Het doel van een operatie is het vergroten van de doorgang van de trachea. Dit kan gebeuren door middel van plastic ringen of een stent. Plastic ringen kunnen gebruikt worden als het gedeelte van de collaps zich buiten de borstholte bevindt. Deze ringen worden rondom de trachea geschoven en vastgehecht.
Behandeling trachea collaps medicamenteus
Antihoestmiddelen, antibiotica, bronchodilatoren, corticosteroïden. Sedatie (acp) en zuurstof kan nodig zijn bij erger aangetaste honden. Pediatrische inhalatoren met bronchodilator en cortico medicatie. Mucolytica en nebulisatie indien er veel slijmproductie is.
Besmettelijke hondenhoest (kennelhoest) is de meest voorkomende oorzaak van plots hoesten bij de hond. Je hond is dan meestal niet ziek en eet en drinkt nog gewoon goed. Soms zie je dat je hond dan ook veelvuldig zijn keel schraapt/kokhalst en wit slijm opgeeft. Je hond kan ook iets vast hebben zitten in zijn keel.
Een hond met kennelhoest is gedurende één week besmettelijk voor andere honden. Voor de kennelhoest geldt een incubatietijd van 2 tot 14 dagen. Het kan dus zo zijn dat uw hond na 4 dagen nog geen symptomen vertoont, maar alsnog besmet is geraakt met het virus.
Tracheahypoplasie is een aandoening waarbij er sprake is van onvoldoende ontwikkeling van ringen die de luchtpijp vorm geven. Deze groei heeft als gevolg dat de luchtpijp nauwer is dan normaal. De ademhaling wordt sterk bemoeilijkt, doordat de lucht door een smallere buis moet ("ademhalen door een rietje").
Getuite lippen ademhaling
Hierbij ademt u in door de neus en blaast u vervolgens uit door de mond, waarbij de lippen licht getuit worden. Tijdens deze oefening blijven uw luchtwegen beter open, waardoor er bij de ademhaling meer lucht uit de longen naar buiten gaat. Hierdoor kunt u vervolgens weer dieper inademen.
Wanneer voedsel in de luchtpijp terecht komt in plaats van in de slokdarm, is er sprake van verslikken. Dit kunt u herkennen aan hoesten voor, tijdens of na het slikken. Hoesten zorgt ervoor dat het voedsel weer uit de luchtpijp schiet, zodat het niet in de longen komt.
De hond kan in principe goed zelf genezen van de hondenhoest/kennelhoest en er is meestal geen medicatie of antibiotica nodig. Rust is belangrijk. Zorg daarom voor een warme en rustige omgeving voor uw dier.
Voor de meeste honden is kennelhoest lastig, maar niet gevaarlijk. Hoe ernstig de ziekteverschijnselen bij je hond zullen zijn en hoe hoog het risico is, hangt vooral af van zijn weerstand. In zeldzame gevallen kan de ziekte bij honden leiden tot een ernstige longontsteking.
In principe kan een kennelhoestinfectie binnen enkele dagen vanzelf overgaan. Indien het hoesten niet binnen een paar dagen stopt of wanneer uw hond ziek is, dan is het verstandig om de hond te laten onderzoeken en behandelen door een dierenarts.
Als je hond één van de volgende symptomen vertoont; ga dan direct naar je dierenarts! Aanhoudend braken, bloed in het braaksel of kokhalzen wijzen erop dat je er iets niet goed is met je hond.
Als je hond eenmalig hoest (bijvoorbeeld door verslikken) en verder niet ziek is dan is er geen reden om met je hond naar de dierenarts te gaan. Als je hond echter plots bijzonder heftig hoest/kokhalst, of naast het hoesten ziek oogt of benauwd is dan is het wel verstandig om je hond snel te laten onderzoeken.
