Als je kindje oververmoeid is, is het erg onrustig. De eerste stap is dus om je baby te kalmeren. Baker je kindje bijvoorbeeld in, schommel het zachtjes heen en weer of gebruik je zangtalent door een slaapliedje te zingen. Dat biedt de basis om je kindje uiteindelijk weer te kunnen laten slapen.
Als kinderen oververmoeid zijn, kan het lijken alsof ze een chronische ziekte zoals Pfeiffer, kinderreuma of kanker hebben. Ze hebben vaak dezelfde klachten en een lage pijngrens. Veel kinderen zijn doodmoe en 's ochtends bijna niet wakker te krijgen aan het eind van het schooljaar.
Is je peuter aan het einde van de dag erg moe? Leg hem of haar dan wat eerder in bed. Een oververmoeide peuter is alleen maar lastiger om naar bed te brengen. Goed om te weten: eerder en niet oververmoeid naar bed zorgt vaak voor rustigere én langere nachten.
Je kind is oververmoeid
Kinderen werken op adrenaline en hebben wat hulp nodig om genoeg te ontspannen zodat hun toesten kan veranderen in slaperigheid. Eerder naar bed brengen kan de oplossing zijn, voorafgegaan door een rustige, langere bedtijd-routine.
Als je baby 's nachts wakker wordt en huilt kun je hem of haar proberen te kalmeren door middel van fysiek contact en door goed te kijken naar wat je kleintje nodig heeft. De meeste kinderen vallen dan uit zichzelf weer in slaap. Na een tijdje zul je de verschillende huiltjes en geluidjes steeds beter gaan herkennen.
wat kan je doen? Help je baby om zijn natuurlijk ritme terug te vinden. Zorg voor een goede afwisseling tussen slaap, eten, verzorging, liefde, aandacht en huidcontact. Haal prikkels weg uit de omgeving: felle verlichting, storende muziek, televisie, kunstmatige geuren, veel bezoek …
Je kunt je baby een paar minuutjes laten huilen, in de hoop dat de baby zichzelf in slaap 'jengelt', maar als de baby na een paar minuten nog niet slaapt, ga dan naar je baby toe om hem te troosten.
Zorg voor een rustige omgeving en laat hem niet naar beeldschermen kijken vlak voor bedtijd. Misschien wil je peuter nog even spelen, of kan je hem een boekje voorlezen. Zeg op tijd dat het bijna bedtijd is, zodat je peuter weet dat het einde van de dag eraan komt.
Een kindje krijgt overdag heel wat indrukken te verwerken. Ook dat kan ervoor zorgen dat hij 's nachts niet doorslaapt. Je merkt dat kinderen ook bij de zogenaamde 'sprongetjes' minder goed slapen. Telkens ze iets nieuw leren (bijvoorbeeld rollen, zitten, staan, kruipen, …) kan dit resulteren in onrustige nachten.
Net zoals wij als volwassenen het gevoel kunnen hebben dat alles even teveel is, kan dat ook bij je baby het geval zijn. Alleen kunnen wij het aangeven en je baby niet. Toch kun je wel degelijk merken aan je kind of overprikkeling aan de hand is.
Bloedarmoede en ijzertekort.
Een valkuil hierbij is dat het bloedgehalte bij jonge kinderen lager is dan bij volwassenen, zodat soms hierdoor ten onrechte de diagnose bloedarmoede bij hen wordt gesteld. Kinderen met een allergische aanleg, met hooikoorts of allergische rhinitis, klagen ook vaak over vermoeidheid.
Druk gedrag kun je vergelijken met gedachten die door je hoofd gaan. Dan is de ene gedachte nog niet af, of de andere dient zich al aan. Dit drukke gedrag kan komen doordat je kind op zoek is naar prikkels, of juist zo vermoeid is dat het zich niet kan concentreren op één ding.
Een avondritueel en een vaste bedtijd op deze leeftijd zijn extra belangrijk. Een voorspelbaar, kalm en liefdevol slaapritueel kan je kind helpen om makkelijker en sneller in slaap te vallen. Want dat zorgt ervoor dat je kind weet waar hij of zij aan toe is, wat meer rust geeft en minder 'strijd' met jou oplevert.
Wanneer een baby over zijn slaap heen gaat, zal hij ook steeds meer moeite hebben om goed in slaap te komen. Door de oververmoeidheid kan een baby overstuur raken en wordt het ook lastiger om de baby te troosten en te laten slapen of te voeden.
Stress-, burn-out- en spanningsklachten bij kinderen en jongeren (pubers) kunnen zich op de volgende manieren uiten: Lichamelijke problemen: buik- of hoofdpijn, misselijk (soms met overgeven), slaapproblemen, vermoeidheid, onrustig voelen, hartkloppingen, sneller vatbaar zijn voor verkoudheid.
Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Wordt jouw dreumes of peuter meerdere keren per nacht wakker terwijl er niets aan de hand lijkt? Een geruststelling, dit is heel normaal. Alle dreumesen en peuters – ook de goede slapers – worden tussen de 10 en 20 keer per nacht wakker. Meestal draait je kindje zich dan weer om en slaapt verder.
Een slaapregressie kan ongeveer 2 tot 4 weken in beslag nemen. Je bent er dus helaas niet zomaar vanaf. Het kan voorkomen dat deze periode heel heftig is en je er meerdere keren op een nacht uit moet. Maar misschien heb je geluk en verloopt deze periode soepeler dan andere slaapregressies.
Maar gemiddeld is ons advies: Middagdutje baby: gemiddeld 2 tot 2,5 uur. Middagdutje dreumes: gemiddeld 2 uur. Middagdutje peuter: gemiddeld 1,5 tot 2 uur.
Spreek met jezelf (en je partner) af, hoe lang jullie het kind laten huilen. Een richtlijn is minimaal 3 tot maximaal 10/15 minuten.
Waarschijnlijk over 2 tot 4 weken. Even doorbijten dus. Het is sowieso een lastige periode, dit tweede levensjaar van je kleintje, want de volgende slaapregressie staat alweer bijna voor de deur.
Baby's huilen de eerste drie maanden van hun leven het meest. De eerste 6 weken gemiddeld 2 tot 2,5 uur per dag. Daarna neemt het aantal uren dat baby's per dag huilen weer af. Rond de 3 maanden is de huiltijd weer 1 tot 1,5 uur per dag.
Je kunt je baby een beetje helpen door hem in je armen wat slaperig te maken en hem neer te leggen als hij bijna in slaapt valt. Later kun je dit moment van neerleggen dan steeds iets gaan vervroegen, totdat je je baby wakker in het bedje kunt leggen en hij zelf in slaap valt.