Is er een kans op windstoten van meer dan 75 km per uur dan is dat code geel.Boven 100 kilometer per uur wordt het code oranje. Het KNMI kijkt hierbij naar de gebiedsgrootte waar het gevaarlijk weer zich aandient. Code oranje geeft het KNMI alleen uit bij een gebied groter dan 50 bij 50 kilometer.
Als je in een storm rijdt, of het waait hard, dan kan je voorligger iets onverwachts doen. Of er ligt iets op de weg. Zorg meer afstand te houden zodat je beter kunt reageren. Geef ook fietsers, bromfietsers en motorrijders meer ruimte, zij kunnen gemakkelijker onverwachte bewegingen maken als je er voorbij rijdt.
Rijd langzamer tijdens een storm
Rustig rijden is één van de belangrijkste tips. Verlaag je tempo en houd meer afstand van anderen, dan heb je meer tijd om te reageren op onverwachte situaties. Bijvoorbeeld een auto die jouw weghelft op slinger, of een tak die de weg op waait.
Werken vanaf windracht 6 gevaarlijk
Hoewel windkracht 5 al voor extra risico's op de werkplek kan zorgen, staan in het Arbobesluit alleen grenswaarden voor werken in koud en warm weer en niet voor werken in harde wind en storm.
Uitleg over storm. Vanaf windkracht 9 spreken we van storm, om precies te zijn als de gemiddelde windsnelheid minstens 1 uur gelijk is aan windkracht 9. Het KNMI gaat uit van storm als een uurgemiddelde windsnelheid tussen 75 en 88 kilometer per uur (20,8 - 24,4 meter per seconde) gemeten wordt.
Waar waait het in Nederland het hardst? De hoogste windsnelheden worden in de regel langs de kust bereikt. Hier wordt de wind het minst geremd door obstakels en wrijving met het aardoppervlak. Op jaarbasis waait het in Nederland aan zee gemiddeld twee keer zo hard als in het diepe binnenland.
3: Matige wind (12-19 km/uur) 4: Matige wind (20-28 km/uur) 5: Vrij krachtige wind (29-38 km/uur) 6: Krachtige wind (39-49 km/uur)
Een zomerstorm duurt gemiddeld ongeveer 9 uur, terwijl een winterstorm gemiddeld 15 uur woedt, maar soms ook enkele dagen kan aanhouden. Heel zware stormen duren in het algemeen het langst omdat het een tijd duurt voor de storm zijn maximum bereikt en de wind meestal maar langzaam afneemt.
Er zijn momenteel geen waarschuwingen van kracht.
Ontstaan van een storm
Wanneer de atmosfeer eenmaal onrustig is kan met een krachtige westelijke luchtstroom op 9 tot 10 kilometer hoogte in de atmosfeer (straalstroom) de ene stormdepressie na de andere onze kusten bereiken. Er kan dan soms twee weken achtereen herhaaldelijk tot stormachtig weer komen.
Bij acuut gevaar of spoed bel je het alarmnummer 112. Is het niet acuut, maar heb je de brandweer wel nodig? Bel dan 0900-0904.
Op 27 augustus 1912 woedde langs onze kust de zwaarste zomerstorm met van windkracht 10 en windstoten tot 148 km/h. In de zeer zware storm van 25 januari 1990 is op Schiphol een vlaag van 163 km/h gemeten. Landinwaarts zijn toen windstoten van 145 km/h voorgekomen.
In 1934 was het niet fijn om op Mount Washington te staan in de Amerikaanse staat New Hampshire. Toen werd de krachtigste windvlaag ooit gemeten: 371 kilometer per uur.
Als de zon ondergaat, vallen de opwaartse luchtbewegingen stil, het begin van een rustige en kalme nacht met sterren aan de hemel. Dit afkoelingsproces aan de grond is bij mooi weer de belangrijkste reden waarom de wind tegen de avond gaat liggen.
Sommige mensen genieten van een stormachtig fietstochtje – er is zelfs een NK Tegenwindfietsen – maar ook op de fiets kan de storm gevaarlijk zijn. Pas op voor vallende takken en zorg dat je niet de autoweg op waait.
De meest voorkomende windkrachten liggen in Nederland tussen de 2 Bft (zwakke wind) en 5 Bft ( vrij krachtige wind). Windkracht 5: bladeren van bomen ruisen en kleine bomen bewegen, vuilnisbakken waaien om.
Wanneer er teveel wind staat hangt onder meer af van het gebied waar je vaart, de exacte windkracht en richting, het type boot en de ervaring van de bemanning. Enkele dingen vallen ons echter wel op. Voor zeilboten is er tussen de windkracht nul en twee niet zoveel te beleven. Windkracht 3 tot 5 is ideaal.
meestal stelt een verzekering dat je niet mag rijden rond windkracht 7 of hoger: "Het rijden met de caravan bij storm, waaronder wordt verstaan wind met een snelheid van 14 meter per seconde of meer".
Vliegtuigen hebben in weinig last van de wind als ze eenmaal in de lucht zitten. Het grote probleem doet zich voor als vliegtuigen moeten opstijgen en landen. Hier speelt vooral de windrichting een rol. Bij windkracht 6 kunnen vliegtuigen prima landen zolang ze tegen de wind in landen.