Probeer de netelcellen eerst weg te schrapen of weg te spoelen met zeewater. Doe dit niet met koud kraanwater, dat verergert je klachten. Dompel vervolgens de plek onder in heet water. Gebruik water dat zo heet is als het slachtoffer verdragen kan.
Op zo'n tentakel zitten zogenaamde netelcellen, een soort gifpijltjes. Deze cellen worden geactiveerd wanneer een tentakel je huid raakt. Dan schieten de netelcellen als kleine harpoentjes op je huid af en boren hun weg naar binnen. Zo komt het gif in je lichaam terecht.
Na een kwallenbeet kan een plaatselijke reactie op de huid ontstaan, die je kan vergelijken met een reactie op een brandnetel prik. De reactie kenmerkt zich door een geprikkelde huid, roodheid en zwelling. Gelukkig komen aan de Nederlandse kust geen (levens)gevaarlijke kwallen voor.
Zijn ze gevaarlijk? Een honderdtal soorten staat bekend als gevaarlijk voor de mens. De gevaarlijkste kwallen zijn tropische soorten, waarvan de giftigste de Australische zeewesp (Chironex fleckerii) is, die dodelijk kan zijn voor de mens. Langsheen onze kustlijn komen geen soorten voor die dodelijk zijn voor de mens.
Kwallen bijten niet maar ze steken met hun tentakels. Vervolgens komt er gif vrij uit de netelcellen op de tentakels. Het gevolg is een rode huid rond de beet, pijn, brandende jeuk, zwelling en eventueel blaren. Na een tijd, verschillend van enkele uren tot meerdere dagen, geneest de beet spontaan.
In de Noordzee leven verschillende soorten kwallen. De oorkwal komt het meeste voor. Dit is een doorzichtige kwal met vier roze of witte ringen. Hij kan je niet steken, omdat hij niet door de huid heen komt.
Een kwallenbeet herken je aan onderstaande kenmerken: Je hebt een plaatselijke rode zwelling. De plek waar je gebeten bent jeukt. De pijn verergerde toen je uit het water stapte.
Ben je gebeten door een kwal? Dan voel je direct een brandende of stekende pijn en een jeukend gevoel. Dit komt doordat de kwal met de naaldjes op zijn tentakels steekt en een gif in de huid spuit. Je kunt in het zeewater worden gestoken door een kwal, maar ook door een kwal die in het zand ligt.
De onderzoeker laat de imposante kwal op het strand liggen zodat andere mensen hem ook kunnen bewonderen. Wie dat wil, kan het dier gewoon oppakken. Deze kwal is ongevaarlijk, volgens Ecomare, het centrum voor wadden en Noordzee. De netelcellen zijn te zwak om door de menselijke huid te dringen.
Kwallensoorten in de Wadden- en Noordzee
De meest voorkomende kwal is de oorkwal. De steek van deze soort doet niet veel pijn en de gevolgen zijn minimaal. Na een steek kan de huid hoogstens wat rood, opgezwollen en een beetje jeukerig zijn, maar deze klachten verdwijnen na een aantal uur.
Ook voor de bloemkoolkwal, ook wel de zeepaddestoel genoemd, hoeven we niet bang te zijn. Hoewel ze onwijs groot kunnen worden, deze anderhalve meter grote werd bijvoorbeeld gespot bij de Engelse kust, is de steek van deze imposante kwal niet gevaarlijk.
De irukandji is een kleine, glasheldere kwal. Hij wordt maar een paar centimeter lang en leeft in de tropische wateren rond de noordkust van Australië. Dit kwalletje wordt in het algemeen gezien als het giftigste dier ter wereld en in tegenstelling tot andere kwallen heeft de irukandji ook netelcellen op het lichaam.
Kwallen hebben niet veel mogelijkheden om zich te verplaatsen. Veelal laten ze zich meevoeren door de stroming van het water - daarom horen ze officieel bij het 'plankton'. Door hun klokvormige hoed ritmisch samen te trekken, kunnen ze een klein beetje van koers wijzigen.
Kwallen bijten niet
We noemen het dan wel een kwallenbeet, maar kwallen kunnen helemaal niet bijten. Ze steken. Officieel heet het dus een kwallensteek. De tentakels van een kwal bevatten netelcellen met gif.
Moeten we bang zijn voor kwallen? Van Walraven: "De kwallen die in Nederland voorkomen, zijn over het algemeen niet gevaarlijk voor ons. Als je wordt gestoken door een kwal kan dat wel het zwemplezier verpesten, want het kan voor vervelende pijn en jeuk zorgen."
Plassen over een kwallenbeet: het zou het prikken tegen gaan, maar maakt het juist erger! Harpoenachtige cellen van de kwallententakels die op je huid liggen komen door de urine alsnog in je vel. Azijn helpt wel, omdat het het gif in de cellen neutraliseert.
Het eeuwige leven
Toch kan de Turritopsis nutricula wel degelijk sterven: de regeneratie werkt namelijk alleen bij volwassen exemplaren. Ziekte of hongerige roofdieren worden jonge kwallen wel fataal, maar er is geen ander dier bekend met deze hoge kans op biologische onsterfelijkheid.
Kwal – Oneindig
Ze maken cycli van oud naar weer jong, dit kan oneindig door gaan.
Kwallen kunnen steken omdat ze omdat ze speciale prik-cellen hebben. Die gebruiken ze normaal gesproken om hun eten mee te vangen. Kwallen eten heel kleine beestjes, zoals zeewatervlooien en minivisjes. Die verdoven ze met een stofje uit hun prik-cellen.
Na een kwallensteek kunnen er verschillende reacties ontstaan: Een lichte reactie: branderige jeuk, pijn en rode bultjes op de huid. Een mild ernstige reactie: misselijkheid, kortademigheid, maagklachten, verwarring. Dit komt voor bij kleine kinderen of als de kwal veel gif heeft afgegeven.
Wat eten kwallen? Kwallen eten vissenlarven en kreeftachtigen. Met de netelcellen die ze op hun tentakels hebben verlammen ze hun prooi, en met hun tentakels brengen ze de prooi naar hun mond.
Niet alleen zoogdieren zoals wij, maar ook vogels, vissen en mogelijk kreeften. Wie niet kan praten, voelt geen pijn, was lange tijd het adagium in de wetenschappelijke wereld. Tot de jaren 1980 opereerden artsen baby's die nog niet konden praten zonder verdoving.
Komt de kwal in contact met een vijand, dan schieten de netelcellen als een soort harpoen uit de tentakel. Het gif uit die cellen komt in je huid terecht, met jeuk en pijn tot gevolg. In Nederland is de kans dat je een (zeer) giftige kwal tegenkomt gelukkig niet heel groot.
Kwallen hebben bovendien nauwelijks organen, ze hebben geen hart, geen bloedvaten en geen hersenen en ook geen botten, schelp of hoornpantser. Er zitten geen ogen in en geen oren aan en met hun rudimentaire spieren en zenuwen kunnen ze maar weinig doen.
Ze hebben geen brein en bestaan vrijwel geheel uit water – en toch beschikken ze over heel wat superkrachten.