Een van de mogelijke oorzaken kan dan loslating of slijtage van de nieuwe prothese zijn. De pijn is vaak in de lies, bil of bovenbeen gelokaliseerd en met name aanwezig bij het belasten van de heup. Bij een diepe buiging of bij het zitten op een lage stoel of WC kan de heup uit de kom raken.
Als u last heeft van klachten aan uw heupprothese is dat erg vervelend. Klachten kunnen variëren van pijn in de lies, bil of in het bovenbeen maar ook een beperkte mobiliteit, stijfheid of een langdurige ontsteking.
De heupkop kan uit de heupkom schieten (luxatie). Dit kan vooral in de eerste maanden na de operatie gebeuren omdat de spieren en het kapsel rondom de heup nog niet voldoende hersteld zijn om de heupkop op zijn plaats te houden. Daarom krijgt u leefregels en adviezen mee naar huis.
Een dergelijk beschadiging maakt uw herstel moeilijker. Zenuwbeschadiging kan leiden tot (tijdelijk) meer pijn, een verminderd gevoel in een deel van het been of in het ergste geval een klapvoet. Beenlengteverschil. Het komt soms voor dat er na de operatie een verschil is in beenlengte.
Na verloop van tijd kan het zijn dat de heupprothese problemen geeft. Bijvoorbeeld door loslating of slijtage van de prothese. U kunt dit merken aan stijfheid, klikkende gevoelens of pijn in de lies, bil of in het bovenbeen. Ook kan er sprake zijn van een langdurige ontsteking.
Als uw kunstheupgewricht versleten is, ervaart u mogelijk een of meer van de onderstaande symptomen: pijn in uw lies, heup of been . zwelling rond uw heupgewricht. mank gaan lopen of problemen hebben met lopen.
De kans op een tweede luxatie is 20 procent als de eerste luxatie al snel na de heupoperatie is gebeurd; binnen drie maanden. Bij een late luxatie, langer dan drie maanden na de operatie, is dat meer dan 30 procent. De volgende leefregels voorkomen dat uw prothese weer opnieuw uit de kom gaat.
Symptomen van femorale zenuwverlamming kunnen zijn: pijn die uitstraalt van de rug en heupen naar het bovenbeen; gevoelloosheid, zwakte en tintelingen in het dijbeen, onderbeen, enkel en voet; pijn in de onderrug, heup en lies; moeite met het strekken van de knie en het been; spierverlies en spierzwakte in het been, met name in de ...
Zwaardere klussen mag je de eerste weken niet doen. Bijvoorbeeld stofzuigen en de bedden opmaken. Doe de eerste weken ook geen klussen waarbij je moet hurken of veel bukken. Bijvoorbeeld de wasmachine vullen als die op de grond staat.
Tekenen van mogelijke problemen met uw kunstheup zijn onder andere: Chronisch ongemak of pijn – Een van de meest voorkomende tekenen dat er iets mis is met uw heupprothese is pijn. Als u pijn ervaart, vooral ernstige of chronische pijn, is het belangrijk om direct een arts te raadplegen.
Moderne heupprotheses zijn ontworpen om minstens 15 jaar mee te gaan. Maar ze kunnen na verloop van tijd slijten, wat pijn of zwelling veroorzaakt. Als uw heupprothese ontwricht of verslijt, heeft u mogelijk een nieuwe operatie nodig om het te repareren.
De heup kan uit de kom gaan, omdat uw spieren en spierbanden na de operatie nog slap zijn en de heupprothese nog niet goed is vastgegroeid in uw lichaam. De kans dat de heup uit de kom gaat is bij patiënten met overgewicht groter dan bij patiënten met een normaal gewicht.
Als de bal uit de kom komt, kan uw arts een procedure uitvoeren (een gesloten repositie genoemd) die hem meestal weer op zijn plaats kan zetten zonder dat er meer operaties nodig zijn . In situaties waarin de heup blijft ontwrichten, kan verdere operatie noodzakelijk zijn.
Wanneer u opnieuw klachten heeft, zoals toenemende pijn en manken, nadat de heupprothese jarenlang goed heeft gefunctioneerd. Dit is het meest bekende signaal, vaak gaat het hierbij om loslating of slijtageproblemen, soms over een laaggradige infectie.
Ongecementeerde prothese
Om het risico op scheurtjes in het cement te voorkomen, worden er ook ongecementeerde protheses geplaatst. Dit gebeurt vanaf de jaren '80. Deze prothesen klemmen zich vast in het bot van het bovenbeen of in de heupkom.
even naar het toilet, douche, kopje koffie etc.). U mag de gecementeerde heupprothese volledig belasten, maar gebruik krukken ter ondersteuning. U moet de ongecementeerde heupprothese de eerste 6 weken 50% belasten, dus 6 weken met krukken lopen. U mag niet door de 90 graden buiging van de heup gaan.
Zenuwletsel is een relatief zeldzame, maar potentieel verwoestende complicatie van totale heupartroplastiek (THA). De incidentie hiervan varieert van 0,6 tot 3,7% en is het hoogst bij patiënten met ontwikkelingsdysplasie van de heup en eerdere heupoperaties.
Je hebt het gevoel dat je op watten loopt. Dit is gevaarlijk, omdat je hierdoor wondjes niet of te laat opmerkt. Deze wondjes kunnen gaan ontsteken. Je kunt ook last hebben van stekende of brandende pijn, tintelingen, kramp of krachtverlies.
Bij CortoClinics gebruiken we de ongecementeerde prothese. Levensduur van de prothese. De gemiddelde levensduur van een heupprothese is tussen de 15-20 jaar en wellicht langer.
Bij een aantal heupklachten kun je proberen je heup tijdelijk wat meer rust te geven. Met je huisarts kun je overleggen welke pijnstillers je eventueel kunt nemen. Voel je je ook ziek of heb je er koorts bij, bel dan wel direct je huisarts. Ook als je al langer heuppijn hebt, is het verstandig naar de huisarts te gaan.
Na de operatie kunt u verschillende soorten pijn voelen, zoals pijn aan de wond, botpijn, spierpijn of zenuwpijn. Als u bang of zenuwachtig bent voor de operatieve ingreep, lees dan deze tips om zo ontspannen mogelijk hiermee om te gaan.