Wat merkt u ervan? Op het moment dat een jodiumhoudend contrastmiddel direct in uw bloedbaan wordt toegediend, kunt u hiervan een warm gevoel krijgen. Dit zal vanzelf weer verdwijnen. Ook is het mogelijk dat u een vreemde smaak in de mond krijgt of het gevoel dat u moet plassen.
Contrastvloeistof (via een bloedvat)
contrastvloeistof worden onder andere organen en bloedvaten zichtbaar gemaakt. Deze contrastvloeistof bevat jodium. De vloeistof geeft een warm gevoel dat snel weer wegtrekt. Ook kunt u het gevoel krijgen dat u nodig moet plassen.
U kunt overgevoelig zijn voor een contrastmiddel. U kunt meteen klachten krijgen, of pas later (meer dan een uur na het onderzoek). Meestal zijn de klachten niet zo erg: jeuk, niezen en een verstopte neus. Dan is er geen behandeling nodig.
Als u het contrastmiddel heeft gedronken, plast u dit vanzelf uit. Soms heeft u 1 of 2 dagen na de CT-scan last van diarree. Dit gaat vanzelf over. Als u het contrastmiddel via een infuus heeft gekregen, verdwijnt het weer uit uw bloed en plast u het ook weer uit.
U krijgt jodiumhoudende contrastvloeistof via een infuusnaaldje in uw arm. Hiervan kunt u een warm gevoel door uw lichaam krijgen. Dit gevoel verdwijnt na enkele minuten. Dit is niet schadelijk voor uw lichaam.
Soms kunnen contrastvloeistoffen een overgevoeligheidsreactie veroorzaken. Dit betreft meestal een milde reactie (hoofdpijn, misselijkheid of duizeligheid) die optreedt binnen een aantal uur na het onderzoek. In zeer zeldzame gevallen ontstaat een ernstige allergische reactie (anafylactische shock).
Medicatie mag u wel innemen. Ook als we vooraf geen contrastmiddel toedienen, kan de arts tijdens het onderzoek beslissen dat daar wel nood aan is. Omdat het jodiumhoudende contrastmiddel braakneigingen kan teweegbrengen, moet u nuchter zijn.
Contrastvloeistof (via een bloedvat)
Met contrastvloeistof worden onder andere organen en bloedvaten zichtbaar gemaakt. Deze contrastvloeistof bevat jodium. De vloeistof geeft een warm gevoel dat snel weer wegtrekt. Ook kunt u het gevoel krijgen dat u nodig moet plassen.
Door het toedienen van een contrastvloeistof kan een orgaan of bloedvat beter onderscheiden worden. Afhankelijk van het onderzoek moet de contrastvloeistof gedronken worden of via een injectie of infuus ingebracht worden in een bloedvat of lichaamsholte.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Een contrastmiddel is niet schadelijk voor de gezondheid. Wel is het belangrijk dat de nieren en de schildklier goed functioneren. Hierdoor kan het contrastmiddel het lichaam verlaten. Contrastmiddelen die de artsen gebruiken bij een CT scan zijn jodiumhoudend.
Elektromagnetische straling is in principe niet gevaarlijk. Wel zijn sommige mensen hypersensitief voor deze vorm van straling en kunnen dan ook vage klachten krijgen (zoals hoofdpijn, duizeligheid en slapeloosheid) bij langdurige blootstelling door mobieltjes, computers en soortgelijke apparaten.
“Ik raad iedereen aan om een behandeling te weigeren, als er niet voldoende informatie over de contrastmiddelen wordt gegeven, zodat je het risico kunt overzien. In elk geval moet men de hoog-osmolaire middelen weigeren. Dikwijls is een onderzoek met deze middelen helemaal niet nodig.
Tijdens de ruggenprik en het CT-onderzoek kan uw eventuele begeleider niet aanwezig zijn. We adviseren om ervoor te zorgen dat iemand u na het onderzoek naar huis kan rijden. U kunt last krijgen van hoofdpijn of misselijkheid, daarom is het raadzaam niet zelf auto te rijden en niet met het openbaar vervoer te reizen.
Het is mogelijk dat je diarree krijgt van het contrastmiddel. Dit kan verder geen kwaad. Als je veel drinkt verdwijnt het contrastmiddel snel uit jouw lichaam. De uitslag van het onderzoek krijgt je van jouw behandelend arts.
Na het onderzoek
Neem de tijd om uw darmen tot rust te laten komen. U mag na het onderzoek weer gewoon eten en drinken. Tot enkele uren na het onderzoek kunt u last houden van een onrustige buik. Sommige mensen houden nog een of twee dagen last van diarree.
Om de buikorganen goed zichtbaar te maken op de scan, moeten uw maag en darmen goed gevuld zijn met water. Daarom is het nodig dat u een half uur voor het onderzoek start met het drinken van een halve liter water (drie goed gevulde glazen).
Nadelen zijn: een CT-scan betekent een relatief sterke stralingsbelasting: een onderzoek met een CT-scan staat ongeveer gelijk aan 200 röntgenfoto's. het is een kostbaar onderzoek. er is contrastmiddel nodig om de bloedstroom beter af te beelden.
Na het onderzoek
Het contrastmiddel wordt via de nieren uitgescheiden. Om dit proces te versnellen is het goed om na het onderzoek extra te drinken.
Hiervoor wordt een zeer kleine hoeveelheid radioactieve stof ingespoten die wordt opgenomen door de te onderzoeken weefsels. Deze stof heet: '18-Fluorodeoxyglucose (FDG)'. De radioactieve stof zendt straling uit die door het PET-onderdeel van de camera wordt opgevangen en vertaald wordt in foto's.
Soms is een CT-scan met contrastmiddel nodig. Daarop zijn organen en bloedvaten nog beter te zien.
Na het onderzoek is het belangrijk dat u extra drinkt, dat wil zeggen: in ieder geval twee liter. Op die manier gaat de contrastvloeistof weer snel uit uw lichaam. Als u een vochtbeperkt dieet heeft, is extra drinken niet noodzakelijk.
Afhankelijk van welk deel van het lichaam onderzocht moet worden, kan een contrastmiddel op verschillende manieren worden toegediend: via de mond, via de bloedbaan of via de anus. De radioloog kan voor of tijdens het uitvoeren van het CT-onderzoek besluiten om één of meerdere van vormen van contrast te gebruiken.
U krijgt de uitslag van het onderzoek meestal binnen 5 werkdagen van uw arts. Uw arts belt u voor de uitslag of vertelt u die tijdens een afspraak.