Als uitzendkracht heeft u een uitzendcontract met een uitzendbureau. Dit bureau leent u uit aan een ander bedrijf (de inlener). Meestal krijgt u een contract in fases. Of u voor een 'gebonden' uitzendbureau werkt, bepaalt wat uw rechten als uitzendkracht zijn.
Als je begint bij een uitzendbureau, krijg je (bijna altijd) een 'uitzendovereenkomst met uitzendbeding' aangeboden, tenzij expliciet in je contract staat dat dit beding niet van toepassing is. Vanaf 1 september 2023 moet sowieso in je contract staan of het beding wel of niet van toepassing is.
Fase A (ABU) staat gelijk aan fase 1/2 (NBBU). De uitzendkracht houdt het fase A contract gedurende 52 werkweken. Er wordt gesproken van een werkweek wanneer de uitzendkracht minimaal 1 uur heeft gewerkt in die week. Wanneer de uitzendkracht eenmaal 52 weken minimaal 1 uur heeft gewerkt, gaat deze door naar fase B.
fase C. Als de uitzendkracht na fase B direct of binnen zes maanden door blijft werken voor hetzelfde bureau, komt hij in fase C. Hij komt dan op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd bij het uitzendbureau in dienst. In dat geval kan de arbeidsovereenkomst niet zomaar beëindigd worden.
Een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid is een overeenkomst waarbij een uitzendkracht (werknemer) zich tegenover een uitzendbureau (werkgever) verbindt om, tegen loon, tijdelijke arbeid te verrichten bij een gebruiker (derde). Dergelijke overeenkomst wordt onweerlegbaar vermoed een arbeidsovereenkomst te zijn.
U heeft recht op een vast contract in fase C of fase 4. Is uw uitzendbureau lid van de ABU of NBBU? Dan begint deze fase vanaf 2 januari 2023 na maximaal 4 jaar.
Een uitzendkracht is in loondienst bij een uitzendbureau en wordt ingehuurd door de opdrachtgever waarvoor hij tijdelijk werkzaam is. Het uitzendbureau is werkgever en regelt de uitbetaling van het loon en de afdracht van de werkgeverslasten.
Een fase B contract krijg je zodra je binnen 6 maanden na fase A voor hetzelfde uitzendbureau werkt. Dit betekent dat je al 54 weken hebt gewerkt voor ditzelfde uitzendbureau dat aangesloten is bij ABU. Deze fase duurt maximaal 4 jaar en biedt wat meer bescherming in geval van ziekte en ontslag.
In fase 1 geldt het uitzendbeding: geen werk geen loon.De uitzendkracht ontvangt alleen loon over de gewerkte uren. Daarna volgt fase 2. Deze duurt 52 gewerkte weken.
In fase B is de uitzendkracht steeds werkzaam op basis van een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding voor bepaalde tijd, tenzij uitdrukkelijk een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding voor onbepaalde tijd is overeengekomen.
Per 1 juli 2023 vervalt de wachttijd van acht weken in de pensioenregeling van StiPP. Dat betekent dat uitzendkrachten van 21 jaar en ouder vanaf hun eerste werkdag starten met de opbouw van hun pensioen in de basisregeling. Na 52 gewerkte weken gaat de uitzendkracht pensioen opbouwen in de plusregeling.
Tijdens fase B krijg je telkens een tijdelijk contract als je aan het werk gaat. Zorgwerk mag zelf bepalen hoe lang deze contracten duren. We kunnen maximaal zes tijdelijke contracten overeengekomen gedurende een periode van drie jaar.
Iedere werknemer, dus ook een uitzendkracht, waarvan de arbeidsovereenkomst door of vanwege de werkgever wordt beëindigd heeft recht op een transitievergoeding. De transitievergoeding is bedoeld ter compensatie van het ontslag en om te helpen bij de overstap naar ander werk.
Wat een mogelijk nadeel kan zijn wanneer je werkt via een uitzendbureau, is dat je geen vastigheid en zekerheid hebt over het aantal uren en de duur. Wanneer je rechtstreeks bij een organisatie in dienst treedt krijg je een contract voor een (on)bepaalde tijd, met een vastgesteld aantal uren.
Uitzendbureaus hebben er voor gekozen om wekelijks uit te betalen, zodat studenten altijd geld hebben en niet hoeven te wachten tot het einde van de maand. Het is aan jou hoeveel geld je krijgt. Als jij weet dat het volgende week een dure week wordt, kan je hier rekening mee houden en extra gaan werken!
Als grootste nadeel van uitzenden horen wij toch vaak de kosten. Veelal denken werkgevers, onterecht, dat de omrekenfactor de winstmarge is voor het uitzendbureau. Wat vaak vergeten wordt is dat als je zelf personeel in dienst neemt, je ook te maken krijgt met werkgeverslasten en verzekeringen.
Een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding (fase A, B of C) kan zowel door de uitzendkracht als door de uitzendonderneming tegen de eerstvolgende werkdag worden opgezegd. De uitzendonderneming moet hierbij de wettelijke opzegtermijn in acht nemen: korter dan vijf jaar in dienst: opzegtermijn van één maand.
Bij een uitzendovereenkomst voor bepaalde tijd gelden voor de uitzendkracht de volgende opzegtermijnen: Minder dan 3 maanden in dienst: 7 kalenderdagen opzegtermijn. 3 tot 6 maanden in dienst: 14 kalenderdagen opzegtermijn. Langer dan 6 maanden in dienst: 28 kalenderdagen opzegtermijn.
Een uitzendovereenkomst in fase A kan maximaal 78 gewerkte weken doorlopen. Daarna stopt het óf krijg je een nieuw contract. Je komt dan in fase B (ABU) of fase 3 (NBBU). Ook als je er even tussenuit gaat, maar binnen 26 weken weer wordt ingezet via hetzelfde uitzendbureau.
Fase 3 van de NBBU-cao is per 3 januari 2022 verkort van 4 naar 3 jaar. In fase 3 mag je in 3 jaar maximaal 6 keer een tijdelijk contract aangeboden krijgen. Werkte je voor 3 januari 2022 al voor een uitzendbureau? Dan gaat deze regeling voor jou in 2023 in.
In fase 3 ga je een uitzendovereenkomst aan voor bepaalde tijd: dit is een contract met een begin- en einddatum. Deze fase telt 52 kalenderwe- ken. Je kunt in deze periode maximaal vier contracten aangaan voor bepaalde tijd, waarin je recht hebt op loondoorbetaling.
Zij werken volgens de ABU normen, en de opdrachtgever bepaalt hoe lang een opdracht loopt. Wél is zo dat je niet langer dan 36 maanden aangesloten uitgezonden mag zijn.
Alle uitzendkrachten hebben recht op een eenmalige uitkering zoals dat voor de vaste medewerker in een gelijke functie is afgesproken.
Twee keer het bruto uurloon
U bent als inhurende partij degene die mag bepalen wat de uitzendkracht bruto per uur verdient. Het inhuur tarief per uur is dan twee keer het bruto uurloon. Stel, iemand verdient € 10,00 euro bruto per uur. Dat kost het u op uitzendbasis ongeveer € 20,00 om deze persoon in te huren.
Uitzendkrachten hebben over het algemeen dezelfde rechten als de medewerkers die bij jou in dienst zijn.