Welke schaats voor jou geschikt is, hangt af van jouw niveau en persoonlijke wensen. Voor shorttrack heb je een aparte shorttrack schaats: Shorttrackschoen: Het verschil met een langebaan schaats is dat deze schoen veel hoger en steviger (harder) is. Dit is om stevigheid te bieden met name voor je enkel.
Het grootste verschil is echter dat langebaanschaatsers traditioneel alleen tegen de klok rijden (massastart uitgezonderd) terwijl shorttrackers juist tegen elkaar racen en doet de eindtijd er minder toe.
Bij shorttrack wordt echt loeihard geschaatst. Topschaatsers rijden zo'n 50-55 kilometer per uur. De schaatsers van coach Benny rijden 40-45 kilometer per uur. Deze talenten zijn echt de top-shorttrackers van de toekomst.
Een glasplaat en slijpkorrels doen wonderen, strooi wat korrels op de glasplaat en beweeg de steen er overheen. De korrels slijpen de steen weer mooi vlak. De steen is vlak wanneer deze overal dezelfde kleur heeft en er weer als nieuw uit ziet.
Als je op vaste schaatsen niet goed zijwaarts afzet, dan ga je krassen in het ijs. Maar met de klapschaats is dat praktisch onmogelijk. Want als je op de klapschaats teveel met je punt afzet, als je teveel voorop hangt, dan klapt de schaats open, verlies je druk en zet je af in het luchtledige en kom je amper vooruit.
Kies je voor een conventionele noren, met leren schoen, platte zool en voetplaat, dan geldt nog steeds het oude advies: een maatje kleiner. Kies je voor een kuipzool (gevormd met een voetbed) dan kies je automatisch voor meer comfort. Koop dan je schaatsen in dezelfde maat als je schoenen of hooguit een maatje kleiner.
Langebaan en marathon schaatsers schaatsen meestal met een ronding tussen de 21 en 25. Bij een gemiddelde ronding van 23 betekend dat, als je de lijn van het ijzer zou doortrekken naar een cirkel, de straal daarvan 23 meter zou zijn. Een ronding is belangrijk zodat je met de schaats kunt sturen.
Shorttrack is een vorm van hardrijden op de schaats op een 111,12 meter lang ovaal dat uitgezet wordt op een ijshockeybaan of baan voor kunstrijden. In tegenstelling tot het langebaanschaatsen is de absolute tijd van een rijder niet van belang.
Gele kaarten
Bij een zeer grove overtreding of onheus gedrag kun je ook een rode kaart krijgen.
Hierbij rijden teams van drie of vier rijders tegen elkaar. Van elk team rijdt telkens één rijder een aantal ronden in de baan. Vervolgens komt de volgende rijder aan het einde van de bocht de baan in, waarna er afgewisseld wordt met een duw. Zo wisselen de rijders elkaar af, tot drie ronden voor het einde.
Shorttrack vindt plaats op een ijshockeybaan, waarop een ronde van 111,11 meter wordt uitgezet. De schaatsers hebben hogere schoenen dan de rijders bij het langebaanschaatsen om zo beter door de bochten te kunnen.
Rijders met een penalty worden automatisch laatste in de rituitslag. Ze mogen bij een wedstrijd volgens het "all-final"-systeem (zie wedstrijdverloop) nog wel starten in een eventuele volgende ronde, maar worden naar de lagere helft van het kwalificatieschema geplaatst.
De meeste wedstrijdschaatsers dragen een bril ter vermindering van het uitdrogen van de ogen. Steeds meer schaatsers kiezen ervoor zonder sokken te rijden in zo nauw mogelijke schoenen. Dit vermindert de kans op schuiven van de voet in de schoen en dit zorgt voor meer 'contact' met het ijs.
snelheidswedstrijd op een korte afstand sport
[schaatsen] - Shorttrack is een vorm van hardrijden op de schaats op een 111,11 meter lang ovaal die uitgezet wordt op een ijshockeybaan of baan voor Kunstrijden.
Voor de loting van de startvolgorde kan op basis van de resultaten van de selectiewedstrijden het deelnemersveld door het sectiebestuur in groepen worden verdeeld. Indien er een groepsindeling is, zal de groep met de beste rijders het laatst rijden. (deze bepaling is van toepassing bij alle kampioenschappen langebaan).
Hoe vaak moet je je schaatsen slijpen? Sommige schaatsers slijpen na ongeveer drie keer schaatsen en sommige na tien keer. Het slijpen kost dan ook minder tijd als ze niet super bot zijn. De scherpte van de ijzers kan men controleren door met de nagel over de afzethoeken te bewegen.
We raden beginnende schaatsers aan te leren schaatsen op schaatsen met een hoge schoen. Bijv. ijshockey of kunstschaatsen. Hierop schaats je een stuk makkelijker dan op noren.
Om goed te kunnen bepalen of de schaatsmaat goed is adviseren wij om de schaatsen aan te trekken alsof je gaat schaatsen. Vervolgens moet je iets door de knieën gaan staan om zo een realistisch beeld te creëren van het schaatsen, en de druk na te bootsen.
Van schaatsen krijg je behalve een goede conditie ook sterkere spieren. Zo is bijvoorbeeld de afzet een krachttrainingsmoment en worden je armen gebruikt voor balans en extra snelheid. Voor wie wil afvallen, is het ook raadzaam een rondje te schaatsen. Na een uurtje op het ijs heb je namelijk al 400 calorieën verbrand.
Maar is snel schaatsen op de Combi klapschaats dan echt onmogelijk? Nee, natuurlijk kun je wel hard schaatsen op deze schaatsen. Je moet alleen je houding op de schaatsen aanpassen en voorzichtig zijn in de bochten.
Voordelen van de combinoor:
Leren schaatsen is met dit type schaats niet moeilijk. Door de stevige, hoge schoen kunnen je enkels niet zwikken. Ideaal dus voor onervaren schaatsers en mensen met zwakke enkels en evenwichtsproblemen.
Combinoren hebben een Noren onderstel met een stevige schalen schoen van kunststof met een zachte binnenschoen. Comfortnoor kun je zowel in een klap variant als een vaste variant verkrijgen. Veel Comfortschaatsen gebruiken klittenband of een snelsluiting om de schoen dicht te maken.