In de tijd van de Romeinen werden er al 'kleinste kamertjes' op een continu spoelend rioolsysteem aangesloten. Deze kan men de eerste toiletten noemen. Het gewone volk ('plebs') moest de behoefte doen in een emmer. In deze tijd ontstonden de eerste openbare toiletten.
Van beerput naar kakstoel
Er ontstond in deze tijd ook handel in urine, want kleermakers en leerlooiers verwerkten dit in hun producten. Toen de renaissance aanbrak kregen de rijken een kakstoel: een stoel met een gat erin en daaronder een emmer. En het 'gewone' volk? Dat kreeg een openbaar toilet.
In de middeleeuwen kwamen de uitwerpselen vaak in de gracht of op straat terecht. Vooral in de drukbevolkte steden bracht dat in de zomer een geweldige stank met zich mee en natuurlijk ook de nodige ziekten. Daarom besloten gemeenten dat de poep voortaan moest worden opgehaald.
In 1596 bedacht Sir John Harrington, peetzoon van koningin Elizabeth I, een toilet dat was verbonden met een watertank waarmee de uitwerpselen konden worden weggespoeld.
De oudste toiletten en rioleringen waar we vanaf weten zijn van 2500 jaar voor Christus. Archeologen hebben huizen gevonden waar speciaal hokje gebouwd was met een opening boven het water. 2000 jaar later bouwden de Romeinen openbare toiletten.
Het woord toilet is afkomstig van het Franse toilette. Het gedeeltelijke synoniem wc is de afkorting van het Engelse water closet, wat letterlijk "waterkast" betekent.
Toiletten worden in bijna alle gevallen gemaakt van porselein en porselein is standaard wit. Om het zwart te krijgen, moet de fabrikant het dus van een laag gekleurd glazuur voorzien en - je raad het al - dat maakt het een stuk duurder.
Het kan verwijzen naar het hartje op speelkaarten: een toiletbezoek was ooit taboe, net als spelen met kaarten. Het hart kan ook verwijzen naar de 'innerlijke' mens. Sommige mensen zeggen dat een goede stoelgang 'deugd doet aan het hart'.
Wie in de openbare latrines van het oude Rome zijn behoefte deed, gebruikte daarna een tersorium, een hulpmiddel dat bestond uit een stok met daaraan een spons die in water met azijn of zout was gedrenkt.
De wc is juist. Het is gebruikelijk om wc als mannelijk de-woord op te vatten. Een beetje vreemd is dat wel, want wc is een afkorting van watercloset, en dat is een het-woord. Normaal gesproken krijgt een afkorting hetzelfde lidwoord als het voluit geschreven (kern)woord.
Viezigheid in de middeleeuwen
In de steden en dorpen zorgde dat voor enorme stank, viezigheid en snelle verspreiding van ziekten. Pas aan het eind van de middeleeuwen kregen de open riolen in sommige steden (zoals Parijs en Londen) overkappingen. Deze tunnels zijn de voorlopers van onze moderne rioolbuizen.
De ruim 1000 teruggevonden beerputten die Roos van Oosten in haar proefschrift behandelt, dateren van de 13e eeuw tot eind 19e eeuw. “Beerputten zijn belangrijk voor archeologen omdat ze veel zeggen over het leven van de gebruikers.
Boven het toilet zit een bak (1) die met water gevuld is. Dat water stroomt weg als op de bedieningsknop gedrukt wordt. Daardoor stroomt het water weg door een ventiel (2) onderin de bak. Het water stroomt in één keer weg, de toiletpot (3) in.
Stortbak vervangen. Klanten betaalden gemiddeld €90,- excl stortbak en ombouw. Een oud toiletreservoir is na verloop van tijd aan vervangen toe. Soms is het niet zo hygiënisch meer.
Ontstoppen met een plopper
Zet een rubberen ontstopper op de afvoer van de wc en beweeg deze krachtig op en neer tot de verstopping los komt.
Een compleet toilet bestaat uit een toiletpot, ook wel closetpot of wc-pot genoemd, toiletzitting, een (inbouw) waterreservoir, bedieningspaneel en een afvoer. Je hebt staande en hangende toiletpotten. Een staande toiletpot, het zogenaamde klassieke model, is bevestigd op de vloer.
Tegenwoordig gebruiken we lekker zacht toiletpapier als we naar de wc gaan. Maar dat is niet altijd zo geweest. Vroeger veegden we onze billen af met steentjes, sponzen en kranten.
Volgens Wikipedia heeft in 1919 ene William Corbin, in de Verenigde Staten uiteraard, de eerste papieren handdoek bedacht. Maar het lijkt me sterk dat het spul voor de jaren zeventig veel werd gebruikt.
0-1 maand: Ook producten waarvan je het niet zou verwachten zijn niet zo snel verdwenen. Een papieren zakdoek of stuk keukenrol (hoe klein ook) zal bijvoorbeeld al snel een maand rondzwerven, voordat het is afgebroken.
Je komt ze voornamelijk tegen in openbare toiletten omdat het goedkoper is en veel gemakkelijker te onderhouden en schoon te maken. Een Frans toilet is ook hygiënischer omdat je niet met je billen op een vieze bril hoeft te zitten. En je bent sneller klaar omdat je niet even lekker kunt gaan zitten.
Maar waar komt die specifieke Franse voorkeur nu vandaan? Caroline Delhaye, marketingmanager Benelux bij Georgia Pacific, weet het antwoord: „Fransen passen de kleur van hun toiletpapier aan aan de kleur van de badkamer of het toilet.” En die is vaak kleuriger dan het gangbare witte sanitair in Nederland.
Omdat vrouwen altijd hun bezoekjes naar het toilet zittend doen, en mannen af en toe zitten en af en toe staan, wordt er vaker gezeten dan gestaan en dus is het beter om de bril altijd naar beneden te houden. We plassen allemaal namelijk gemiddeld zo'n 7 keer per dag.
Je mag naar "100" of "101" bellen als je dringend de politie, een ambulance of de brandweer nodig hebt. bvb : bij brand (100) bij ernstig ongeval met gewonden (100 of 101)
Verkort uit Engels water-closet 'privaat met waterspoeling' [1755; OED], gevormd uit water, zie → water, en closet 'privaat, kamertje, kast' < 'afgesloten kleine ruimte' [14e eeuw], verkleinwoord van clos 'omheinde ruimte' < Latijn clausum 'afgesloten ruimte', verl. deelw.
Kamer 100 was vroeger een buiten toilet. De algemene maten van zo'n toilet waren 100 x 100 cm. Vandaar de uitdrukking kamer 100.