Kinderen vanaf zeven jaar leerden een ambacht zoals meubelmaker. Na twee jaar werd je gezel. Sommige kinderen gingen naar school en leerden een beetje lezen, schrijven en rekenen. Jongens van edelen werden met zeven jaar de page van een ridder en deden klusjes voor hem.
Vroeger was het heel normaal dat kinderen werkten. Ze hielpen hun ouders in de landbouw, het huishouden of in de werkplaats. Zo droegen zij ook een steentje bij aan het inkomen. Bovendien leerden de kinderen zo hoe ze later zelf geld konden verdienen.
Geschiedenis. Vanaf prehistorische tijden werkten kinderen mee zodra ze konden, bijvoorbeeld door voedsel te verzamelen of mee op het land te werken. Kinderen hielpen hun ouders ook met bijvoorbeeld het spinnen van vlas en het weven tot lijnwaad.
Vooral weeskinderen waren de klos. Vaak werden ze uitbesteed aan de ambachten of kleine fabrieken, zogenaamd om een vak te leren. Vaak waren het voor de werkgevers vrijwel gratis arbeidskrachten. Hoewel de revolutie in Nederland nog moest beginnen, staken de 1e protesten tegen kinderarbeid al de kop op.
Een kind werd beschouwd als een kleine volwassene en het kind werd ook zo behandeld. Ze werden gezien als extra handen die konden bijdragen aan de arbeid die nodig was om het gezin in leven te houden. Ze begonnen actief mee te doen in activiteiten zoals jagen, landbouw en opvoeding zodra ze competent genoeg waren.
Wat deden de kinderen in de prehistorie? Scholen bestonden niet, aangezien niemand kon lezen en schrijven, dus daar hoefden ze hun tijd niet mee te verdoen. In plaats daarvan moesten ze waarschijnlijk thuis meehelpen met allerlei klusjes, zoals eten koken, wol spinnen en het vee verzorgen.
Er zijn diverse oorzaken voor kinderarbeid, zoals armoede, gebrek aan kennis, het ontbreken van goed onderwijs en een slechte naleving van wetten die kinderen beschermen. Ook kinderhandel is een groot probleem. Meestal werken kinderen omdat hun ouders niet genoeg verdienen. Zonder hun loon is er geen geld voor eten.
Veel te weinig om met het hele gezin van te leven. Daarom lieten ze hun vrouw en hun kinderen ook werken, ze moesten wel. De kinderen werkten soms al vanaf hun vijfde of zesde jaar. De hele dag, soms wel 12 uur lang.
Op initiatief van de liberale politicus Samuel van Houten wordt de eerste wet in Nederland aangenomen die een einde moet maken aan kinderarbeid. De wet heet Wet houdende maatregelen tot het tegengaan van overmatigen arbeid en verwaarlozing van kinderen, maar wordt beter bekend als het Kinderwetje van Van Houten.
En door gebrek aan controle is het niet mogelijk om fabrieksarbeid door kinderen onmiddellijk uit te bannen. De Leerplichtwet van 1901 maakt een definitief einde aan de kinderarbeid. Vanaf dat moment zijn ouders verplicht hun kinderen van zes tot en met twaalf jaar naar school te sturen.
Je mag helpen bij lichte werkzaamheden op bijvoorbeeld een manege, een camping of in een speeltuin. Je mag meehelpen in de winkel of het landbouwbedrijf van je ouders.
Armoede is de belangrijkste oorzaak van kinderarbeid. Als gezinnen niet kunnen rondkomen is de stap naar het inzetten van kinderen voor meer inkomen een stuk kleiner. De cijfers lijken positief. Wereldwijd gaat 90% van de kinderen in de basisschoolleeftijd naar school.
Kinderen deelden speelgoed zoals hoepels, knikkers en springtouwen. Andere spellen waren tikkertje en hinkelen – die nog steeds op scholen en speelplaatsen worden gespeeld.
In de loop van de negentiende eeuw kwamen er zodoende steeds meer fabrieken met stoommachines in Nederland. De arbeiders die in de fabrieken werkten moesten lange dagen maken voor weinig loon.Het was te weinig geld om vrouw en de kinderen van te onderhouden.
In 1970 waren ze gemiddeld 24,3 jaar, in 2000 was dat al 29,1 jaar. In 2022 kregen vrouwen met gemiddeld 32,3 jaar hun tweede kind. Van alle kinderen die in dat jaar geboren werden waren de moeders gemiddeld 31,7 jaar oud.
Veel internationale kledingmerken, waaronder H&M, C&A, Esprit, Marks & Spencer, GAP, VF Corporation en Kmart Australia, dragen bij aan deze situatie. Dit zijn belangrijke bevindingen van het rapport Branded Childhood dat vandaag wordt gepubliceerd door de Stop Kinderarbeid coalitie en SOMO.
Kinderarbeid komt overal ter wereld voor. Tot aan de 19e eeuw was kinderarbeid in Nederland heel gewoon. Veel kinderen moesten werken, omdat het gezin anders te weinig geld verdiende om eten, drinken, kleding en onderdak te kunnen betalen. Vroeger dachten de mensen dat het geen kwaad kon om de kinderen te laten werken.
Sinds het 'kinderwetje' van Van Houten uit 1874 is kinderarbeid voor kinderen tot en met 12 jaar niet meer toegestaan. In de huidige wetten en regels is, op grond van Europese regelgeving bepaald, dat arbeid door kinderen van 13 t/m 15 jaar is toegestaan onder strikte randvoorwaarden.
Ze werken in mijnen, op het land, in de huishouding, in fabrieken... Terwijl ze recht hebben op goed onderwijs, het recht om te spelen en om echt kind te zijn. Armoede wordt vaak gezien als de belangrijkste oorzaak van kinderarbeid. De opvatting overheerst dat gezinnen niet kunnen rondkomen als kinderen niet werken.
Aldus Pieter Daens, de sociaal bewogen christendemocraat over het leven van fabrieksarbeiders in Aalst en Gent in 1885. Het zijn de woorden van schrijver Louis Paul Boon. Het begin van kinderarbeid situeert zich in de achttiende eeuw in Engeland en in de negentiende eeuw in België en andere Europese landen.
Voor de kinderen tot en met 6 jaar mag de maximumduur van de werkzaamheid 4 uren per dag niet overschrijden. Deze werkzaamheid moet daarenboven uitgevoerd worden tussen 8 en 19 uur. Voor de kinderen van 7 tot en met 11 jaar mag de maximumduur van de werkzaamheid 6 uren per dag niet overschrijden.
Door de eeuwen heen groeiden kinderen steeds anders op. In sommige tijden waren ouders streng, in andere niet. Soms mochten kinderen echt kind zijn, soms moesten ze meewerken. In de prehistorie leerden de ouders aan hun kinderen wat ze moesten weten en kunnen.
In de Arbeidstijdenwet staat hoe lang werknemers vanaf 16 jaar maximaal mogen werken en hoe lang hun rustperioden minimaal moeten zijn. Onder bepaalde voorwaarden mogen ook kinderen (13-, 14 en 15-jarigen) (licht) werk verrichten. Welke voorwaarden dat zijn staat in de Nadere regeling kinderarbeid (NRK).
De jaren net voor 1850 waren bijzonder zwaar en brachten mensen tot de bedelstaf. Het weer bepaalde in de akkerbouw het suc- ces van de oogst, in de veeteelt wanneer de koeien van stal konden, of er genoeg voer was om ze door de winter te slepen of dat ze geslacht moesten worden.