheid blijkt zich regelmatig vast te zetten in de rechterkant van je nek en kaak, en in je rechterschouder. Verdriet is een emotie die meer bij de yin kwaliteiten past; verdriet is meer naar binnen gericht, je hebt eerder de behoefte om je terug te trekken als je verdrietig bent, ook zoek je vaak steun.
Een overzicht van de tijdstippen waarop elk orgaan actief is: Longen: 3:00 - 5:00 uur. Dikke darm: 5:00 - 7:00 uur. Maag: 7:00 - 9:00 uur.
De emoties
Omdat de lever een opslagorgaan is worden hier ook onverwerkte emoties “bewaard”. De emotie die de rechtstreeks impact heeft op de lever is boosheid, samen met woede en frustratie. Intense boosheid werkt stagnerend op de energiestroom van de lever. Een extreme woedeaanval kan zelfs braken opwekken.
Recent onderzoek laat zien dat de helft van de mensen met een angststoornis binnen 7,5 maanden herstelt. 39% van de mensen is in een jaar nog niet hersteld en 30% is binnen 3 jaar nog steeds niet hersteld. Hierdoor weten we dat het herstel van een angststoornis langer duurt dan van een depressie.
Tijdens een angst- of paniekaanval zijn de lichamelijke klachten die het meest voorkomen: Hartkloppingen. Pijn of een beklemd gevoel op de borst (sommige mensen denken dat ze een hartaanval krijgen)