-
Er zijn vier manieren waarop je het verband tussen verschillende alinea's kunt aangeven: met herhaling, overgangszinnen met verwijswoorden, aankondigende zinnen of signaalwoorden.
Er zijn veel verschillende soorten verbanden in de Nederlandse taal, zoals oorzaak-gevolg, opsomming, tegenstelling, vergelijking, en chronologische volgorde.
Signaalwoorden: en, ook, verder, ten eerste/ten tweede, in de eerste plaats/in de tweede plaats, daarnaast, bovendien, vervolgens, ten slotte, als laatste.
Een verband is de manier waarop de ene grootheid van de andere afhangt. De meest voorkomende verbanden in de natuurkunde zijn het rechtevenredig, omgekeerd evenredig, kwadratisch, omgekeerd kwadratisch en wortelverband. Een verband kun je herkennen aan de vorm van de grafiek of door een berekening.
Tekstverbanden kan je herkennen aan de signaalwoorden. Signaalwoorden geven de verbanden tussen zinnen en alinea's aan. Daarom is het verstandig om de signaalwoorden met hun bijbehorende tekstverband te leren, zodat je ze gemakkelijker herkent in de tekst.
verbindingswoorden: net als, zoals, evenals, hetzelfde als, eveneens, evenzeer, evenzo, net zo. uitdrukkingen: In vergelijking met, Vergeleken met.
Een kernzin is één zin die de belangrijkste informatie, de kern, van de alinea samenvat. De rest van de alinea is een uitwerking van die kernzin. Kortom, een kernzin laat de lezer anticiperen op wat er komt.
Vereenvoudigt het schrijfproces
Voorbeelden van essays met 4 paragrafen vereenvoudigen het schrijven door een duidelijke structuur te bieden: inleiding, twee hoofdparagrafen en conclusie . Deze indeling helpt studenten hun gedachten te ordenen en het schrijven stap voor stap aan te pakken, waardoor het minder overweldigend wordt.
Een koppelwerkwoord is een werkwoord dat voorkomt in zinnen met een naamwoordelijk gezegde. In bijvoorbeeld 'Ik ben blij' gaat het om iets wat de 'ik' is (namelijk: blij).
Het maken van tekst-naar-tekstverbindingen begint wanneer u onderzoekt wat de twee geschriften gemeen hebben. De eerste stap is om meer te weten te komen over de auteurs, vervolgens de literaire elementen te onderzoeken en ten slotte na te denken over uw eigen persoonlijke reacties op de geschriften .
Chronologisch verband | tijd
Geeft een opsomming van gebeurtenissen in tijd. Zo zie je snel of iets in chronologische volgorde staat (of niet). Of ze geven aan wanneer iets gebeurd is. Vaak gebruikte woorden: voordat, nadat, eerst, vervolgens, daarna, wanneer, vroeger, later.
In een tekst kun je samenhang aanbrengen door alinea's met elkaar te verbinden. Die samenhang heet het verband in de tekst. Je kunt verbanden herkennen aan signaalwoorden. Er zijn verschillende soorten verbanden; bij ieder soort verband horen vaak andere signaalwoorden.
Tussen alinea's bestaan allerlei soorten verbanden. Dat wil zeggen: ze sluiten op een bepaalde manier op elkaar aan. Signaalwoorden zorgen ervoor dat je de betekenis van de alinea's - en dus de hele tekst - beter kunt begrijpen.
We noemen deze woorden ook wel signaalwoorden: ze geven de lezer op allerlei niveaus het signaal dat er tekstverbanden zijn. Er zijn er een heleboel van, maar een aantal veelvoorkomende zijn: maar, echter, daarentegen, hoewel, ook, vervolgens, ten eerste, ten tweede, daarbij, tenslotte, al met al en dus.
Een oorzakelijk verband is een zins- of alineaverband dat een oorzaak tussen zinnen of alinea's aanduidt. Signaalwoorden die zo'n verband kunnen aanduiden zijn: daardoor, hierdoor, doordat, zodat, waardoor. Voorbeeld: "Er brak brand uit in het stadion, waardoor de wedstrijd niet kon doorgaan."
Het tegenstellend verband benadrukt tegenstellingen tussen ideeën, gebeurtenissen of standpunten. Bij het oorzakelijk verband worden oorzaken en gevolgen van bepaalde gebeurtenissen of situaties besproken. Bij het voorwaardelijk verband worden voorwaarden genoemd waaraan voldaan moet worden voor een bepaald gevolg.
Er zijn onder andere signaalwoorden om een vergelijkend, tegenstellend of opsommend verband aan te geven, zoals: Ten eerste, ten tweede, ten derde, et cetera. Bovendien, ook, daarnaast, verder. Echter, maar, in tegenstelling tot.