Intervaltraining staat bekend als één van de meest efficiënte manieren om sneller te worden. Het idee is om geleidelijk aan de afstand en snelheid van je loopsessie te verhogen. Er zijn verschillende intervaltrainingen, waaronder de intensieve -, extensieve of tempo-intervaltraining.
'Een sprinter traint helemaal niet op intervals. Ze doen 4-5 keer in de week aan krachttraining en wanneer ze hun sprints trainen, sprinten ze maximaal 25 seconden. Daarna rusten ze zeker zes minuten. Je valt bijna in slaap, zweet niet en raakt niet buiten adem.
Om vervolgens de snelheid te berekenen deel je het aantal kilometers door het aantal uur. Je krijgt dan: 180/1,5 = 120 km/h. Als je de snelheid in meters per seconde wil berekenen, dan doe je precies hetzelfde. Het is dan belangrijk dat de afstand in meters wordt gemeten en de tijd in seconden.
Er zijn twee trainingen die uitstekend werken om explosiviteit te vergroten. Dat zijn plyometrische oefeningen en olympische lifts. Voor beide oefeningen kun je apparatuur gebruiken om de explosieve training zwaarder en effectiever te maken.
Acht weken sprinttraining verbetert je spiermassa, spierkracht en maximaal zuurstofverbruik, aldus nieuw onderzoek. De reden dat dit type training veranderingen in spiermassa veroorzaakt, is omdat sprinten de aanmaak van spiervezels op gang brengt, met name de snelle spiervezels.
Drie tot vier dagen voorafgaand aan de wedstrijd wordt voeding gebruikt die ongeveer vijf tot zeven gram koolhydraten per kilogram lichaamsgewicht levert. Voor een loper van 65 kilogram betekent dat een dagmenu meet 325-455 gram koolhydraten, oftewel 25-35 boterhammen.
Usain Bolt
Een voetballer trekt korte sprintjes. Usain Bolt haalde bij zijn wereldrecord over 100m en 200m gemiddeld de snelheid die Mbappé een fractie van een seconde bereikte: 37,57 km/u. Op de 100 meter haalde Bolt tussen 60 meter en 80 meter snelheden tot 44,7 km/u.
Een rustige duurtraining loop je op 75 tot 80 procent van je maximale hartslag. Deze training loop je met een hartslag van 135 tot 144 slagen per minuut als je maximale hartslag 180 is. Je loopt op een rustig tempo en kunt dat een langere tijd volhouden.
Je bent ongetwijfeld tips over de juiste techniek tegengekomen, als: loop rechtop met een licht voorovergebogen romp; beweeg de armen van achter naar voren; land veerkrachtig op je voorvoet; strek je heup bij de afzet. Al deze aanwijzingen kunnen je het gevoel geven een sterkere loper te zijn.
Langzaam (en lang) lopen heeft meer voordelen, zoals:
Door langzaam hardlopen wennen je pezen en gewrichten aan de impact van (lang) hardlopend onderweg zijn, best handig als je bijvoorbeeld een marathon wil lopen; Al na een paar langzame duurlopen word je sneller met dezelfde hartslag.
Pasta is een goede bron van koolhydraten. Je lichaam heeft deze koolhydraten nodig als energiebron om zijn suikerspiegel, glycogeenvoorraad, op peil te houden. Deze energie heeft je lichaam nodig om te functioneren. Hoe meer je beweegt (energie verbrandt) hoe meer je nodig hebt om goed te kunnen functioneren.
Het voordeel van hardlopen op een nuchtere maag is dat je lichaam meer energie haalt uit vetten. Je zorgt dat het vetverbrandingssysteem efficiënter haar werk kan doen. Uit onderzoek bleek dat je tot 20% meer vet verbrand als je traint op een nuchtere maag.
"Sprinten verhoogt de testosteron, groeihormonen, en schildklier-hormoonproductie in vergelijking met cardio op een constant tempo," zegt hij. De eerste twee hormonen hebben een krachtig effect op vetverlies en het opbouwen van spieren, wat een grote reden is waarom sprinten veel beter is voor je lichaamssamenstelling.
Uit meerdere onderzoeken is gebleken dat fietsen en wielrennen een prima alternatief kunnen vormen voor hardlopers wanneer een hardlooptraining niet realiseerbaar is. Daarnaast is ook gebleken dat fietsen een meerwaarde kan zijn voor het prestatievermogen van de hardloper.
Sprinten als onderdeel van je conditie training is zelfs één van de meest effectieve vormen van training om vet te verbranden en spiermassa op te bouwen. Sprinten zorgt voor de ontwikkeling van de functionele kracht, atletisch vermogen en power. Het heeft ook nog eens een enorme positieve impact op de rompspieren.
Mannen halen tot 12 m/s (43,2 km/u), vrouwen halen tot 10,5 m/s (37,8 km/u). Na enkele seconden topsnelheid houdt de atleet de snelheid niet meer vast en zal na 70-90 meter onvermijdelijk vertragen.
Maar hoe train je nu eigenlijk op explosiviteit? Je kunt explosiviteit in feite op twee manieren trainen: met explosieve krachtoefeningen en met reactieve krachtoefeningen, ook wel plyometrische oefeningen genoemd. Het verschil is dat je bij de eerste geen gebruikmaakt van je stretchreflex en bij de tweede wel.
Voor voetballers is explosiviteit van belang in sprints, aanzetten tot een sprint en sprongkracht. Belangrijk is daarbij dus het trainen van de bil- en heupspieren én de benen uiteraard. Heb je bijvoorbeeld twee voetbaltrainingen per week, dan kun je ook nog prima twee dagen in de sportschool spenderen.