Bij hartfalen pompt uw hart minder bloed rond dan normaal. U wordt snel moe als u zich inspant.U voelt zich snel buiten adem en benauwd.Uw voeten en enkels worden dikker.
Vaststellen hartfalen
Je vertelt je arts wat voor klachten je hebt. Bij ongewone vermoeidheid, kortademigheid of vochtophoping kan de arts aan hartfalen denken. De arts controleert je bloeddruk, hartritme en gewicht. Ook luistert hij naar je longen en het hart.
De meest gehoorde klachten zijn onder andere vermoeidheid, kortademigheid en vocht vasthouden. Doordat vocht in het lichaam ophoopt. Het verzwakte hart kan de bloedsomloop minder in beweging houden, waardoor vocht niet goed wordt afgevoerd. Op verschillende plaatsen in het lichaam ontstaat vochtophoping.
Indien de linker harthelft onvoldoende pompt, raken de bloedvaten van de longen overvol waardoor stuwing en vochtophoping ontstaan en kortademigheid en kriebelhoest kunnen optreden.
Het lukt uw hart 's nachts ook beter om dat extra vocht naar uw nieren te pompen. Uw nieren halen daar plas uit (water en afvalstoffen). Daarom moet u vaker plassen. Bij ernstig hartfalen kunt u ook moe en benauwd zijn zonder dat u zich inspant.
Hartfalen is een chronische ziekte. De pompfunctie van het hart werkt niet meer goed. Bij deze ziekte gaat het hart langzaam achteruit. De meest voorkomende oorzaken zijn een eerder hartinfarct en een langdurige hoge bloeddruk.
Voldoende water drinken kan de kans op een hartaanval verlagen. Het American Journal of Epidemiology toont in een 6-jaar durend onderzoek aan dat mensen, die dagelijks meer dan 5 glazen water per dag drinken, 41% minder kans hebben op een hartaanval vergeleken met mensen die minder dan 2 glazen water per dag drinken.
Hartfalen: Bij een hoge bloeddruk moet het hart ook steeds harder werken om het bloed rond te pompen. Je hartspier wordt dan dikker en stijver. De pompkracht neemt af en er kan hartfalen ontstaan. Schade aan andere organen: ook je ogen en nieren kunnen bijvoorbeeld schade oplopen.
een licht gevoel in het hoofd. pijn in de nek. gevoel dat het hart heel snel of heel hard klopt. pijn in de rechterschouder of rechterarm.
Vaak lijkt de pijn van een andere plaats dan het hart zelf te komen, meestal uit een gebied tussen buik, kaak en bovenarmen. Angina uit zich het meest door een samensnoerende pijn midden op de borst, die vooral bij mannen vaak uitstraalt naar de binnenkant van de linkerarm.
Chronisch hartfalen komt vaak voor. Symptomen verschijnen langzaam in de loop der tijd en worden geleidelijk erger. Als symptomen, zoals kortademigheid, in een korte tijdsperiode erger worden bij een patiënt met chronisch hartfalen, dan noemen we dit een episode van acute decompensatie.
Bij rechtszijdig hartfalen hoopt zich vooral vocht op in de voeten, enkels, benen, lever en buik. Vocht in de lever of maag geeft klachten zoals misselijkheid en gebrek aan eetlust. Op den duur neemt het lichaam het voedsel niet meer goed op en verlies je gewicht en spiermassa.
Waarden die ook nagekeken worden in het bloed bij hartklachten zijn de BNP en NT pro-BNP. Deze stofjes komen vrij als de hartspier lang onder hoge druk staat. Een verhoogde waarde van deze stofjes in het bloed kan wijzen op hartfalen en is altijd een reden om aanvullend onderzoek te verrichten.
Bij hartfalen pompt uw hart minder goed. Het bloed wordt daardoor minder goed door uw lichaam gepompt. De organen en spieren in uw lichaam krijgen daardoor minder bloed. En dus ook minder zuurstof en minder voeding uit het bloed.
Eet ook geen snacks en kant-en-klare maaltijden met veel zout, zoals soep, pizza en chips. Kijk bij het Voedingscentrum hoe u minder zout kunt eten. Let op: gebruik geen zout-vervangers waar kalium in zit, zoals kaliumzout. Kaliumzout kan gevaarlijk zijn als u medicijnen tegen hartfalen gebruikt.
Beperk het gebruik van schaal- en schelpdieren uit zee, zoals garnalen en mosselen. Deze bevatten van nature veel zout. Beperk het eten van haring. Met één zoute haring krijgt u al de helft van de hoeveelheid zout binnen die u per dag mag gebruiken.
Door roken kan het bloed minder zuurstof vervoeren. Bij hartfalen heeft het hart al moeite om voldoende bloed rond te pompen. Door te roken belast je het hart nog meer. Roken is bovendien een risicofactor voor het krijgen van een (volgend) hartinfarct.
Systolisch hartfalen
De systole is de fase van de hartslag waarin het hart zich samentrekt. Bij systolisch hartfalen trekt de hartspier niet krachtig genoeg samen. Het hart pompt per hartslag veel minder bloed rond dan normaal.
Het voelt alsof iemand een band om je borst snoert. Bij een hartinfarct gaat dit gevoel niet over. De pijn op de borst gaat vaak samen met: uitstralende pijn naar de armen, schouderbladen, hals, kaak of maagstreek.
Bij ritmestoornissen klopt het hart te snel, te langzaam of onregelmatig. Dit vraagt meer inspanning van het hart. Bij langdurige ritmestoornissen, zoals boezemfibrilleren, kan dit leiden tot hartfalen.
Ondergewicht - Het komt veel voor dat mensen met hartfalen afvallen en mager worden. Dit komt vaak door te moe zijn om voldoende te eten, kortademigheid of de eetlust is minder geworden door een aanhoudend vol gevoel in de bovenbuik.
Bij hoesten verhoog je de druk in de borstkas. Dit verbetert de bloedstroom en zo kan een hartstilstand worden voorkomen. Bij een hartstilstand buiten het ziekenhuis heeft hoesten geen zin.
Kortademigheid ontstaat meestal bij inspanning. Je bent sneller buiten adem: Je kunt niet meer in één keer meerdere trappen oplopen. Je voelt je benauwd of hebt het gevoel dat je te weinig lucht krijgt en even moet stoppen.