In het geschiedenisonderwijs spelen vaardigheden een belangrijke rol. Hierbij kan je denken aan vaardigheden als het bepalen van de betrouwbaarheid van bronnen, oorzaken en gevolgen herkennen, de representativiteit van een bron bepalen en continuïteit en verandering herkennen.
Representativiteit staat los van de bruikbaarheid van een bron (leerplandoel 12). Een bron die niet representatief is, kan toch heel bruikbaar zijn, bijvoorbeeld omdat ze een extra perspectief binnenbrengt om een historische vraag te beantwoorden. Representativiteit wordt meestal geassocieerd met geschreven bronnen.
Zij houden er rekening mee dat personen tijdgebonden zijn, dat wil zeggen dat mensen geen kennis hebben of kunnen hebben van latere gebeurtenissen (ondanks dat sommige gevolgen verwacht/voorspeld worden) en dat zij plaatsgebonden zijn, dat wil zeggen dat mensen slechts toegang hebben tot kennis en ervaringen die binnen ...
Het denken over verandering en continuïteit is een diffuus proces. Schijnbaar grote veranderingen op korte termijn kunnen bijvoorbeeld onderdeel uitmaken van een continue ontwikkeling op lange termijn. Verandering kan ook minder causaal en lineair zijn dan leerlingen vaak veronderstellen.
Als je de standplaatsgebondenheid van mensen hebt vastgesteld, helpt dat je om je in te kunnen leven. Doordat de standplaatsgebondenheid van alle mensen, ook van mensen die in dezelfde tijd leven, verschillend is, heb je altijd te maken met verschillende perspectieven of multiperspectiviteit.
'Er staat geen maker bij de bron, dus de bron is niet betrouwbaar' – Als de maker van de bron onbekend is, dan hoeft dat nog niet te zeggen dat de bron onbetrouwbaar is. Klopt de informatie van de bron met de informatie die bekend is over jouw onderwerp? Dan geeft de bron waarschijnlijk een betrouwbaar beeld.
Een betrouwbare bron is een bron die gegevens verstrekt die op waarheid berusten. Een blogartikel of Wikipedia kan bijvoorbeeld interessante informatie bevatten, desondanks wil dat niet zeggen dat de informatie die verstrekt wordt door deze bronnen ook daadwerkelijk juist is. Niet elke bron is dus betrouwbaar.
Om te bepalen of een bron dus bruikbaar is, kijk je naar de inhoud van de bron en je onderzoeksvraag. Hetzelfde geldt voor een toetsvraag. De vraagstelling bepaald of de bronnen bruikbaar zijn. De bruikbaarheid hangt ook af van het soort bron.
Historisch redeneren helpt leerlingen de dynamiek te begrijpen tussen verschillende tijdsperiodes en op die manier dieper inzicht te krijgen in de geschiedenis.
Structuurbegrippen gaan over oorzaak en gevolg, verandering en continuïteit. Structuur begrippen worden gebruikt bij het onderzoeken van historische gebeurtenissen. Leerlingen moeten een scherp beeld hebben bij de betekenis van zo'n dergelijk begrip.
Oude literatuur kan achterhaald zijn, daarom mag je geen bronnen ouder dan vijf jaar gebruiken. Dit is een manier waarop sommige opleidingen het zichzelf wel heel makkelijk maken. Alles wat nieuw is, is goed. Alles wat ouder is dan een bepaald jaar is slecht.
Er zijn verschillende soorten bronnen. De drie hoofdgroepen zijn: materiële voorwerpen (alle bronnen die niet geschreven of gesproken zijn), geschreven en gesproken bronnen. Afbeeldingen worden daarnaast nog weleens onder 'visuele bronnen' ingedeeld.
Het is belangrijk dat je de kwaliteit van bronnen kritisch beoordeelt. Hoe hoger de kwaliteit van de gebruikte bronnen, hoe steviger jouw eigen onderzoek staat. De kwaliteit van een bron kun je checken aan de hand van: achtergrond van de auteur: Is de auteur een autoriteit op het gebied waar de bron over gaat?
Onze site fungeert tevens als een soort (geredigeerd) forum en plaatst geregeld artikelen van externe auteurs, waaronder journalisten, historici en wetenschappers. Een politieke kleur heeft Historiek niet en streven wij ook niet na. Politiek gezien zijn wij namelijk kleurloos.
Als je de gebruikte bronnen beoordeelt op betrouwbaarheid, kijk je allereerst naar de bronnen die de auteur geraadpleegd heeft. Vervolgens kijk je op wie of wat de auteur zijn uitspraak gebaseerd heeft. Gebruikt de auteur bijvoorbeeld een onderzoek van een of andere professor? Dan is de tekst (redelijk) betrouwbaar.
Wetenschappelijke bronnen/ artikelen worden gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften. Voordat ze daar in komen te staan gaan collega-wetenschappers kijken of ze het een goed artikel vinden. Dit noem je peer review.
Literatuur heeft inhoudelijk meer diepgang, is in een betere stijl geschreven, heeft een goede bouw, geen voorspelbare personages en geen vaste rolpatronen. Lectuur is altijd hetzelfde geschreven volgens dezelfde opzet, de lezer weet wat hij kan verwachten.
Wikipedia wordt niet gemaakt door wetenschappers. Iedereen kan er aan bijdragen. Hierdoor verschilt de kwaliteit van de artikelen. Wikipedia doet aan kwaliteitscontrole, maar u moet voorzichtig zijn om het als wetenschappelijke bron te gebruiken.
Grijze literatuur
Publicaties die niet goed in bibliografieën zijn terug te vinden, zoals rapporten van meer of minder officiële instanties, werkdocumenten, 'interne' documenten, publicaties in incourante talen (zoals het Swahili), doctoraalscripties, populair-wetenschappelijk werk en krantenartikelen.
Standplaatsgebondenheid betekent dat ieders denken en handelen bepaald wordt door de positie die zij of hij inneemt ten opzichte van anderen en door zijn persoonlijke ervaringen.
Standplaatsgebondenheid of historische empathie is de invloed van de eigen standplaats of gezichtspunt bij de interpretatie van de geschiedenis.
1. Historische vraagstelling ontwikkelen
Evengoed roept historisch denken vragen op. Die vragen kunnen focussen op het “grote” of “kleine, dagdagelijkse” verleden, op kenmerken van maatschappelijke domeinen, op de relatie verleden-heden-toekomst of op de manier waarop kennis van het verleden tot stand komt.
Het stellen van historische vragen kan expliciet gebeuren door de titel van een les als een vraag te formuleren. Het kan ook impliciet door het lesonderwerp als een 'probleem' te beschrijven, en dit probleem geleidelijk aan 'op te lossen'.
Historisch werk: het product van historisch of ander (archeologisch, antropologisch, sociologisch …) onderzoek, een analyse en synthese die na de feiten en met behulp van bronnen en andere werken gemaakt is.