Tonijnen, haaien en schildpadden zijn de belangrijkste vijanden van de kwal. Als er teveel gevist wordt in de zee, dan kunnen er wel eens plots veel te veel kwallen zijn. Dan kan je in die zee echt niet meer gaan zwemmen.
De vijanden van kwallen zijn: tonijnen, zwaardvissen, haaien pinguïns en schilpadden, maar ook mensen. In China kan je het op de markt kopen en schijnt het een lekkernij te zijn wat ze rauw of gekookt eten .
Kleine visjes kunnen schuilen tussen de tentakels van een kwal en zo overleven. Verder is de kwal een delicatesse voor schildpadden en sommige vissen en eet-ie zelf weer kreeftjes, waardoor de populatie goed blijft. Wist je trouwens dat een kwal nog kan steken als-ie dood is?
Als het oostenwind (aflandige wind) is, wind van land naar de zee, ontstaat er een onderstroom. De bovenste laag van het water wordt dan door de wind van het land af geduwd, terwijl de onderstroom naar het land toe gaat. In die onderstroom bevinden zich de kwallen, met als gevolg dat ze aanspoelen op het strand.
De tentakels van kwallen hebben giftige netelcellen. Wanneer je gestoken wordt, spuit de kwal gif in je bloedbaan. Hierdoor kan je jeuk en pijn voelen. Wanneer je uit het water stapt, drogen de netelcellen uit.
Ze hebben geen brein en bestaan vrijwel geheel uit water – en toch beschikken ze over heel wat superkrachten.
Kwal – Oneindig
Ze maken cycli van oud naar weer jong, dit kan oneindig door gaan.
Het eeuwige leven
Toch kan de Turritopsis nutricula wel degelijk sterven: de regeneratie werkt namelijk alleen bij volwassen exemplaren. Ziekte of hongerige roofdieren worden jonge kwallen wel fataal, maar er is geen ander dier bekend met deze hoge kans op biologische onsterfelijkheid.
Kwallen steken met brandharen, die vaak als tentakels onder de kwal langen of op zijn oppervlak zitten. Deze geven een reactie bij aanraking. Op de plaats waar deze brandharen de huid hebben geraakt, treedt een reactie op met roodheid, zwelling en soms blaarvorming. Er is vaak (veel) pijn, een branderig gevoel of jeuk.
De onderzoeker laat de imposante kwal op het strand liggen zodat andere mensen hem ook kunnen bewonderen. Wie dat wil, kan het dier gewoon oppakken. Deze kwal is ongevaarlijk, volgens Ecomare, het centrum voor wadden en Noordzee. De netelcellen zijn te zwak om door de menselijke huid te dringen.
De irukandji is een kleine, glasheldere kwal. Hij wordt maar een paar centimeter lang en leeft in de tropische wateren rond de noordkust van Australië. Dit kwalletje wordt in het algemeen gezien als het giftigste dier ter wereld en in tegenstelling tot andere kwallen heeft de irukandji ook netelcellen op het lichaam.
Om alvast één misverstand uit de wereld te verhelpen, kwallen bijten niet maar steken met hun tentakels. Dat wordt dan wel een kwallenbeet genoemd. De tentakels van kwallen bevatten netelcellen met gif. Tijdens een kwallenbeet wordt dit gif in de huid van de mens gespoten.
Kwallen kunnen steken omdat ze omdat ze speciale prik-cellen hebben. Die gebruiken ze normaal gesproken om hun eten mee te vangen. Kwallen eten heel kleine beestjes, zoals zeewatervlooien en minivisjes. Die verdoven ze met een stofje uit hun prik-cellen.
De gevaarlijkste kwallen zijn tropische soorten, waarvan de giftigste de Australische zeewesp (Chironex fleckerii) is, die dodelijk kan zijn voor de mens. Langsheen onze kustlijn komen geen soorten voor die dodelijk zijn voor de mens. Maar een contact met bepaalde Noordzeekwallen kan een onaangename ervaring zijn.
Kwallen hebben bovendien nauwelijks organen, ze hebben geen hart, geen bloedvaten en geen hersenen en ook geen botten, schelp of hoornpantser. Er zitten geen ogen in en geen oren aan en met hun rudimentaire spieren en zenuwen kunnen ze maar weinig doen.
Antwoord van de Bieb:Sea Life Scheveningen zegt het volgende:Niet langer dan een paar uur. Dit hangt ook van het weer af: als de zon schijnt gaat het verdrogen sneller. Eigenlijk is het ook niet echt ''overleven'', een kwal op het droge is langzaam aan het sterven.
Komt de kwal in contact met een vijand, dan schieten de netelcellen als een soort harpoen uit de tentakel. Het gif uit die cellen komt in je huid terecht, met jeuk en pijn tot gevolg. In Nederland is de kans dat je een (zeer) giftige kwal tegenkomt gelukkig niet heel groot.
Kwallen bijten niet
We noemen het dan wel een kwallenbeet, maar kwallen kunnen helemaal niet bijten. Ze steken. Officieel heet het dus een kwallensteek. De tentakels van een kwal bevatten netelcellen met gif.
Maar voor deze kwal gaat zelfs die zekerheid niet op: Turritopsis dohrnii kan volwassen worden en vervolgens weer jong worden en zijn levenscyclus letterlijk opnieuw beginnen. In theorie is de kwal dan ook onsterfelijk.
Daarom spoelen ze soms massaal hulpeloos aan. Meestal gebeurt dat met aflandige wind, in Nederland dus met oosten- of zuidenwind. De onderstroom voert de kwallen met zich mee en brengt ze naar het strand. Eenmaal aangespoeld gaan ze snel dood door uitdroging.
De meeste kwallen leven zo nog een tijdje voordat hun leven tot een einde komt. Dit geldt niet voor Turritopsis dohrnii. Dit diertje kan namelijk de taken van zijn cellen volledig veranderen om van zichzelf weer een poliep te maken. De kwal kan dan even niet meer zwemmen, maar hij wordt wel weer jonger.
De andere vijf procent bestaat uit cellen, een maag en mond. De meeste kwallen kunnen niet zwemmen en drijven mee met de stroming van de zee. Ze komen in alle oceanen en zeeën voor en er zijn zelfs een paar soorten die in zoet water leven.
Wetenschappers denken dat de kwal minstens 45 meter is. Daarmee is de kwal het langste dier op aarde. Buiskwallen bestaan uit meerdere deeltjes die in een soort lange slang met elkaar verbonden zijn.
De voortplanting van een kwal is vergelijkbaar met die van vissen. Het vrouwtje spuit haar eicellen de zee in, vervolgens doet het mannetje hetzelfde met zijn sperma. Nadat dat elkaar kruist klemt het bevruchte eitje zich aan een rots of op de bodem. Daar groeit een poliep uit, een soort plantje.