vergeetachtigheid; taalproblemen, bijvoorbeeld niet op woorden kunnen komen of de betekenis van woorden vergeten; gedragsverandering, bijvoorbeeld ongeduldiger worden, of woedeaanvallen; problemen met dagelijkse handelingen, zoals boodschappen doen of het bedienen van een computer.
Indeling fases van dementie
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.
De MMSE (Mini-mental state examination) is een vragenlijst die wordt gebruikt als er een vermoeden is dat iemand geheugenproblemen of dementie heeft. Uit de vragen komt een MMSE score die duidelijk maakt hoe het gaat met iemands geheugen, taalvermogen en concentratie (cognitieve vaardigheden).
Vergeetachtigheid, geheugenverlies en dementie zijn niet hetzelfde. Vergeetachtigheid is een onschuldig verschijnsel waarbij iemand zich tijdelijk iets niet kan herinneren.
Onderzoek door de huisarts
Het onderzoek van de huisarts begint met een aantal vragen om te zien hoe het geheugen ervoor staat. Als het nodig is, laat hij urine- en bloedonderzoek doen. Dit onderzoek kan een andere verklaring voor de klachten uitsluiten.
Galantamine, rivastigmine en donezepil worden gebruikt bij de behandeling van de ziekte van Alzheimer, Parkinson dementie en Lewy body dementie. Bij de ziekte van Alzheimer schrijven artsen deze medicijnen voor bij 'beginnende tot matig ernstige vorm van de ziekte van Alzheimer'.
Alzheimer is meestal makkelijker uit te sluiten door de alzheimereiwitten amyloid en tau te onderzoeken met een MRI- of PET-scan. Voor FTD zijn er nog geen testen die absolute zekerheid geven. Maar in combinatie met MRI en neuropsychologisch onderzoek is de diagnose met biomarkers makkelijker en sneller te stellen.
Leg contact met aandacht
Maak oogcontact. Let op uw mimiek, en probeer vriendelijk te kijken. Ook al begrijpt iemand met dementie niet helemaal wat er gebeurt, dan ziet hij in ieder geval een vriendelijk gezicht.
Nachtrust mensen met dementie verbeteren
Ze functioneren minder goed en het kan zorgen voor eiwitopstapeling en daardoor verdere achteruitgang. Mensen met dementie worden overdag vaak minder actief en vallen dan soms zelfs in slaap. Door die 'middagdutjes' zijn ze 's avonds niet moe genoeg om goed te kunnen slapen.
De ziekte van Alzheimer is meestal niet erfelijk. Door toeval kunnen meerdere mensen uit dezelfde familie de ziekte van Alzheimer krijgen. Heb je een vader, moeder, broer of zus die na het 65e levensjaar de ziekte van Alzheimer kreeg? Dan heb je een iets groter risico om zelf alzheimer te krijgen.
Verloop van de ziekte
In het begin van de ziekte van Alzheimer zijn de verschijnselen vaak niet duidelijk aanwezig. De verschijnselen worden duidelijker naarmate de dementie erger wordt. Sommige mensen met alzheimer gaan snel achteruit. Anderen hebben nog lang een redelijk gewoon leven.
Stress en dementie
Stress verhoogt de productie van stresshormonen, beschadigt de hippocampus, beïnvloedt leer- en geheugenprocessen en verlaagt de afweer. Al deze factoren zijn al eens in verband gebracht met dementie. Stresshormonen kunnen nog jaren na traumatische ervaringen in het bloed worden gevonden.
Bij beginnende dementie kost het steeds meer energie om je met je gedachten ergens op te focussen. Het wordt lastig om een gesprek te volgen, beslissingen te nemen, een kleine rekensom of een goede planning te maken. Een verhaal vertellen is soms moeilijk als je niet op namen of woorden kunt komen.
De meest voorkomende soorten dementie zijn:
Ziekte van Alzheimer. Vasculaire dementie. Frontotemporale dementie. Lewy body dementie.
Mensen met een beginnende vasculaire dementie weten vaak goed dat ze ziek zijn. Dat is een verschil met de ziekte van Alzheimer, waar patiënten meestal zelf weinig klachten hebben, terwijl de naasten zich juist veel zorgen maken.
Welke complicaties kunnen er optreden bij de ziekte van Alzheimer? Geheugenverlies, verminderd beoordelingsvermogen en andere cognitieve veranderingen als gevolg van Alzheimer kunnen veel zaken in het leven bemoeilijken.
Vaststellen van de diagnose
De eerste stap richting een diagnose is een bezoek aan de huisarts. Vermoedt de huisarts dat er daadwerkelijk sprake is van dementie, dan verwijst hij door naar een specialist. De specialist stelt uiteindelijk vast of er sprake is van dementie en welke ziekte de dementie veroorzaakt.
B-vitamines en Alzheimer
Uit onderzoek van de Universiteit van Oxford blijkt dat B-vitamines de kans op Alzheimer verkleinen. De deelnemers aan de studie kregen een supplement met vitamine B6, vitamine B11 en vitamine B12. Op hersenscans was te zien dat de afbraak van hersencellen kan worden vertraagd.
Een deel van de studies vindt dat mensen die een mediterraan dieet volgen, minder vaak dementie ontwikkelen. Ook lijkt het dat het dieet betere mentale vermogens (cognitie) geeft. Het mediterraan dieet bevat veel groentes, fruit, volkoren producten, peulvruchten en onverzadigde vetten (noten of olijfolie).
Diabetes en hart- en vaatziekten zijn risicofactoren voor dementie. Daarnaast lijken vezels ook nog bij te dragen aan het verminderen van ontstekingen in het lichaam. En ontstekingen spelen weer vaak een rol bij dementie.
Een MRI-scan brengt met onschadelijke magnetische stralen de hersenen gedetailleerd in beeld. Op de beelden zijn afwijkingen te zien die passen bij de verschillende vormen van dementie. Het onderzoek is pijnloos en ongevaarlijk. Het apparaat ziet eruit als een kleine tunnel waar je in wordt geschoven.
Wat doet de huisarts? De huisarts stelt eerst een aantal vragen om te kijken hoe het staat met onder andere het geheugen, oriëntatie en taal. Hiervoor kan hij een Mini Mental State Examination (MMSE) gebruiken. Als blijkt dat er iets aan de hand is, zal hij proberen de oorzaak te achterhalen.
Bij een vermoeden van dementie volgt vaak een bezoek aan de huisarts. Die maakt op basis van zijn kennis en ervaring een afweging of het wel of niet gewenst is om een diagnose te stellen. Een huisarts vertelde bijvoorbeeld aan de onderzoekers 'Laatst vertelde een mevrouw dat ze wat vergeetachtig was.