Als uw hond iets in de keel krijgt, zult u dit makkelijk herkennen, bijvoorbeeld: Een hond verdwijnt gezond tussen de struiken en komt hoestend en proestend weer tevoorschijn. Een pup speelt met haar flostouw, staat plots op waarbij ze haar nek strekt en buigt, kokhals- en slikbewegingen maakt.
Besmettelijke hondenhoest uit zich door een droge, harde hoest. Ook kunnen lange hoestbuien voorkomen die gepaard gaan met kokhalzen of braken. Het hoesten kan soms wekenlang aanhouden met als risico dat het chronisch wordt of dat longontsteking als complicatie kan optreden.
Wanneer jouw hond last heeft van omgekeerd niezen is het belangrijk om het dier rustig te houden. Aai jouw hond daarom zachtjes over zijn nek en kop en probeer het dier te kalmeren. Wanneer een hond slikt stopt het omgekeerd niezen vaak.
De gebruikelijke dosering is zowel voor de hond als voor de kat: 2 tot 4 x daags, 1-2 mg/kg. De dosering van codeïne kan variëren per individueel dier en wordt vastgesteld door de dierenarts. Bijwerkingen: De meest voorkomende bijwerking van codeïne is sufheid.
Bij milde hoestklachten zonder algeheel ziek zijn bij volwassen dieren kan kennelhoest met alleen rust en zonodig een kinder-hoestdrankje (Bisolovon-elixer, 4mg/5ml) genezen.
Therapie bij de hoestende hond
We proberen altijd de onderliggende oorzaak van het hoesten aan te pakken, dit is veel effectiever dan bv de hoest onderdrukken. Medicijnen die vaak gebruikt worden zijn: antibiotica, ontstekingsremmers, steroïden, hartmedicatie, vochtafdrijvers, inhalatie medicatie.
Een hoestdrank die de keel verzacht kan de hond enige verlichting bieden van de klachten. Dit middel kan bij de dierenarts, maar ook bij een drogist worden aangeschaft. De dierenarts kan slijmoplossende middelen met bijvoorbeeld broomhexine voorschrijven.
De behandeling van kennelhoest
Een warme en een stressvrije omgeving is belangrijk voor een goed herstel. Rust is belangrijk. Bij het uitlaten kan een halsband het best worden vervangen voor een borsttuig. Antibiotica zijn, net als bij verkouden mensen, over het algemeen niet nodig.
Kennelhoest, tegenwoordig ook wel besmettelijke hondenhoest genoemd, is een infectieuze ontsteking van de voorste luchtwegen, gekarakteriseerd door een harde droge hoest, waarbij de eigenaar het vaak vindt klinken alsof er een iets vastzit in de keel of ze omschrijven de hoest als het stemgeluid van een zeehond.
Net als wij kunnen honden een kou vatten en een hoest oplopen. En dat kan van een paar dagen tot een paar weken duren. Zo stel je vast of je hond een verkoudheid heeft: Een hondenhoest, ook wel kennelhoest genoemd, klinkt meestal hoog en klinkt alsof er iets vastzit in de keel van je hond.
Het gevoel een brok in de keel te hebben heeft meestal geen lichamelijke oorzaak. Stress of angst kan ervoor zorgen dat je (onbewust) de spieren in de hals en keel aanspant. Dit kan een brokgevoel in de keel veroorzaken.
Een brok in de keel-gevoel wordt ook wel 'globusgevoel' genoemd. Het is een langer durend, niet pijnlijk gevoel dat er iets in de keel zit. Het komt vaak voor; tot wel 45% van de mensen heeft hier wel eens last van. Vijf procent van de bezoeken bij de KNO-arts gaat over het globusgevoel.
Het is een erg vervelend gevoel wanneer eten blijft hangen in de keel of wanneer eten blijft hangen in de slokdarm. Neem daarom de tijd voor het eten en drinken en zorg voor een goede houding. Zit bij voorkeur rechtop in een stoel en aan tafel. Neem voldoende rust en praat niet tijdens het eten of drinken.