Je kind van 9 jaar: kan rekenen tot tienduizend en maakt de eerste berekeningen tot honderdduizend. kan de tafels van 1 t/m 10 foutloos en snel uit het hoofd. heeft begrip voor hoeveel een 'miljoen' is en weet dat dit een getal is met zes nullen.
Cognitieve ontwikkeling:
Lezen en schrijven gaat nu steeds beter, terwijl rekenen moeilijker begint te lijken. Je kind lijkt steeds geïnteresseerder in hoe je met geld om moet gaan, of wil voor iets sparen of beseft hoe duur sommige dingen kunnen zijn.
In het alledaagse spraakgebruik spreekt men tot een leeftijd van 12 à 14 jaar van 'kinderen' en daarna van 'jongere', 'tiener' of 'puber'. In de ontwikkelingspsychologie spreekt men niet meer van 'pubers' en 'puberteit' maar van 'adolescenten' en 'adolescentie'.
Lichamelijke/motorische ontwikkeling
Kinderen van 10 jaar kunnen in de prepuberteit komen. Dat laat zich bijvoorbeeld zien door een groeispurt; meisjes worden nu langer dan jongens en hebben soms al wat geslachtskenmerken. Sommige meisjes krijgen bijvoorbeeld opgezwollen tepels. Sommige kinderen plassen (weer) in bed.
Morele ontwikkeling
Vanaf 10 jaar komen de kinderen in de fase van moreel relativisme. Regels worden gerelativeerd naar omstandigheden en situatie. Kinderen kunnen hun eigen verantwoordelijkheid in gaan zien in het naleven van waarden en normen ongeacht wat anderen daarvan vinden. Hierbij moeten ze wel geholpen worden.
4-6 jaar: 18.30 - 19.15 uur. 7-8 jaar: 19.30 - 20.00 uur. 9-10 jaar: 20.00 - 20.30 uur. 11-12 jaar: 21.00 uur.
Sommige kinderen zijn van nature zelfverzekerder, andere twijfelen meer aan hun eigen kunnen. Deze kinderen hebben meer positieve ervaringen en feedback nodig om vertrouwen in zichzelf te ontwikkelen. Ook zijn er kinderen die onzeker worden door ervaringen die ze meemaken.
We spreken van gedragsproblemen als: een kind zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt. het kind, de ouders of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervinden.
Duidelijkheid en voorspelbaarheid zijn belangrijk voor de ontwikkeling van je kind. Probeer zoveel mogelijk duidelijke regels te stellen en op een heldere manier te vertellen wat je van je kind verwacht. Realistische verwachtingen. Elk kind ontwikkelt zich in een eigen tempo.
Algemeen. De wereld van kinderen van 4 tot 12 jaar wordt steeds groter. Doordat ze buitenshuis in contact komen met andere volwassenen, kinderen en leeftijdsgenoten, leren ze zichzelf steeds beter kennen. Ze gaan zichzelf vergelijken met anderen waardoor ze inzicht krijgen in waar ze goed in zijn.
Waar spelen kinderen van 9 jaar mee? Vaak spelen kinderen van deze leeftijd het liefst buiten: met fietsen, rolschaatsen, ballen natuurlijk of op de trampoline. Vergeet ook de straatspelletjes niet. Zo is het knikkertijd, en de volgende dag gaat het skate- of longboard weer mee.
Meiden. Meiden krijgen al vroeg in de puberteit meer lichaamshaar. Vanaf een jaar of tien kan er schaamhaar gaan groeien, soms zelfs nog eerder. Eerst zijn dit lichtgekleurde haartjes, daarna worden ze langer, donkerder en gaan ze krullen.
Een kind voelt zich veilig en ontspannen als het weet dat het goed gaat met de relatie tussen de ouders en dat ze elkaar respecteren. Dus vergeet vooral niet om oprechte aandacht in elkaar als partner te blijven steken en doe regelmatig ook iets leuks met zijn tweeën (en praat dan niet alleen over de kinderen).
Wandelen kost kinderen over het algemeen meer energie van volwassenen. Kinderen hebben ook een andere energiehuishouding dan volwassenen. Daarnaast zijn kinderen gevoeliger voor warmte dan volwassenen omdat zij overtollige warmte minder goed kunnen afvoeren.
Meest voorkomende gedragsstoornissen:
ADHD. ODD/oppositioneel opstandige gedragsstoornis. CD / antisociale gedragsstoornis. Agressie en woede uitbarstingen.
Emotionele stoornissen kunnen gepaard gaan met lichamelijke klachten, verhoogde prikkelbaarheid, eetproblemen, slaapproblemen, concentratietekort, verminderd zelfvertrouwen, motivatieverlies en slechte schoolprestaties. Emotionele stoornissen hebben een grote impact op het functioneren van de kinderen en hun omgeving.
We spreken van ernstige gedragsproblemen als: een kind zich dwars en opstandig gedraagt, en/of gauw geprikkeld is en driftig wordt, en/of anderen ergert, en/of antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen), en/of zich agressief gedraagt; èn. het kind, u of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervindt; èn.
Onzekerheid is vaak de reden dat je kind situaties spannend vindt. Je kind heeft niet voldoende vertrouwen in zichzelf dat het de situatie wel aankan. Als je kind ook nog perfectionistisch is en geen fouten wil maken, kan het zelfs situaties gaan vermijden.
Dit is heel normaal. Is je kind erg onzeker, dan heeft hij waarschijnlijk minder zelfvertrouwen. Hij heeft het gevoel niet goed genoeg te zijn en denkt dat hij dingen niet kan die anderen wel kunnen. Je kind heeft waarschijnlijk vaak negatief gedachtepatronen en dat is moeilijk om te keren.