Beginselen van de rechtsstaat
Het rechtszekerheidsbeginsel (zaak C-212 tot 217/80, punt 10) Het verbod van willekeur (zaak C-46/87 en 277/88, punt 19) Het beginsel van de scheiding der machten (zaak C-477/16, punt 36; zaak C-452/16, punt 35; en zaak C-279/09, punt 58).
Een rechtsstaat is een staat waarin vrijheid, rechtszekerheid en rechtsgelijkheid voor de burger heel belangrijk zijn. Bovendien geniet de burger bescherming van zijn rechten en vrijheden, tegen medeburgers én tegen de overheid.
Verwerving van inzicht in (het functioneren en belang van) de beginselen die aan het constitutioneel systeem ten grondslag liggen: democratie, gelijkwaardigheid van burgers, rechtsstaat, begrenzing van staatsmacht, spreiding van overheidsbevoegdheden, verantwoordingsplicht en controle op overheidsoptreden.
De vier belangrijkste onderdelen van de rechtsstaat zijn de grondrechten, de scheiding der machten, het legaliteitsbeginsel en onafhankelijke rechtspraak.
Democratie (van het Grieks δῆμος/dèmos, "volk" en κρατειν/kratein, "heersen", dus letterlijk "volksheerschappij") is een bestuursvorm waarin de wil van het volk de bron is van legitieme machtsuitoefening.
In een democratie kan de ene mens niet als meerderwaardig of minderwaardig aan de ander worden beschouwd. Alle burgers moeten dezelfde rechten en plichten hebben. Ze moeten gelijkelijk door de overheid worden behandeld.
Als belangrijke elementen van rechtsstatelijkheid worden beschouwd: Constitutie en legaliteitsbeginsel. De voorafgaande rechtsregel. Scheiding der machten, trias politica.
De Nederlandse staat is democratisch, omdat de burgers kiezen wie het land regeert. En de Nederlandse staat is een rechtsstaat, omdat iedereen zich aan het Nederlandse recht moet houden: burgers, organisaties en overheid. Lees meer over een rechtvaardige samenleving, de trias politica en de rechterlijke macht.
Klassieke grondrechten: de burgerlijke en politieke rechten. Dit zijn onder andere het kiesrecht, vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod. Sociale grondrechten: de economische, sociale en culturele rechten.
Grondrechten zijn fundamentele rechten van de mens. Grondrechten worden ook wel mensenrechten genoemd. In Nederland zijn grondrechten vastgelegd in de Grondwet. Voorbeelden van grondrechten zijn de vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, kiesrecht en recht op gelijke behandeling.
Het gaat hierbij om de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechtsprekende macht. Op deze manier zou niet één van deze machten de overhand kunnen krijgen. Het doel van Montesquieu was om tirannie te voorkomen en de vrijheid van de burger te vergroten.
De eerbiediging van de rechtsstaat vormt één van de fundamentele waarden waarop de EU is gegrondvest (artikel 2 van het EU-Verdrag). Het is een voorwaarde voor Europese landen om toe te kunnen treden tot de EU.
De staat legt burgers verplichtingen op, zoals het betalen van belasting, het naleven van wetten en het vervullen van plichten (deelname aan het arbeidsproces, leerplicht), maar die plichten gelden alleen uit hoofde van wetgeving en met waarborging van grondrechten.
Er bestaan wetten in formele zin en wetten in materiële zin. Bij een wet in formele zin is sprake van een gezamenlijk besluit van de regering en de Staten-Generaal (Tweede en Eerste kamer) volgens een procedure die is vastgelegd in artikel 82 van de Grondwet.
Het tegenovergestelde van een rechtsstaat is een politiestaat of een totalitaire staat . In een politiestaat kan de overheid doen wat ze wil.
De politiek in Nederland vindt plaats binnen een parlementaire democratie, een constitutionele monarchie en een gedecentraliseerde eenheidsstaat. Nederland is een consensusdemocratie, waar de politieke instituties gericht zijn op een brede consensus tussen politieke actoren.
In verschillende landen bestaan naast partijen ook burgerbewegingen die zich inzetten voor de invoering van vormen van directe democratie. Voorbeelden zijn GeenPeil in Nederland, Meer Democratie in Nederland en in Vlaanderen en Mehr Demokratie in Duitsland en Oostenrijk.
Zowel nationaal als internationaal blijft België zich inzetten voor de democratie en de rechtsstaat.
De Koning heeft, bij uitsluiting en zonder restrictie, de volle uitoefening der Regering en van alle de Magt, benoodigd om de uitvoering der Wetten van den Staat te verzekeren, en dezelve te doen eerbiedigen. De uitvoerende magt berust bij den Koning.
De uitvoerende macht, die voert dingen uit. Dit is bijvoorbeeld de politie, maar ook het leger.
De staatsmacht is in België verdeeld over drie machten: de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht. Elke macht controleert en beperkt de andere machten. Dit principe van de scheiding der machten staat echter niet uitdrukkelijk in de grondwet en is ook niet absoluut.